Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 2003 tot uitvoering van Titel XIII, Hoofdstuk 6 'Voogdij over niet-begeleide minderjarige vreemdelingen' van de Programmawet van 24 december 2002, de 6 décembre 2018

Artikel 1. In artikel 7bis van het koninklijk besluit van 22 december 2003 tot uitvoering van Titel XIII, Hoofdstuk 6 "Voogdij over niet-begeleide minderjarige vreemdelingen" van de Programmawet van 24 december 2002 worden de paragrafen 1 tot 3, die laatste ingevoegd bij koninklijk besluit van 23 september 2015, als volgt vervangen:

" § 1. Wanneer de voogd in het kader van artikel 13, § 3, aangewezen is, wordt de vergoeding bedoeld in artikel 6 en 7 vervangen door een vergoeding rechtstreeks uitbetaald aan de vereniging of aan de openbare instelling die de aangewezen voogd in dienst heeft.

§ 2. Het bedrag van deze vergoeding bedraagt 28.000 euro per jaar en per voogd die gelijktijdig tenminste vijfentwintig voogdijen onder zijn hoede neemt of die tenminste tien voogdijen gelijktijdig onder zijn hoede heeft en het werk van ten minste vier voogden binnen de betrokken vereniging of openbare instelling coördineert.

In het geval de voogd deeltijds werkt en daardoor niet aan de voorwaarde van gelijktijdigheid voldoet, dan wordt het bedrag van de vergoeding berekend in verhouding tot het gemiddelde aantal gelijktijdig uitgeoefende voogdijen.

De voorwaarde van gelijktijdigheid gaat in vanaf de vierde maand volgend op de benoeming als voogd. Het is toegestaan dat voogden binnen eenzelfde organisatie meer voogdijen opnemen om het tekort aan voogdijen bij een andere voogd aan te vullen om aan de voorwaarde van gelijktijdig te voldoen.

§ 3. Maandelijks moet een lijst met de naam van elke voogd tewerkgesteld bij een vereniging en de datum van zijn erkenning of indiensttreding en de naam en het dossiernummer van de niet begeleide minderjarige vreemdelingen onder diens hoede, aan de dienst Voogdij worden bezorgd. Deze maken de bewijsstukken uit voor het kunnen uitkeren van de vergoeding en onder voorbehoud van aanvaarding door de FOD Justitie, wordt ten laatste op 1 februari van het volgende begrotingsjaar waarop de vergoeding betrekking heeft de definitieve lijst voor het ganse jaar aan de FOD Justitie toegezonden.

Wat betreft de controlemodaliteiten zijn artikel 121 tot 124 van de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van comptabiliteit van de federale Staat van toepassing.

Ingeval blijkt dat te veel werd toegekend voor het afgelopen jaar, wordt een beslissing tot terugvordering van de vergoeding ter kennis gebracht per aangetekend schrijven.

De bedragen worden gekoppeld aan de spilindex 105,10 (basis 2013 = 100). De verhoging of...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT