Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 179 van het KB/WIB 92 betreffende de lijst van Staten zonder of met een lage belasting, de 1 mars 2016
Artikel 1. In artikel 179, enig lid, KB/WIB 92, ingevoegd door het koninklijk besluit van 6 mei 2010, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
-
in de inleidende zin worden de woorden "artikel 307, § 1, derde lid, b" vervangen door de woorden "artikel 307, § 1, vijfde lid, b";
-
de lijst wordt vervangen als volgt:
''1. | Abu Dhabi; |
2. | Ajman; |
3. | Anguilla; |
4. | Bahama's; |
5. | Bahrein; |
6. | Bermuda; |
7. | Britse Maagdeneilanden; |
8. | Kaaimaneilanden; |
9. | Dubai; |
10. | Fujairah; |
11. | Guernsey; |
12. | Jersey; |
13. | Eiland Man; |
14. | Marshalleilanden; |
15. | Micronesië (Federatie van); |
16. | Monaco; |
17. | Montenegro; |
18. | Nauru; |
19. | Oezbekistan; |
20. | Palau; |
21. | Pitcairneilanden |
22. | Ras al Khaimah; |
23. | Saint-Barthelemy; |
24. | Sharjah; |
25. | Somalië; |
26. | Turkmenistan; |
27. | Turks en Caicos Eilanden; |
28. | Umm al Qaiwain; |
29. | Vanuatu; |
30. | Wallis-en-Futuna.''. |
Art. 2. Dit besluit is van toepassing op betalingen gedaan vanaf 1 januari 2016.
In afwijking van het vorige lid is dit besluit niet van toepassing op de betalingen gedaan in de loop van een belastbaar tijdperk dat werd afgesloten voor de eerste dag van de maand na die waarin dit besluit in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt.
Art. 3. De minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
Handtekening
Gegeven te Brussel, 1 maart 2016.
FILIP
Van Koningswege :
De Minister van Financiën,
J. VAN OVERTVELDT
Aanhef
FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, artikel 307, § 1, zevende lid, ingevoegd bij de wet van 23 december 2009;
Gelet op het KB/WIB 92;
Overwegende dat sinds de publicatie in 2010 van de in artikel 179, KB/WIB 92, opgenomen lijst heel wat Staten hun fiscaal beleid hebben gewijzigd en hierdoor een herziening van deze lijst zich opdringt;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën gegeven op 3 november 2015;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting gegeven op 17 november 2015;
Gelet op het advies nr. 58.644/3 van de Raad van State gegeven op 11 januari 2016 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State ;
Gelet op de impactanalyse van de regelgeving, uitgevoerd overeenkomstig artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;
Op de voordracht van de Minister van Financiën, en op advies van de in Raad vergaderde Ministers,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Verslag aan de Koning
VERSLAG AAN DE KONING
Sire,
De programmawet van 23 december 2009 voegt in artikel 307, § 1 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92) voor de belastingplichtigen de verplichting in om, onder bepaalde voorwaarden, aangifte te doen van alle betalingen die rechtstreeks of onrechtstreeks werden gedaan aan personen die gevestigd zijn in een Staat zonder of met lage belasting. Deze wettelijke bepaling voorziet in de opmaak van een lijst met Staten zonder of met lage belasting. Het besluit dat wij ter ondertekening aan Uwe Majesteit voorleggen heeft tot doel deze lijst te actualiseren.
Zoals vermeld in de memorie van toelichting bij de bovenvermelde programmawet is het de wil van de regering om deze lijst regelmatig te herzien. Artikel 307, § 1, vijfde lid, WIB 92 stipuleert dat de lijst met Staten wordt herzien bij koninklijk besluit, vastgelegd na overleg binnen de ministerraad.
De lijst die het voorwerp uitmaakt van dit ontwerp van koninklijk besluit houdt geen verband met de Staten waarnaar wordt verwezen in artikel 307, § 1, vierde lid, a), WIB 92, zijnde de Staten die de internationale standaard op het gebied van transparantie en uitwisseling van fiscale inlichtingen niet effectief of substantieel toepassen.
Men mag de lijst die het voorwerp is van dit ontwerp van koninklijk besluit niet verwarren met de lijst van de landen waarvan de gemeenrechtelijke bepalingen inzake belastingen worden geacht aanzienlijk gunstiger te zijn dan in België. Laatstbedoelde lijst moet gesitueerd worden in de context van de vermijding van dubbele belasting op dividenden zoals dat is geregeld in artikel 203, § 1, eerste lid, 1°, WIB 92. Een bijwerking van deze lijst is opgenomen in een apart koninklijk besluit.
Dit ontwerp van koninklijk besluit stelt voor om de oorspronkelijke lijst uit te breiden met vijf Staten, meer bepaald de Marshalleilanden, Oezbekistan, de Pitcairneilanden, Somalië en Turkmenistan en drie Staten te schrappen van deze lijst, meer bepaald Andorra, de Maldiven en Moldavië.
De eilanden Jethou en Sark worden eveneens niet meer op deze lijst opgenomen omdat zij staatsrechtelijk behoren tot het baljuwschap Guernsey. De verwijzing naar dit baljuwschap volstaat dus om betalingen naar personen die gevestigd zijn op één van deze eilanden onder het toepassingsgebied van de aangifteplicht te brengen.
Deze wijziging is het gevolg van een onderzoek dat de administratie heeft gevoerd ter actualisatie van zowel deze lijst als de hierboven vermelde lijst die is opgesteld ter uitvoering van artikel 203, § 1, eerste lid, 1°, WIB 92.
Hieronder worden de regels die gevolgd zijn bij de samenstelling van deze lijst nog eens hernomen.
Voor de opmaak van dit besluit worden de volgende jurisdicties geacht een Staat in de zin van artikel 307, § 1, vijfde tot zevende lid, WIB 92 te zijn. Enerzijds worden de door de meerderheid van de leden van de Verenigde...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI