Koninklijk besluit tot vaststelling van de organisatie en werking van de Federale Raad voor de apothekers, in uitvoering van artikel 7/1, § 14, van de gecoördineerde wet van 10 mei 2015 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, de 26 octobre 2022

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

  1. Minister: de Minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort;

  2. De Federale Raad: de Federale Raad voor de apothekers.

    Art. 2. De Federale Raad beschikt over een secretariaat, bestaande uit minstens één ambtenaar die de Minister vertegenwoordigt.

    Deze ambtenaar/ambtenaren heeft/hebben zitting met raadgevende stem.

    Art. 3. § 1. De Federale Raad heeft een bureau dat bestaat uit:

  3. de voorzitter en de ondervoorzitter;

  4. drie leden, welke door de Federale Raad worden aangewezen onder zijn leden;

  5. de ambtenaar/ambtenaren die het secretariaat waarneemt/waarnemen, zoals bedoeld in artikel 2.

    § 2. Het bureau regelt de werkzaamheden van de Federale Raad.

    Art. 4. Bij ontstentenis of afwezigheid van de voorzitter en ondervoorzitter wordt de vergadering van de Federale Raad voorgezeten door het oudste lid in jaren.

    Art. 5. § 1. De bepalingen van dit artikel gelden onder voorbehoud van artikel 143/2, van de gecoördineerde wet 10 mei 2015 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen.

    § 2. Indien de Minister de Federale Raad om advies verzoekt, brengt deze zijn advies uit binnen de twee maanden. Op gemotiveerd verzoek van de Federale Raad kan de Minister deze termijn met twee maanden verlengen.

    In uitzonderlijke gevallen kan de Minister een dringend advies vragen. Hij bepaalt alsdan de termijn die niet minder dan vijftien dagen mag zijn.

    Art. 6. De Federale Raad maakt zijn huishoudelijk reglement op en legt het ter goedkeuring voor aan de Minister.

    Art. 7. De voorzitter, de ondervoorzitter en de leden van de Federale Raad hebben recht op:

  6. per zitting die minstens twee uren duurt, een presentiegeld van 13 euro voor wat de voorzitter en de ondervoorzitter betreft, en een presentiegeld van 10 euro voor wat de leden betreft;

  7. een verblijfsvergoeding van 10 euro per dag volgens de voorwaarden van het koninklijk besluit van 13 juli 2017 tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt;

  8. de terugbetaling van de reiskosten overeenkomstig het koninklijk besluit van 18 januari 1965, houdende algemene regeling inzake reiskosten of het koninklijk besluit van 13 juli 2017 tot vaststelling van de toelagen en...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT