Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 1409, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek, de 10 décembre 2020

Artikel 1. De bedragen die worden vermeld in artikel 1409, § 1, eerste tot derde lid, en § 1bis, eerste tot derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek worden met de volgende formule aangepast, rekening houdend met de afgevlakte gezondheidsindex van de maand november 2020:

  1. (27.000: 40,3399) x 178,58/104,03 = 1.148,951070 EUR

  2. (29.000: 40,3399) x 178,58/104,03 = 1.234,061100 EUR

  3. (32.000: 40,3399) x 178,58/104,03 = 1.361,726144 EUR

  4. (35.000: 40,3399) x 178,58/104,03 = 1.489,391189 EUR

Art. 2. Het bedrag dat wordt vermeld in artikel 1409, § 1, vierde lid, en § 1bis, vierde lid, van hetzelfde Wetboek wordt met de volgende formule aangepast, rekening houdend met de afgevlakte gezondheidsindex van de maand november 2020:

50 x 148,12/105,21 = 70,392548 EUR

Art. 3. De bedragen vermeld in de artikelen 1 en 2 worden afgerond op de hogere euro als volgt:

1.149 EUR, 1.235 EUR, 1.362 EUR, 1.490 EUR, 71 EUR.

Art. 4. De minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Nota

(1) Overeenkomstig artikel 1409, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek worden de nieuwe bedragen van kracht vanaf 1 januari volgend op hun aanpassing, zijnde 1 januari 2021.

Handtekening

Gegeven te Brussel, 10 december 2020.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Justitie,

V. VAN QUICKENBORNE

Aanhef

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 1409, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek, ingevoegd bij de wet van 14 januari 1993 en gewijzigd bij de wet van 24 maart 2000;

Gelet op de Verordening (EG) nr. 974/98 van de Raad van 3 mei 1998 over de invoering van de euro, inzonderheid op artikel 5;

Gelet op de Verordening (EG) nr. 974/98 van de Raad van 3 mei 1998 over de invoering van de euro, inzonderheid op artikel 14;

Gelet op de wet van 30 oktober 1998 betreffende de euro, inzonderheid op artikel 3;

Gelet op de wet van 26 juni 2000 betreffende de invoering van de euro in de wetgeving die betrekking heeft op aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet, inzonderheid op artikel 5, 3° ;

Gelet op de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, inzonderheid op artikel 14, § 1;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat artikel 1409, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT