Koninklijk besluit nr. 45 tot uitvoering van artikel 5, § 1, 5° van de wet van 27 maart 2020 die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II) tot verlenging van sommige maatregelen, tot verduidelijking van bepaalde modaliteiten van het corona ouderschapsverlof en van de consumptiecheque, de 26 juin 2020

HOOFDSTUK 1. - Tijdelijke tewerkstelling in vitale sectoren.

Artikel 1. In artikel 11 van het bijzondere-machtenbesluit nr. 14 van 27 april 2020 tot uitvoering van artikel 5, § 1, 5°, van de wet van 27 maart 2020 die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II) tot vrijwaring van een vlotte arbeidsorganisatie in de kritieke sectoren, worden het derde en vierde lid vervangen, als volgt:

"Hoofdstuk 7 treedt buiten werking op 31 augustus 2020.".

HOOFDSTUK 2. - Corona-ouderschapsverlof.

Art. 2. Artikel 4 van het koninklijk besluit nr. 23 van 13 mei 2020 tot uitvoering van artikel 5, § 1, 5°, van de wet van 27 maart 2020 die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II) houdende het corona ouderschapsverlof, wordt aangevuld met twee leden, luidend als volgt:

"Het corona-ouderschapsverlof kan ook de vorm aannemen van een volledige schorsing van de beroepsloopbaan:

  1. indien het kind een gehandicapt kind is als bedoeld in artikel 5, § 2, derde of vierde lid, of,

  2. indien de ouder van het kind alleenwonend is.

    Als alleenwonende ouder wordt verstaan, de persoon die uitsluitend samenwoont met één of meerdere kinderen die hij ten laste heeft.".

    Art. 3. In artikel 5 van hetzelfde koninklijk besluit nr. 23 van 13 mei 2020, wordt paragraaf 1 aangevuld met een lid, luidend als volgt:

    "Het eerste lid is niet van toepassing voor het corona-ouderschapsverlof bedoeld in artikel 4, tweede lid.".

    Art. 4. Artikel 6, van hetzelfde koninklijk besluit nr. 23 van 13 mei 2020, wordt vervangen, als volgt:

    "Art. 6. Het corona-ouderschapsverlof kan worden uitgeoefend vanaf 1 mei 2020 tot en met 30 september 2020, als volgt:

  3. hetzij in één aaneengesloten periode tot en met 30 september 2020;

  4. hetzij in één of meerdere, al dan niet aaneensluitende, perioden van één maand;

  5. hetzij in één of meerdere, al dan niet aansluitende, perioden van een week, of;

  6. hetzij een combinatie van 2° en 3°. ".

    Art. 5. In artikel 7 van hetzelfde koninklijk besluit nr. 23 van 13 mei 2020, waarvan de bestaande tekst paragraaf 1 zal vormen, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  7. in paragraaf 1 worden tussen het tweede en derde lid een lid ingevoegd, luidend als volgt:

    "In afwijking van het tweede lid is de uitkering gelijk aan de uitkering in geval van ouderschapsverlof, verhoogd met 50%:

  8. indien het kind een gehandicapt kind is als bedoeld in artikel 5, § 2, derde of vierde lid, of,

  9. indien de ouder van het kind alleenwonend is.";

  10. paragraaf 1 wordt aangevuld met een vijfde lid, luidend als volgt:

    "Voor de werknemers die een deeltijdse arbeidsregeling volledig schorsen, wordt een bedrag aan uitkering bepaald dat proportioneel is aan de duur van hun prestaties in de deeltijdse arbeidsregeling.".

  11. het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 2, luidende:

    "De bruto-uitkering berekend volgens paragraaf 1, kan niet hoger zijn dan het loonverlies ten gevolge van het opnemen van het corona-ouderschapsverlof. In dit geval dan wordt de uitkering beperkt tot dit loonverlies.

    Het loonverlies bedoeld in het eerste lid wordt bekomen door het refertemaandloon van de laatste volledige kalendermaand die de aanvang van het corona-ouderschapsverlof voorafgaat, te vermenigvuldigen met de vermindering van de arbeidsduur in het kader van het corona-ouderschapsverlof en met het arbeidsregime in de bedoelde kalendermaand.

    Het refertemaandloon is gelijk aan een derde van het refertekwartaalloon S zoals bepaald in artikel 2 van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen in het tweede kwartaal 2020.

    Art. 6. In artikel 8 van hetzelfde koninklijk besluit nr. 23 van 13 mei 2020 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  12. in paragraaf 1 wordt het eerste lid vervangen als volgt:

    " § 1. Een werknemer die zijn loopbaan volledig heeft onderbroken of die zijn arbeidsprestaties heeft verminderd tot 1/2de of met 1/5de in het kader van de koninklijke besluiten inzake ouderschapsverlof, kan, met akkoord van zijn werkgever, het ouderschapsverlof omzetten in het corona-ouderschapsverlof.";

  13. in paragraaf 1 wordt het tweede lid vervangen als volgt:

    "Indien het ouderschapsverlof niet voor de volledige voorziene duurtijd wordt omgezet in het corona-ouderschapsverlof, dan wordt het ouderschapsverlof vanaf de dag die volgt op het einde van het corona-ouderschapsverlof hernomen tot de oorspronkelijk aangevraagde einddatum.";

  14. in paragraaf 2 wordt het tweede lid vervangen als volgt:

    "Indien de loopbaanonderbreking niet voor de volledige voorziene duurtijd wordt geschorst met het oog op het opnemen van het corona-ouderschapsverlof, dan wordt deze loopbaanonderbreking vanaf de dag die volgt op het einde van het corona-ouderschapsverlof hernomen tot de oorspronkelijk aangevraagde einddatum.";

  15. in paragraaf 3 wordt het tweede lid vervangen als volgt:

    "De resterende periode van dit omgezette ouderschapsverlof of geschorste loopbaanonderbreking kan later worden opgenomen, ook als deze resterende duur niet voldoet aan de minimale duur van het verlof. Deze periode moet niet in dezelfde breuk worden opgenomen.";

  16. het artikel wordt aangevuld met een vierde paragraaf, luidend als volgt:

    " § 4. Het corona-ouderschapsverlof kan niet gelijktijdig worden toegepast met een andere onderbreking van de loopbaan of vermindering van de arbeidsprestaties in het kader van de besluiten inzake loopbaanonderbreking.".

    Art. 7. In artikel 9, § 2, tweede lid, van hetzelfde koninklijk besluit nr. 23 van 13 mei 2020 worden de woorden "de schorsing van het ouderschapsverlof" vervangen door de woorden "de schorsing van de loopbaanonderbreking".

    Art. 8. In artikel 11 van het voornoemde koninklijk besluit nr. 23 van 13 mei 2020 worden de volgende wijzigingen aangebracht

  17. het tweede lid wordt vervangen als volgt:

    "Met uitzondering van artikel 8, § 3, treedt dit besluit buiten werking op 30...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT