Koninklijk besluit houdende de oprichting, de samenstelling, de opdrachten en de werkwijze van het Nationaal Oliebureau, de 19 décembre 2018

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen

Artikel 1. § 1. De definities van artikel 2 van de wet van 26 januari 2006 betreffende de aanhouding van een verplichte voorraad aardolie en aardolieproducten en de oprichting van een agentschap voor het beheer van een deel van deze voorraad en tot wijziging van de wet van 10 juni 1997 betreffende de algemene regeling voor accijnsproducten, het voorhanden hebben, en het verkeer daarvan en de controles daarop, zijn van toepassing op dit besluit.

§ 2. Daarnaast wordt voor de toepassing van dit besluit verstaan onder :

  1. "wet" : de wet van 13 juli 1976 houdende goedkeuring van de Overeenkomst inzake een Internationaal Energieprogramma, en van de Bijlage, opgemaakt te Parijs op 18 november 1974;

  2. "IEA" : het Internationaal Energie Agentschap zoals bedoeld in het internationaal energieprogramma, en van de Bijlage, opgemaakt te Parijs op 18 november 1974;

  3. "departementale crisiscel" : de cel voor crisiscoördinatie en -beheer, die overeenkomstig het koninklijk besluit van 31 januari 2003 tot vaststelling van het noodplan voor de crisisgebeurtenissen en -situaties die een coördinatie of een beheer op nationaal niveau vereisen, binnen elke federale overheidsdienst wordt opgericht en belast is met de coördinatie inzake noodplanning en crisisbeheer binnen de eigen bevoegdheden van elke federale dienst.

    De minister : de minister bevoegd voor Energie.

    De Algemene Directie : de Algemene Directie Energie van FOD Economie.

    De Directeur-generaal : de Directeur-generaal van de Algemene Directie Energie.

    Art. 2. De minister richt een Nationaal Oliebureau op, hierna afgekort NOB.

    HOOFDSTUK 2. - Opdrachten en activiteiten

    Afdeling 1. - Permanente opdrachten

    Art. 3. § 1. Het NOB heeft de volgende permanente opdrachten :

  4. de studie van ieder element betreffende de bevoorrading en het verbruik van aardolie;

  5. de vaststelling van alle elementen, zowel op nationaal als op internationaal vlak, die een aanwijzing kunnen vormen voor moeilijkheden in de bevoorrading, waaronder tekorten, beperkte mobiliteit en/of toegankelijkheid van de olievoorraden;

  6. het verzamelen van gegevens, die het mogelijk maken om in geval van een bevoorradingscrisis, het programma, de maatregelen en regels bedoeld in artikel 2, § 1, 1°, 2° en 3°, van de wet toe te passen.

    § 2. Ter uitvoering van de permanente opdrachten vermeld onder paragraaf 1, verricht het NOB in het bijzonder de volgende activiteiten :

  7. het opstellen en permanent actueel houden van...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT