Koninklijk besluit betreffende de toekenning van een specifieke dotatie aan de hulpverleningszone Hainaut-Centre, gelijkgesteld aan de loonkosten van de brandweerlieden van de hulpverleningszone Hainaut-Centre en de beheerskosten vereist voor de uitvoering van de opdrachten van de zone bij de Supreme Headquarters Allied Powers Europe, de 11 octobre 2018

Artikel 1. Binnen de grenzen van de beschikbare kredieten wordt een specifieke dotatie toegekend aan de hulpverleningszone Hainaut-Centre teneinde de volgende kosten te dekken:

  1. de loonkosten van de brandweerlieden van de hulpverleningszone Hainaut-Centre nodig voor de uitvoering van de opdrachten van de zone bij de Supreme Headquarters Allied Powers Europe;

  2. de beheerskosten van de opdrachten van de zone bij de Supreme Headquarters Allied Powers Europe.

Art. 2. Het bedrag van de specifieke dotatie wordt vastgesteld door de Minister van Binnenlandse Zaken op basis van de kosten van het operationele apparaat dat hij bepaalt om de uitvoering van de opdrachten van de zone bij de Supreme Headquarters Allied Powers Europe te waarborgen. Dit bedrag mag evenwel € 2.500.000 niet overschrijden.

Art. 3. De hulpverleningszone Hainaut-Centre stelt een plan op waarin vastgelegd wordt hoe de specifieke dotatie gebruikt zal worden.

Het plan wordt aan de Minister van Binnenlandse Zaken bezorgd, ten laatste binnen de drie maanden na de toekenning van de eerste betaling van de dotatie.

Art. 4. De betaling van de specifieke dotatie aan de hulpverleningszone Hainaut-Centre gebeurt per trimester.

Art. 5. De hulpverleningszone Hainaut-Centre bezorgt de Minister van Binnenlandse Zaken, ten laatste op 31 maart van het jaar dat volgt op het jaar waarvoor de dotatie toegekend werd, een verslag waarin aangegeven wordt waarvoor de dotatie gebruikt werd.

Art. 6. De Minister van Binnenlandse Zaken of zijn afgevaardigde kan de specifieke dotatie recupereren als de hulpverleningszone Hainaut-Centre deze dotatie niet gebruikt voor de betaling van de in artikel 1 bedoelde kosten.

Art. 7. . De minister die bevoegd is voor Binnenlandse Zaken en de Eerste Minister zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Handtekening

Gegeven te Brussel, 11 oktober 2018.

FILIP

Van Koningswege :

De Eerste Ministrer

Ch. MICHEL

De Minister van Binnenlandse Zaken,

J. JAMBON

Aanhef

...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT