Koninklijk besluit betreffende het beroep van medisch laboratorium technoloog, de 17 janvier 2019

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

  1. apotheker specialist in de klinische biologie : een apotheker of een licentiaat/master in de scheikundige wetenschappen die gemachtigd zijn om verstrekkingen te verrichten die tot de klinische biologie behoren, zoals bedoeld in artikel 23, § 2, van de gecoördineerde wet van 10 mei 2015 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen;

  2. gemachtigd voor bloedafname : gemachtigd zijn om bloedafneming door veneuze punctie te verrichten met oog op laboratoriumanalyse zoals bedoeld in artikel 1 van het koninklijk besluit van 1 mei 2006 betreffende de voorwaarden waaronder apothekers en licentiaten in de scheikundige wetenschappen, die gemachtigd zijn om verstrekkingen te verrichten die tot de klinische biologie behoren, staalafnames mogen verrichten.

    Art. 2. Het in artikel 1, 6°, van het koninklijk besluit van 2 juli 2009 tot vaststelling van de lijst van de paramedische beroepen bedoelde beroep wordt uitgeoefend onder de beroepstitel "medisch laboratorium technoloog".

    Art. 3. Het beroep van medisch laboratorium technoloog mag slechts worden uitgeoefend door personen die voldoen aan de volgende voorwaarden :

  3. houder zijn van een diploma dat een opleiding bekroont, die overeenstemt met een opleiding in het kader van een hoger onderwijs van het Europees kwalificatieniveau 6 van het European Qualifications Framework, overeenstemmend met minstens 180 ECTS studiepunten.

    Het opleidingsprogramma omvat minstens :

    1. een theoretische opleiding in :

    2. chemie;

      ii) biochemie;

      iii) fysica;

      iv) biologie;

    3. genetica;

      vi) fysio(patho)logie;

      vii) immunologie;

      viii) statistiek en onderzoeksmethodiek;

      ix) radioprotectie;

    4. deontologie;

      xi) wetgeving met betrekking tot de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen;

    5. een theoretische en praktische opleiding, georiënteerd naar de medische toepassing, in :

    6. klinische chemie;

      ii) microbiologie;

      iii) hematologie;

      iv) cytologie/histologie;

    7. pathologische anatomie;

      vi) toegepaste biotechnologie;

      vii) in vivo technieken met inbegrip van het plaatsen van een perifere veneuze katheter;

      viii) kwaliteitsbeheer;

      ix) medische informatica, e-health en m-health;

    8. een stage van minimum 600 uren verdeeld over minimum drie van de volgende domeinen :

    9. klinische chemie;

      ii) hematologie;

      iii) microbiologie;

      iv) cyto(histo)logie/pathologische anatomie;

    10. humane genetica;

      vi) menselijk lichaamsmateriaal;

      vii) functionele testen.

      De stages dienen voor minimum 400 uren georiënteerd te zijn op de klinische medische toepassing van hun bevoegdheidsdomeinen binnen erkende instellingen. De overige 200 uren kunnen ook plaatsvinden binnen een wetenschappelijke onderzoekscontext, gericht op hun bevoegdheidsdomeinen.

      De kandidaat dient ten bewijze hiervan een stageboek bij te houden.

  4. hun beroepskennis en -vaardigheden via permanente...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT