Jugement/arrêt, Cour d'Appel de Liège, 2024-04-26
| Jurisdiction | Bélgica |
| Judgment Date | 26 avril 2024 |
| ECLI | ECLI:BE:CALIE:2024:ARR.20240426.2 |
| Link to Original Source | https://juportal.be/content/ECLI:BE:CALIE:2024:ARR.20240426.2 |
| Docket Number | 2022/RG/566 |
| Court | Cour d'Appel de Liège |
Nr. C.14.0262.F
1. S. L
2. S. A
Mr. Paul Alain Foriers, advocaat bij het Hof van Cassatie
tegen
1. WARNER/CHAPPELL MUSIC BELGIUM nv
2. EMI MUSIC PUBLISHING BELGIUM bvba,
3. SONY/ATV MUSIC PUBLISHING BELGIUM BV, vennootschap naar Nederlands recht,
I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF
Het cassatieberoep is gericht tegen het arrest van het hof van beroep te Bergen van 3 februari 2014.
De zaak is bij beschikking van 29 oktober 2015 door de eerste voorzitter verwezen naar de derde kamer.
Raadsheer Martine Regout heeft verslag uitgebracht.
Advocaat-generaal met opdracht Michel Palumbo heeft geconcludeerd.
II. CASSATIEMIDDELEN
De eisers voeren een middel aan dat luidt als volgt:
Geschonden wettelijke bepalingen
- artikel 149 van de Grondwet;
- artikel 1, § 1, eerste lid, van de wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten, zoals gewijzigd bij de wet van 22 mei 2005 houdende de omzetting in Belgisch recht van de Europese Richtlijn 2001/29/EG van 22 mei 2001 betreffende de harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij;
- artikel 2, sub a), van de Europese Richtlijn 2001/29/EG van 22 mei 2001 be-treffende de harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij;
- de artikelen 1 en 21, eerste en tweede lid, van de eenvormige Beneluxwet inzake tekeningen of modellen gehecht in bijlage bij Benelux - Verdrag inzake tekeningen of modellen, ondertekend te Brussel op 25 oktober 1966, goedgekeurd bij de wet van 1 december 1970.
Aangevochten beslissingen
Het arrest beslist dat het deel van de melodielijn van het nummer "Ma vie fout l'camp", die de eisers auteursrechtelijk beschermd willen zien, en die terug te vinden is in het door de verweersters gecommercialiseerde nummer "Frozen", "geen voldoende duidelijke oorspronkelijkheid vertoont" om de gevorderde bescherming "te verantwoorden" en dat "de litigieuze fragmenten uit ‘Frozen', derhalve, geen onwettelijke reproductie vormen van de litigieuze uittreksels van het lied ‘Ma vie fout l'camp' en dat de nabootsing niet is aangetoond" en verklaart bijgevolg het hoger beroep van de verweersters gegrond en de oorspronkelijke vordering tot staking van de eisers en hun incidenteel hoger beroep en nieuwe incidentele vorderingen aldus niet-gegrond, en veroordeelt hen ten slotte tot alle kosten.
Het arrest steunt zijn beslissing op de volgende redenen:
"1. Principes
[...]
Om na te gaan of de auteursrechtelijke bescherming op het beweerde geplagieerde werk, dat als 'eerste werk' wordt aangemerkt, kan worden toegepast, moet men in de eerste plaats de oorspronkelijkheid ervan te onderzoeken.
Nabootsing moet volgens de rechtsleer en rechtspraak worden beoordeeld in het licht van de oorspronkelijkheid.
In een eerste stadium moet het eerste werk een eigen intellectuele schepping van de auteur vormen, een oorspronkelijke uitdrukking van zijn scheppende vrijheid zijn, die het stempel van zijn persoonlijkheid draagt (H.J.E.G., 16 juli 2009, C-5/08, Infopaq A&M, 2009, p. 521-525; Benoît Michaux, 'L'originalité en droit d'auteur, une notion davantage communautaire après l'arrêt Infopaq', A&M, 2009, p. 481-482).
Wanneer het een daadwerkelijke schepping is, speelt in een volgend stadium ook de scheppingsvrijheid van de tweede ontwerper een rol die de soms bovenmaatse aanspraken van de eerste ontwerper kan temperen.
De oorspronkelijkheid moet duidelijk zijn.
De rechtsleer merkt op dat het Benelux-Gerechtshof in zijn arrest van 22 mei 1987 gepreciseerd heeft dat het adjectief "duidelijk" betekent dat, als na het onderzoeken van het oorspronkelijk karakter dat criterium "aan gerede twijfel" onderhevig blijft, de auteursrechtelijke bescherming onthouden dient te worden (Fernand de Visscher en Benoît Michaux, Précis du droit d'auteur et des droits voisins, Bruylant, 2000, p. 185).
Overigens moet worden benadrukt dat de oorspronkelijkheid niet mag verward worden met de nieuwheid, dat schoonheid of commercieel succes van weinig belang zijn en dat de combinatie van banale elementen oorspronkelijk kan zijn.
De oorspronkelijkheid van het werk kan immers schuilen in de combinatie van de verschillende bestanddelen ervan die, individueel beschouwd, niet oorspronkelijk zijn.
De meest veeleisende, aan het Europese recht conforme opvatting van de oorspronkelijkheid, dringt zich aan de nationale rechter op.
Inzake de oorspronkelijkheid die ontstaat uit de combinatie van bestanddelen in een gedeeltelijke reproductie, heeft het voornoemde arrest Infopaq gepreciseerd dat de verschillende delen van een werk beschermd worden ‘op voorwaarde dat zij bepaalde van de bestanddelen bevatten die de uitdrukking vormen van de eigen intellectuele schepping van de auteur van dit werk' (punt 39) en dat ‘de weergave van een fragment uit een beschermd werk (...) een gedeeltelijke reproductie (...) vormt indien (...) een dergelijk fragment een bestanddeel van het werk omvat dat als dusdanig uitdrukking geeft aan de eigen intellectuele schepping van de auteur' (punt 48).
Dat arrest wijst aan dat de oorspronkelijkheid, die betrekking kan hebben op een combinatie van gekende bestanddelen, anders beoordeeld wordt al naargelang het genre van het werk.
Andere recente Europese beslissingen kenmerken het begrip oorspronkelijkheid door te verwijzen naar de ‘persoonlijke noot' van de auteur (H.J.E.G., 1 december 2011, C-145/10, Painer, A&M, 2012, pp. 322-330) en naar het maken van ‘vrije en creatieve keuzes' (H.J.E.G., 22 december 2010, C-393/09, BSA, A&M, 2011, pp. 324-327; H.J.E.G., 4 oktober 2011, C-403/08, Premier League; H.J.E.G., 1 maart 2012, C-604/10, Football Dataco, A&M, 2012, pp. 331-336).
[...]
Die overgenomen of gekopieerde bestanddelen kunnen enkel beschermd...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI