Huishoudelijk reglement van het directiecomité van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid, de 24 juin 2022
Artikel 1. De voorzitter van het directiecomité (hierna "de voorzitter" genoemd) staat in voor de goede werking van het directiecomité (hierna "het comité" genoemd) van de Programmatorische federale overheidsdienst Wetenschapsbeleid (hierna "POD Wetenschapsbeleid" genoemd), doet het reglement naleven, opent, leidt en sluit de besprekingen.
Ingeval de voorzitter niet op een vergadering aanwezig kan zijn of verhinderd is, wijst hij het lid van het comité aan dat hem vervangt.
Art. 2. De opdrachten van het comité zijn die welke zijn vastgelegd in de algemene regelgeving, te weten:
-
het beheren van de federale overheidsdienst, overeenkomstig het strategisch plan;
-
het formuleren van alle nuttige voorstellen met betrekking tot de werking van de POD Wetenschapsbeleid en het verzekeren van de coördinatie tussen de diensten onderling en hun activiteiten;
-
het voorstellen van het begrotingsontwerp en de eventuele aanpassing hieraan; het toezicht houden op de uitvoering ervan;
-
het uitwerken van het personeelsplan van de POD Wetenschapsbeleid op basis van de ontwerpen opgesteld door de houders van een managementfunctie en het verzenden, voor akkoord, aan de Minister. Het personeelsplan bepaalt, per functie, het aantal statutaire en contractuele personeelsleden uitgedrukt in voltijdse equivalenten;
-
het uitvoeren van zijn bevoegdheden betreffende het personeel van de POD Wetenschapsbeleid, met name inzake:
- bevorderingen,
- tucht.
Art. 3. Het comité vergadert op uitnodiging van de voorzitter ten minste eenmaal per maand. Zo nodig kan de voorzitter het comité in buitengewone vergadering bijeenroepen, hetzij op eigen initiatief, hetzij, mits zijn akkoord, op verzoek van een van de leden.
Art. 4. § 1. De voorzitter wijst een secretaris van elke taalrol aan onder de personeelsleden van de POD Wetenschapsbeleid: zij zijn belast met het voorbereiden van de vergaderingen, het optekenen van de beraadslagingen van het comité, het opstellen van de notulen en zijn verantwoordelijk voor het archief van het comité. Zij zijn niet stemgerechtigd.
§ 2. In afwijking van paragraaf 1 kan de voorzitter een secretaris en een adjunct-secretaris van een verschillende taalrol aanwijzen. In dat geval wordt de secretaris belast met de in paragraaf 1 opgesomde taken en staat de adjunct-secretaris hem bij in de uitoefening van zijn opdracht.
Art. 5. De voorzitter bezorgt de leden de uitnodiging voor de vergaderingen waarop dag, datum, plaats en uur van de vergadering...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI