Huishoudelijk reglement van het Directiecomité van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer, de 8 octobre 2018

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1. De samenstelling van het Directiecomité van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer, hierna genoemd "het Directiecomité", wordt bepaald door artikel 4 van het koninklijk besluit van 7 november 2000 houdende oprichting en samenstelling van de organen die gemeenschappelijk zijn aan elke federale openbare dienst.

Art. 2. De Voorzitter van het Directiecomité staat in voor de goede werking, opent, leidt en beëindigt de besprekingen.

In geval de Voorzitter verhinderd is, duidt hij het lid van het Directiecomité aan dat hem vervangt. Bij ontstentenis van dergelijke aanwijzing wordt het voorzitterschap waargenomen door het lid dat het langst in het Directiecomité zetelt.

Art. 3. De Voorzitter duidt een secretaris en eventueel een adjunct-secretaris aan, die belast worden met de voorbereiding van de vergaderingen, het akte nemen van de beslissingen of beraadslagingen van het Directiecomité en het opstellen van de notulen.

Art. 4. De agenda's, documenten en verslagen van de vergaderingen worden gedigitaliseerd en op dezelfde wijze door de secretaris of de adjunct-secretaris ter beschikking gesteld aan de leden van het Directiecomité.

Art. 5. Tenzij anders bepaald, vergadert het Directiecomité wekelijks op uitnodiging van de Voorzitter. Daarnaast kan de Voorzitter van het Directiecomité uitnodigen voor bijkomende vergaderingen op eigen initiatief of op vraag van een of meerdere van de leden.

Indien nodig, en/of in geval van nood, kan het Directiecomité via elektronische weg en/of via videoconferentie plaatsvinden.

Art. 6. De agenda en de documenten betreffende de te bespreken punten zijn ten minste drie kalenderdagen voor de vergadering beschikbaar voor de leden van het Directiecomité. Bij dringendheid kan een document tijdens de zitting worden uitgedeeld.

Het Directiecomité kan zich laten bijstaan door personen die omwille van hun bijzondere bevoegdheden of expertise, hem nuttig kunnen inlichten over een punt van de agenda.

Art. 7. De Voorzitter keurt de agenda goed. Het lid dat, na het ontvangen van de agenda, een punt aan de agenda wenst toe te voegen, deelt dit voor de vergadering mee aan de Voorzitter.

Tijdens de vergadering kunnen enkel bij eenparigheid van de aanwezige leden, nieuwe punten aan de agenda worden toegevoegd; deze punten mogen echter niet worden toegevoegd als ze specifiek betrekking hebben op de diensten die ressorteren onder een lid dat verhinderd is. Op gemotiveerde...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT