Decreet tot wijziging en opheffing van verscheidene bepalingen inzake onteigening, de 29 mars 2021

Artikel 1. Het decreet van 9 november 1987 betreffende de onteigeningen ten algemenen nutte, die door de Executieve van de Duitstalige Gemeenschap uitgevoerd of goedgekeurd worden, gewijzigd bij decreet van 27 juni 1994, wordt opgeheven.

Art. 2. In artikel 14 van het decreet van 23 juni 2008 betreffende de bescherming van monumenten, klein erfgoed, ensembles en historische cultuurlandschappen en betreffende de opgravingen worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  1. in het eerste lid worden de woorden ", de provincie" in de eerste zin opgeheven en wordt de tweede zin opgeheven;

  2. het tweede en het derde lid worden opgeheven;

  3. in het vierde lid worden de woorden "De provincie en de gemeente moeten" vervangen door de woorden "De gemeente moet".

    Art. 3. In artikel 33 van hetzelfde decreet worden de tweede zin en de derde zin opgeheven.

    Art. 4. In artikel 1 van het decreet van het Waalse Gewest van 22 november 2018 betreffende de onteigeningsprocedure worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  4. de bepaling onder 5° wordt vervangen als volgt:

    "5° administratie: het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap;"

  5. de bepaling onder 6° wordt opgeheven.

    Art. 5. In hetzelfde decreet wordt een artikel 1.1 ingevoegd, luidende:

    "Art. 1.1 - De hoofdstukken I tot VII zijn van toepassing op onteigeningen ten algemenen nutte waartoe wordt overgegaan in het kader van de uitvoering van het beleid op het gebied van aangelegenheden die binnen de bevoegdheid van de Duitstalige Gemeenschap vallen, ongeacht of het om gemeenschapsmateries gaat dan wel om gewestmateries waarvoor de Duitstalige Gemeenschap in het Duitse taalgebied de bevoegdheden van het Waals Gewest uitoefent.

    Overeenkomstig artikel 6quater van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen en overeenkomstig artikel 1, eerste lid, 3°, van het decreet van de Duitstalige Gemeenschap van 29 april 2019 en van het decreet van het Waalse Gewest van 6 mei 2019 betreffende de uitoefening, door de Duitstalige Gemeenschap, van de bevoegdheden van het Waals Gewest inzake ruimtelijke ordening en bepaalde aanverwante materies zijn de hoofdstukken III en VII, alsook de bepalingen van hoofdstuk I - voor zover ze betrekking hebben op de bepalingen van de hoofdstukken III en VII - ook van toepassing op elke onteigening ten algemenen nutte van een in het Duitse taalgebied gelegen goed, ongeacht wie de onteigenaar is, behalve indien het gaat om een federale overheidsinstantie of een...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT