Decreet houdende de uitgavenbegroting van de Franse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2019, de 17 décembre 2018

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1. Het huidige decreet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikels 115, § 1er, alinea 1er, 116, § 1er, 121, § 1er, alinea 1er, 127, 128, 129, 131, 132, 135, 137, 141 en 175 van de Grondwet, krachtens de artikels 138 en 178 van de Grondwet.

Art. 2. Voor de uitgaven van de begroting van de Franse Gemeenschapscommissie voor het begrotingsjaar 2019 worden kredieten geopend ten bedrage van:

in duizend euro

Vastleggings-
kredieten
Vereffenings-
kredieten
TOTALEN 517.482,00 488.800,00

Deze kredieten worden opgesomd in de bij dit decreet gevoegde tabel.

HOOFDSTUK II. - Specifieke bepalingen met betrekking tot de Collegediensten inclusief die met betrekking tot de organische begrotingsmiddelen

Art. 3. In afwijking van artikel 15 van de organieke wet van de Rekenkamer van 29 oktober 1846 en artikel 1, 1°, van het koninklijk besluit van 31 mei 1966 met betrekking tot de reglementering van de uitgaven van de administratieve diensten, kunnen aan de buitengewone boekhouders voorschotten van 248.000 EUR worden toegekend om, onafhankelijk van de contante uitgaven, vorderingen van maximaal 30.000 EUR te betalen.

Aan deze boekhouders wordt toestemming verleend om de nodige voorschotten te geven aan functionarissen en experten die naar het buitenland zijn gestuurd, zelfs als deze voorschotten hoger zijn dan 4.958 EUR en zolang ze niet meer bedragen dan 30.000 EUR.

De betaling van bezoldigingen voor experten uit andere landen en kosten die voortvloeien uit regelingen met het buitenland kan ook door middel van voorschotten worden uitgevoerd, op voorwaarde dat deze niet meer bedragen dan 30.000 EUR.

Op het gebied van onderwijs kunnen aan de buitengewone boekhouders voorschotten van maximaal 372.000 EUR worden toegekend krachtens de begrotingsartikelen 29.003.00.12 en 29.003.00.17 van de onderwijsinstellingen van de Franse Gemeenschapscommissie, waarvan de namen als volgt luiden:

- instituut Emile GRYSON,

- instituut REDOUTE-PEIFFER,

- het bestuur van de Franse Gemeenschapscommissie,

- instituut Roger GUILBERT,

- CERIA, Algemene Zaken,

- instituut Roger LAMBION.

Op het gebied van energie- en waterkosten zijn buitengewone boekhouders bevoegd om schulden te betalen van maximaal 85.000 EUR.

Voorschotten van maximaal 1.500.000 EUR kunnen worden toegekend aan de buitengewone boekhouder krachtens het begrotingsartikel voor de betaling van kosten voor schoolvervoer (25.000.00.01) en aankoop van duurzame goederen (25.000.00.09).

Met betrekking tot schoolvervoer kunnen voorschotten worden gebruikt voor vorderingen van eender welk bedrag, met dien verstande dat ze het onderwerp van een contract vormen.

De buitengewone boekhouder die door het College is aangesteld, is bevoegd om de vorderingen van maximaal 30.000 EUR te betalen met behulp van de voorschotten van gelden die zijn toegewezen aan de basisallocaties 21.000.00.23 (SIPP), 21.000.00.24 en 21.000.00.31.

Art. 4. Volgens de wet van 29 oktober 1846 op de organisatie van de Rekenkamer, kunnen de voorschotten bedoeld in artikel 15-2° van voornoemde wet gebruikt worden om tussenkomsten te betalen voor tele-diensten en aansluitkosten, plaatsing, huur van een telefoontoestel, ten laste van de basisallocatie 22.001.00.05.

Art. 5. In afwijking van artikel 29 van het decreet van 24 april 2014 kunnen de kredieten die zijn opgenomen in de basisallocaties: 21.000.00.08, 21.000.00.09, 21.000.00.11, 21.000.00.30, 22.003.02.00, 22.005.00.01, 22.005.00.02, 22.005.00.03, 22.005.00.04, 22.005.00.05, 22.006.00.02, 23.005.00.00, 24.000.00.10, 25.000.00.00, 28.000.00.01, 29.002.00.00, 29.002.00.02, 29.003.00.01, 29.003.00.02, 29.003.00.03, 29.003.00.06, 29.003.00.07, 29.003.00.16 en 30.002.00.00 bij decreet van het College onder elkaar worden herverdeeld.

Art. 6. In afwijking van artikel 29 van het decreet van 24 april 2014 kunnen de volgende allocaties herverdelingen ontvangen, bij decreet van het College, van alle basisallocaties van de begroting:

11.001.07.00 Subsidies aan de erkende culturele centra
21.000.00.40 Functioneringskosten Administratieve gebouwen
30.001.00.02 Tussenkomsten voor algemeen beleid
30.001.00.12 Akkoord non-profit (ACS)
30.001.00.17 Provisie voor non-profit overeenkomst
31.001.08.01 Uitgaven-Tussenkomst voor bestaande kinderdagverblijven (private sector)
31.001.08.02 Uitgaven-Tussenkomst voor bestaande kinderdagverblijven (openbare sector)
31.001.08.03 Uitgaven Sociale Zaken
31.001.08.04 Terreinen voor de opvang van reizigers
31.001.08.05 Uitgaven Kinderdagverblijf-Oproep voor project infrastructuren vroege kinderjaren openbare sector
31.001.08.06 Uitgaven Kinderdagverblijf-Oproep voor project infrastructuren vroege kinderjaren private sector
31.001.08.07 Uitgaven-Tussenkomsten voor de Sociale Infrastructuren voor mensen met een handicap (private sector)
31.001.08.08 Uitgaven Tussenkomst Zorginfrastructuur
31.002.08.01 Uitgaven Administratieve Gebouwen
31.002.08.02 Uitgaven-Constructie en uitrusting dagopvang De Poolster
31.008.08.03 Uitgaven - Sociaal toerisme
31.002.08.04 Uitgaven - Sportcentrum Woluwe
31.002.08.06 Uitgaven - Onderwijs
31.002.08.07 Uitgaven - Cultuurgebouwen

Art. 7. In afwijking van artikel 29 van het decreet van 24 april 2014, en met instemming van de bevoegde Minister en de Minister van Begroting, mogen de kredieten die zijn opgenomen in de basisallocatie 26.002.00.01 en 26.003.00.00 onderling worden herverdeeld bij decreet van het College met het oog op het opzetten van opleidingsprojecten voor de middenklasse in samenwerking met Brussels Training.

Art. 8. In afwijking van artikel 29 van het besluit van 24 april kan het krediet opgenomen in de basistoeslag 30.001.00.12 "Akkoord non-profit (ACS)" bij...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT