Bijzonderemachtenbesluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering nr. 2020/028 ter invoering van een premie ter ondersteuning van de huurders met beperkte inkomsten die een inkomensverlies ondergaan door de COVID-19 gezondheidscrisis, de 29 mai 2020

HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

  1. Premie : de premie bedoeld in artikel 2 van dit besluit;

  2. Brussel Fiscaliteit : de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel Fiscaliteit;

  3. Openbaar vastgoedbeheerder : de beheerders zoals deze zijn omschreven in artikel 2, § 1, 4° van de Brusselse Huisvestingscode

  4. Gezin :

    - ofwel het geheel van de personen die, overeenkomstig artikel 3, 9° van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, deel uitmaken van eenzelfde gezin;

    - ofwel een persoon die als alleenstaande is ingeschreven in het bevolkingsregister of het vreemdelingenregister;

  5. Woning : onroerend goed of gedeelte van een onroerend goed gelegen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest dat wordt gebruikt of bestemd voor bewoning en dat de voorwaarden bedoeld in artikel 2 van dit besluit vervult ;

  6. Brussel Huisvesting: Gewestelijke Overheidsdienst Brussel, Directoraat-Generaal Brussel Huisvesting ;

  7. Kind : persoon die aan de voorwaarden voldoet om het recht op kinderbijslag te openen;

  8. gehandicapte persoon : worden beschouwd als gehandicapte persoon

    1. iedere persoon aan wie :

      - een invaliditeit of een arbeidsongeschiktheid van ten minste 66 % werd toegekend;

      - bij wie een vermindering van de zelfredzaamheid van ten minste 9 punten werd vastgesteld;

      - bij wie een vermindering van het verdienvermogen tot één derde of minder werd vastgesteld;

    2. ieder kind dat één van de volgende voorwaarden vervult:

      - minstens 4 punten in pijler 1 op de medisch-sociale schaal toegekend gekregen hebben;

      - minstens 6 punten in totaal op de medisch-sociale schaal toegekend gekregen hebben;

      - een ongeschiktheid van minstens 66% toegekend gekregen hebben ;

  9. referentiepersoon van een gezin : het lid van een gezin dat, met toepassing van artikel 1, 9° van het koninklijk besluit van 8 januari 2006 tot bepaling van de informatietypes, verbonden met de informatiegegevens bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, als zodanig is opgenomen in het Rijksregister.

  10. de social-distancingmaatregelen: de maatregelen opgelegd bij het ministerieel besluit van 23 maart 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken.

    HOOFDSTUK II. - Personen die genieten van de premie

    Art. 2. Er wordt een unieke premie van 214,68 euro toegekend aan elke persoon die gedomicilieerd is in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest die aan onderstaande cumulatieve voorwaarden voldoet:

  11. krachtens een huurovereenkomst die vóór 14 maart 2020 werd ondertekend, huurder zijn van een woning die gelegen is in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en die gebruikt wordt als hoofdverblijfplaats;

  12. tussen een vermindering of een totaal verlies van beroepsinkomsten hebben geleden als gevolg van de social-distancingmaatregelen. Voor werknemers moet dit inkomensverlies gelijk zijn aan ten minste 15 dagen tijdelijke werkloosheid. Voor zelfstandigen wordt de vermindering van het inkomen aangetoond door de toekenning van het overbruggingsrecht of door het voordeel van een andere gewestelijke premie die is voorbehouden aan zelfstandigen die van het overbruggingsrecht zijn uitgesloten.

  13. deel uitmaken van een gezin waarvan het netto belastbaar inkomen beantwoordt aan de voorwaarden bedoeld in artikel 6 van dit besluit;

  14. geen enkel lid van het gezin is houder van een eigendomsrecht of een vruchtgebruik op een woning gedurende de periode waarin er sprake is van een vermindering of een totaal verlies aan beroepsinkomsten waarvoor de premie wordt aangevraagd.

    Art. 3. Is uitgesloten van het genot van de premie, de huurder van een woning die hem wordt ter beschikking gesteld door een publiek organisme zoals :

    - een openbaar vastgoedbeheerder;

    - een sociaal verhuurkantoor (SVK).

    Art. 4. § 1. De vermindering of het totale verlies van beroepsinkomsten als gevolg van de COVID-19-crisis moet aangetoond worden met behulp van een van volgende bewijsstukken:

    - een attest waaruit blijkt dat de huurder gedurende de periode dat de social-distancingmaatregelen van kracht zijn, het voordeel van de technische werkloosheid genoot voor zover deze huurder een loontrekkende was gedurende deze periode;

    - een attest waaruit blijkt dat de huurder genoot van het overbruggingsrecht voor zelfstandigen of van iedere andere gewestelijke premie die voorbehouden is aan zelfstandigen die uitgesloten zijn van het overbruggingsrecht indien de rechtbebbende huurder zelfstandige was gedurende de periode dat de social-distancingmaatregelen van kracht zijn

    § 2. Het recht op de premie wordt geopend van zodra één van de leden van het gezin de voorwaarden bedoeld in paragraaf 1 vervult.

    § 3. Iedere persoon die deel uitmaakt van het gezin kan de premie aanvragen.

    § 4. Medehuurders worden beschouwd als een gezin voor de toepassing van dit besluit. In afwijking van § 2, moet de aanvraag van de premie moet door alle medehuurders gezamenlijk worden gedaan.

    Art. 5. Het voordeel van de premie bedoeld in artikel 2 is beperkt tot één premie per gezin en per woning.

    Art. 6. § 1. Het netto belastbaar inkomen van het gezin moet lager zijn dan of gelijk zijn aan de hierna vermelde plafonds:

    1. voor de huurder die alleen woont, mogen deze inkomsten het bedrag van 34.924,76 euro niet overschrijden;

    2. voor een gezin dat bestaat uit meer dan één persoon, dat slechts over één inkomen beschikt, wordt dit bedrag tot 38.805,30 euro gebracht;

    3. voor gezinnen die over minstens twee inkomens beschikken, is het bedrag 44.348,97 euro.

    Deze bedragen worden verhoogd met 3.326,16 euro per niet-gehandicapt kind dat deel uitmaakt van het gezin en met 6.652,32 euro per gehandicapte persoon die deel uitmaakt van het gezin.

    § 2. Het bewijs van de inkomsten wordt geleverd door het meeste recente...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT