Eerste bestuursovereenkomst 2002-2004 van het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 10-01-2003 en tekstbijwerking tot 05-09-2003)., de 10 décembre 2002

TITEL I. - Definities.

Artikel 1. Voor de toepassing van deze bestuursovereenkomst wordt verstaan onder :

  1. " Koninklijk besluit nr. 38 " : het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen;

  2. " Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen " of " RSVZ " : het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen zoals bedoeld in artikel 21, § 1, van het koninklijk besluit nr. 38;

  3. " het Bestuur van het sociaal statuut der zelfstandigen " of " het Bestuur " : het Bestuur van het sociaal statuut der zelfstandigen zoals bedoeld in artikel 20, § 2ter, eerste lid, b) van koninklijk besluit nr. 38;

  4. " Nationale Hulpkas voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen " of " Nationale Hulpkas " : de Nationale Hulpkas, opgericht in de schoot van het RSVZ, in uitvoering van artikel 20, § 3, van het koninklijk besluit nr. 38;

  5. " Sociale verzekeringsfondsen " : de vrije sociale verzekeringskassen voor zelfstandigen zoals bedoeld in artikel 20, § 1, van het koninklijk besluit nr. 38, alsmede de Nationale Hulpkas;

  6. " Het globaal financieel beheer van het sociaal statuut der zelfstandigen " of " globaal financieel beheer " : het globaal financieel beheer ingevoerd bij het koninklijk besluit van 18 november 1996 strekkende tot invoering van het globaal financieel beheer in het sociaal statuut der zelfstandigen, met toepassing van hoofdstuk I van titel VI van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels;

  7. " ARS " : het koninklijk besluit van 19 december 1967 houdende algemeen reglement in uitvoering van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen;

  8. " Het koninklijk besluit van 3 april 1997 " : het koninklijk besluit van 3 april 1997 houdende maatregelen met het oog op de responsabilisering van de openbare instellingen van sociale zekerheid, met toepassing van artikel 47 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels;

  9. " Boordtabellen " : de boordtabellen zoals bedoeld in artikel 10 van het koninklijk besluit van 3 april 1997;

  10. " Bestuursplan " : het bestuursplan zoals bedoeld in artikel 10 van het koninklijk besluit van 3 april 1997;

  11. " Federale ombudsmannen " : de federale ombudsmannen, bedoeld in de wet van 22 maart 1995 tot instelling van federale ombudsmannen;

  12. " Ombudsdienst Pensioenen " : de Ombudsdienst Pensioenen opgericht bij het koninklijk besluit van 27 april 1997 tot instelling van een Ombudsdienst Pensioenen met toepassing van artikel 15, 5°, van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en het vrijwaren van de wettelijke pensioenstelsels;

  13. " Sociaal Handvest " : het handvest van de sociaal verzekerde zoals bedoeld in de wet van 11 april 1995 tot invoering van het " handvest " van de sociaal verzekerde.

    TITEL II. - Taken en doelstellingen van het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen.

    HOOFDSTUK 1. - Algemene taakomschrijving en doelstellingen.

    Art. 2. § 1. Het RSVZ vervult taken met betrekking tot de verzekerings- en/of bijdrageplicht van natuurlijke en rechtspersonen aan het sociaal statuut der zelfstandigen.

    Voor wat de verzekeringsplicht betreft omvat deze opdracht het nemen van beslissingen op het vlak van opsporing, ingebrekestelling en controle van de verzekerden. Tot deze opdrachten behoort tevens de vaststelling van de stopzetting van arbeidsongeschikte zelfstandigen.

    Voor wat de bijdrageplicht betreft omvat deze opdracht het nemen van beslissingen over de aanvragen inzake verminderde bijdragen en inzake verzaking van verhogingen en, anderzijds, het innen van de consolidatiebijdragen en van de bijdragen van de bij de Nationale Hulpkas voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen aangesloten zelfstandigen en vennootschappen.

    § 2. Het RSVZ vervult taken met betrekking tot het onderzoek naar de rechten en het toekennen van de uitkeringen die uit de verzekeringsplicht voortvloeien.

    Voor wat de toekenning van rechten betreft, omvat deze opdracht het nemen van beslissingen inzake pensioenen, gelijkstelling, voortgezette verzekering en de rechten van gewezen kolonisten, alsmede inzake de gezinsbijslagen en de sociale verzekering in geval van faillissement voor wat de aangeslotenen van de Nationale Hulpkas voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen betreft.

    De uitbetaling van de uitkeringen heeft betrekking op de gezinsbijslagen en de voordelen van de sociale verzekering in geval van faillissement voor de zelfstandigen die aangesloten zijn bij de Nationale Hulpkas voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen, alsmede, in een aantal bijzondere gevallen, op de gezinsbijslagen van niet bij de Nationale hulpkas aangesloten sociaal verzekerden.

    Het onderzoekt en beslist over de aanvragen om de terugvordering van ten onrechte uitgekeerde gezinsbijslagen of uitkeringen in het kader van de sociale verzekering in geval van faillissement te verzaken.

    § 3. Het RSVZ is belast met het bijhouden van repertoria van de zelfstandigen en van de vennootschappen. Dit omvat het verzamelen en exploiteren van die gegevens betreffende, enerzijds, de verzekerings- en bijdrageplichtige zelfstandigen en hun rechthebbenden en, anderzijds, de bijdrageplichtige vennootschappen, die noodzakelijk zijn om het RSVZ en de medewerkende instellingen toe te laten hun opdrachten correct uit te voeren en om de rechten van de sociaal verzekerden te vrijwaren.

    § 4. Het RSVZ is belast met het beheer van de middelen van het globaal financieel beheer van het sociaal statuut der zelfstandigen. Deze opdracht omvat het beheer van de inkomende financiële middelen alsmede het verdelen van deze middelen naar de betalingsorganismen.

    § 5. Het RSVZ voert in toepassing van de Verordeningen EG 1408/71 en EG 574/72 en in toepassing van verscheidene internationale overeenkomsten die België op het vlak van de sociale zekerheid heeft gesloten, opdrachten uit als bevoegd orgaan op het vlak van de sociale zekerheid van zelfstandigen.

    § 6. Naast de opdrachten omschreven in de §§ 1 tot en met 5 vervult het RSVZ eveneens verschillende taken ter ondersteuning zowel van voormelde opdrachten, als van het beleid inzake het sociaal statuut der zelfstandigen en van de goede werking van de instelling.

    Art. 3. Overeenkomstig zijn Strategisch Plan wil het RSVZ tegemoetkomen aan de verwachtingen van zijn klanten en door een goede invulling van deze klantgerichtheid bijdragen tot een betere vertrouwensrelatie met de burger en tot een grotere tevredenheid van de gebruiker van zijn diensten.

    Als bevoegde beheersinstelling voor de toepassing van het sociaal statuut der zelfstandigen wil het RSVZ de motor zijn voor een optimale en correcte toepassing van het sociaal zekerheidsstelsel van de zelfstandigen.

    Het RSVZ wenst zijn opdrachten en taken uit te voeren in nauwe samenwerking met zijn partners, het Bestuur van het Sociaal Statuut der zelfstandigen, het Algemeen Beheerscomité, de andere bevoegde instellingen en in het bijzonder de sociale verzekeringsfondsen.

    HOOFDSTUK 2. - Taken en doelstellingen inzake de verzekerings- en/of bijdrageplicht.

    Afdeling 1. - Controle op naleving van de verzekerings- en bijdrageplicht.

    Onderafdeling 1. - De vaststelling van de verzekeringsplicht van natuurlijke personen.

    Art. 4. Het RSVZ stelt de verzekeringsplicht van natuurlijke personen onder meer vast aan de hand van de inkomensgegevens die door de administratie der directe belastingen worden meegedeeld.

    Wanneer het RSVZ vaststelt dat een verzekeringsplichtige zelfstandige niet of niet meer is aangesloten bij een sociaal verzekeringsfonds, wordt, naargelang het om een begin dan wel om een verderzetting van activiteit gaat, hetzij een ingebrekestelling verstuurd naar de zelfstandige, hetzij een vraag tot aanpassing van de periode van aansluiting naar het sociaal verzekeringsfonds.

    Indien de ingebrekestelling binnen de wettelijk voorziene termijn niet wordt gevolgd door een vrijwillige aansluiting bij een sociaal verzekeringsfonds, wordt het dossier voor ambtshalve aansluiting overgemaakt aan de diensten van de Nationale Hulpkas voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen.

    Art. 5. Het RSVZ wil de zelfstandigen zo snel mogelijk van hun rechten en plichten op de hoogte te brengen. Daartoe behoort ook het tijdig nemen van de beslissingen inzake de verzekeringsplicht.

    Het RSVZ zal 60 % van de beslissingen nemen binnen de hieronder vermelde termijn.

    2002 2003 2004

    3,5 maanden 3 maanden 2 maanden

    Deze termijnen vangen aan op het ogenblik waarop het RSVZ kennis heeft genomen van een feit (doorgaans de mededeling van een inkomen door de administratie van de directe belastingen) dat de verzekeringsplicht met zich meebrengt.

    Het RSVZ zal in de loop van deze bestuursovereenkomst de mogelijkheden onderzoeken van nieuwe informatiebronnen die het zouden moeten mogelijk maken het ogenblik van de vaststelling van de verzekeringsplicht dichter te doen aansluiten bij het ogenblik van de aanvang van de zelfstandige beroepsactiviteit.

    Onderafdeling 2. - De vaststelling van de stopzetting in het kader van de arbeidsongeschiktheidsverzekering.

    Art. 6. Het RSVZ is belast met de vaststelling van de stopzetting van arbeidsongeschikte zelfstandigen (hoofd- en bijberoep). Deze taak bestaat erin, op initiatief van de adviserend geneesheer, een inspectie-onderzoek aan te vragen en hem, achteraf, de conclusies ervan mee te delen.

    Art. 7. Het RSVZ zal, met het oog op een snelle afhandeling van de aanvragen, een bijzondere inspanning leveren om die conclusies aan de adviserend geneesheer op diens verzoek mee te delen binnen de dertig dagen volgend op de ontvangst van de verklaring van arbeidsongeschiktheid.

    Onderafdeling 3. - De vaststelling van de bijdrageplicht van de vennootschappen.

    Art. 8. Het RSVZ stelt...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT