Besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 42 betreffende de toekenning van specifieke steun aan de gezinnen inzake gas en elektriciteit in het kader van de sanitaire crisis COVID-19, de 11 juin 2020

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

  1. het besluit betreffende de elektriciteitsmarkt : het Besluit van de Waalse Regering van 30 maart 2006 betreffende de openbare dienstverplichtingen op de elektriciteitsmarkt;

  2. het besluit betreffende de gasmarkt: het besluit van de Waalse Regering van 30 maart 2006 betreffende de openbare dienstverplichtingen op de gasmarkt

  3. sociale leverancier : distributienetbeheerder die aan de beschermde afnemer levert overeenkomstig artikel 26 van het decreet betreffende de elektriciteitsmarkt en artikel 30 van het decreet betreffende de gasmarkt.

    Art. 2. Een eenmalige en uitzonderlijke steun COVID-19, ten bedrage van vijfenzeventig euro voor gas en honderd euro voor elektriciteit, wordt per 30 juni 2020 toegekend aan de residentiële afnemer met een actieve budgetmeter door middel van een budgetmetervulling. Deze steun wordt verleend tot en met 30 oktober 2020. Zodra de klant zijn kaart weer in zijn budgetmeter heeft gestoken, toont deze automatisch een positief saldo van € 100 aan elektriciteit en € 75 aan gas, ongeacht het vorige saldo en/of de eerder opgeladen bedragen.

    De distributienetbeheerders nemen alle maatregelen om de afnemer met een budgetmeter op de hoogte te brengen van de noodzaak om zijn kaart aan het einde van de periode van 18 maart tot 30 juni 2020 snel te vegen op een oplaadpunt, om te kunnen genieten van de COVID-19-steun en om een onderbreking te voorkomen. Deze mededelingen herinneren de afnemer aan de voorwaarden die de distributienetbeheerder heeft opgesteld om te voldoen aan artikel 1 van het besluit van de Waalse regering van 18 maart 2020 betreffende de noodmaatregelen inzake de budgetmeter en de gevolgen daarvan op zijn factuur. De distributienetbeheerders herinneren hun afnemers tot eind oktober één keer per maand met alle passende communicatiemiddelen aan de voorwaarden voor de toekenning van de steun.

    Voor afnemers met budgetmeters die hebben geprofiteerd van de voorwaarden die de distributienetbeheerders hebben opgesteld in overeenstemming met artikel 1 van het voornoemde besluit van de Waalse regering van 18 maart 2020, stelt de distributienetbeheerder de laatst bekende index op het moment dat de afnemer zijn kaart heeft gebruikt, overeenkomstig lid 1, op en zendt deze binnen 15 dagen door om te kunnen profiteren van de COVID-19-steun.

    De leverancier stuurt de afnemer een regularisatiefactuur met het verbruik dat hij in de periode van 18 maart tot 30 juni aan de afnemer heeft geleverd. Deze factuur wordt zo spoedig mogelijk en uiterlijk binnen 30 dagen opgesteld. In geval van een regularisatie ten voordele van de afnemer zal de terugbetaling van het te veel geïnde bedrag geschieden zoals voorzien in de algemene voorwaarden van de leverancier en dit uiterlijk binnen dertig dagen volgend op de datum van de regularisatie factuur.

    Wanneer de afnemer het bedrag van zijn factuur niet op de vervaldag heeft betaald, past de leverancier de procedures toe die van toepassing zijn op de residentiële afnemer in geval van niet-betaling, zoals uiteengezet in hoofdstuk IV, afdeling II, artikelen 29 tot 30 quater voor het besluit betreffende de elektriciteitsmarkt en hoofdstuk IV, afdeling II, artikelen 32 tot 33 quater voor het besluit betreffende de gasmarkt.

    Uiterlijk op 30 september 2020 stelt de regering, op voorstel van de minister bevoegd voor energie, op advies van CWaPE en in overleg met de leveranciers, de distributienetbeheerders en de sociale verenigingen, de voorwaarden vast voor de terugbetaling van de onbetaalde sommen die nog verband houden met de in lid 3 bedoelde regularisatiefacturen.

    In afwijking van de bepalingen van het besluit betreffende de elektriciteitsmarkt en het Besluit betreffende de gasmarkt, zijn de kosten en interesten die aan de afnemer worden aangerekend voor de uitgifte en inning van deze factuur geplafonneerd op een maximum van vijf euro per energie.

    Art. 3. Het Gewest neemt de kosten van de in artikel 2 bedoelde steun voor zijn rekening via een specifiek begrotingsartikel.

    De distributienetbeheerder stelt de Administratie in kennis van het in artikel 2 bedoelde aantal afnemers. In de kennisgeving, die samen met de in artikel 2, lid 3, bedoelde informatie wordt toegezonden, wordt per leverancier het aantal betrokken afnemers vermeld, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen de gasvector enerzijds en de elektriciteitsvector anderzijds.

    De leverancier, met inbegrip van de sociale leverancier, stelt de administratie uiterlijk op 31 augustus 2020 in kennis van een aangifte van schuldvordering op erewoord met vermelding van het totale bedrag van de verleende steun en het aantal begunstigde afnemers voor gas enerzijds en voor elektriciteit anderzijds, voor de in artikel 2, lid 3, bedoelde afnemers. Voor de andere afnemers stelt de leverancier, met inbegrip van de sociale leverancier, de administratie uiterlijk op 30 november 2020 in kennis van een aangifte van schuldvordering op erewoord met vermelding van het totale bedrag van de toegekende steun en het aantal afnemers dat de steun voor gas enerzijds en voor elektriciteit anderzijds heeft ontvangen.

    De administratie controleert zo spoedig mogelijk en uiterlijk binnen 30 dagen de samenhang met de door de distributienetbeheerders verstrekte informatie. Na controle wordt het bedrag van de COVID-19 steun binnen 30 dagen aan de leverancier en de sociale leverancier terugbetaald.

    Art. 4. Een bijkomende tussenkomst van het Gewest ten belope van 1,7 miljoen euro, alsook het eventuele saldo van het budget dat overblijft na de terugbetaling overeenkomstig artikel 3, lid 3, bij de leveranciers en sociale leveranciers, wordt toegekend aan het O.C.M.W., in verhouding tot het aantal begunstigden van het leefloon, om in te grijpen in de betaling van de elektriciteits- of gasrekeningen van precaire gezinnen.

    De in lid 1 bedoelde tussenkomst wordt uitgevoerd na een sociaal onderzoek door het OCMW, met name voor de facturen bedoeld in artikel 2, lid 3, van de gezinnen, alsook voor de facturen van de onbeschermde afnemers die door de distributienetbeheerder worden bevoorraad overeenkomstig artikel 31, § 5, van het decreet betreffende de elektriciteitsmarkt of artikel 34, § 6, van het decreet betreffende de gasmarkt.

    Art. 5. In artikel 2 van het besluit van de Waalse Regering van 18 maart 2020 betreffende de noodmaatregelen inzake de budgetmeter, vervangen door erratum op 2 april 2020, worden de zinnen "Alle lopende procedures tot plaatsing van een budgetmeter worden geannuleerd. Afnemers blijven door hun leverancier overeenkomstig hun huidig contract bevoorraad." opgeheven.

    Art. 6. Dit besluit treedt in werking op de dag volgend op de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

    Art. 7. De Minister van Energie is belast met de uitvoering van dit besluit.

    Handtekening

    Namen, 11 juni 2020.

    Voor de Regering:

    De Minister-President,

    E. DI RUPO

    De Minister van Klimaat, Energie en Mobiliteit,

    Ph. HENRY

    Aanhef

    De Waalse Regering,

    Gelet op het decreet van 17 maart 2020 tot toekenning van bijzondere machten aan de Waalse Regering in het kader van de sanitaire crisis COVID-19, artikel 1;

    Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 18 maart 2020 betreffende de noodmaatregelen inzake de budgetmeter;

    Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 20 mei 2020;

    Gelet op de adviezen van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 14 april en 7 mei 2020;

    Gelet op het rapport van 20 mei 2020 opgemaakt overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014 houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen;

    Gelet op het advies van de CWaPE, gegeven op 29 mei 2020;

    Gelet op het advies 67.470 van de Raad van State gegeven op 2 juni 2020 overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973

    Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

    Gelet op het decreet van 12 april 2001 betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt, inzonderheid op artikel 33/bis/2, ingevoegd bij het decreet van 19 juli 2018;

    Gelet op het decreet van 19 december 2002 betreffende de organisatie van...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT