Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse besluiten naar aanleiding van de inwerkingtreding van de omgevingsvergunning, de 23 février 2017

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling

Artikel 1. Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van de volgende richtlijnen :

  1. richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging);

  2. richtlijn 2011/92/EU van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 2011 betreffende de milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten;

  3. richtlijn 2013/39/EU van het Europees Parlement en de Raad van 12 augustus 2013 tot wijziging van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 2008/105/EG wat betreft prioritaire stoffen op het gebied van het waterbeleid;

  4. richtlijn 2014/52/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 tot wijziging van Richtlijn 2011/92/EU betreffende de milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten.

    HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne

    Art. 2. In het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 maart 2016, wordt de zinsnede "afdeling, bevoegd voor milieuvergunningen" telkens vervangen door de zinsnede "afdeling Milieu, bevoegd voor de omgevingsvergunning".

    Art. 3. In artikel 1.1.2 van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  5. tussen het opschrift " DEFINITIES GEVAARLIJKE PRODUCTEN EN BRANDBARE VLOEISTOFFEN (Hoofdstukken 4.1., 5.17. en 6.5. en afdelingen 5.6.2 en 5.6.3)" en de subtitel "GEVAARLIJKE GASSEN" wordt een subtitel "ALGEMENE DEFINITIES" ingevoegd, die luidt als volgt :

    " - ALGEMENE DEFINITIES

  6. brandbare vloeistoffen : de vloeistoffen die op basis van de etikettering niet gekenmerkt zijn door een gevarenpictogram volgens de CLP-verordening met een vlampunt hoger dan 60 ° C tot maximaal 250 ° C, of de vloeibare brandstoffen die op basis van de etikettering niet gekenmerkt zijn door gevarenpictogram GHS02 volgens de CLP-verordening met een vlampunt hoger dan 60 ° C tot maximaal 250 ° C;

  7. CLP-verordening : verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels tot wijziging en intrekking van de Richtlijnen 67/548/EEG en 1999/45/EG en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006;

  8. gevaarlijke gassen : de samengeperste, vloeibaar gemaakte, in oplossing gehouden of sterk gekoelde vloeibare gassen volgens de CLP-verordening;

  9. gevaarlijke producten : de stoffen en mengsels, vermeld in artikel 3 van de CLP-verordening;

  10. gevarencategorie : een onderverdeling naar de ernst van het gevaar binnen elke gevarenklasse op basis van de criteria volgens de CLP-verordening;

  11. gevarenklasse : de aard van het fysische, gezondheids- of milieugevaar, volgens de CLP-verordening;

  12. gevarenpictogram : de grafische voorstelling die bestaat uit een symbool en andere grafische elementen, zoals een kader, een achtergrondpatroon of -kleur, bedoeld om specifieke informatie over het gevaar in kwestie te verstrekken, volgens de CLP-verordening;

  13. opslagplaats : de ruimten of plaatsen in gebouwen, ondergronds of in de openlucht, waarin de gevaarlijke producten of de brandbare vloeistoffen, vermeld in dit besluit, in vaste houders, in verplaatsbare recipiënten of onverpakt zijn opgeslagen in een hoeveelheid die het dagverbruik per 24 uur overschrijdt. Daarbij wordt verstaan onder :

    1. vaste houders : de houders die worden gevuld of bijgevuld op de plaats van gebruik;

    2. verplaatsbare recipiënten : de houders die worden gevuld of bijgevuld op een andere plaats dan de plaats van gebruik;

      De volgende ruimten of plaatsen worden niet beschouwd als opslagplaats als vermeld in punt 8° :

    3. transportvoertuigen;

    4. fabricagetoestellen waarin de producten een bewerking moeten ondergaan, en de pompen en buffervaten, gekoppeld aan de productie;

    5. winkelruimten, voor het publiek toegankelijk, voor de verkoop van gevaarlijke producten in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 l of 30 kg, met uitzondering van producten, gekenmerkt door gevarenpictogram GHS01;

    6. geïntegreerde brandstoftanks bij vast opgestelde motoren, zoals bij aggregaten, pompen, noodgeneratoren en dergelijke, met een maximale waterinhoud van 2000 l;";

  14. in "DEFINITIES OPPERVLAKTE- EN GRONDWATERBESCHERMING (INTEGRAAL WATERBELEID) (Hoofdstukken 2.3., 4.2., 5.3., en 6.2. (oppervlaktewater) en 2.4., 4.3., 5.52., 5.53., 5.54., 5.55. en 6.9. (grondwater)), wordt de definitie "prioritaire stoffen" vervangen door wat volgt :

    "- prioritaire stoffen : de stoffen die conform artikel 3, § 2, 19°, van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid zijn opgesomd in lijst III van bijlage 2C bij dit besluit. Tot die stoffen behoren prioritaire gevaarlijke stoffen waarvoor maatregelen moeten worden getroffen conform artikel 5, eerste lid, 2°, van het voormelde decreet;".

    Art. 4. In artikel 1.4.1.1, zesde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, wordt tussen de zinsnede "artikel 82" en de zinsnede "een algemene evaluatie" de zinsnede "van het decreet van 25 april 2014" ingevoegd.

    Art. 5. In artikel 1.4.3.1.1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, wordt tussen het eerste en het tweede lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt :

    "De concrete planning wordt door de afdeling Milieu, bevoegd voor de omgevingsvergunning, maximaal zestig dagen na de publicatie van nieuwe of herziene BBT-conclusies in het Publicatieblad van de Europese Unie geactualiseerd.".

    Art. 6. In artikel 1.4.6.1, vierde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, wordt de zinsnede "als vermeld in artikel 1.4.1.2, 2°, c) en d)" vervangen door de zinsnede "als vermeld in artikel 1.4.2.1, 2°, c) en d)".

    Art. 7. In artikel 2.3.6.1, § 3, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014, wordt het woord "milieuvergunning" telkens vervangen door de woorden "omgevingsvergunning voor de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit".

    Art. 8. In artikel 2.12.0.1, § 3, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2008 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, wordt het woord "indelingsruriek" vervangen door het woord "indelingsrubriek".

    Art. 9. In artikel 3.1.1, § 5, derde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014, wordt het woord "milieuvergunning" vervangen door de woorden "omgevingsvergunning voor de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit".

    Art. 10. Aan artikel 3.3.0.2, 12°, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, wordt een punt d) toegevoegd, dat luidt als volgt :

    "d) een lijst van de hoeveelheden van de verschillende categorieën gevaarlijke afvalstoffen die mogen worden verwerkt;".

    Art. 11. In artikel 3.3.0.3, 2°, eerste lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, worden de woorden "of gelijkwaardige technische maatregelen" vervangen door de woorden "of gelijkwaardige technische maatregelen die een gelijkwaardig niveau van milieubescherming garanderen".

    Art. 12. In artikel 4.1.7.2, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014, wordt het woord "milieuvergunning" vervangen door de woorden "omgevingsvergunning voor de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit".

    Art. 13. In artikel 4.1.8.1, § 4, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 juni 1996 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 januari 2006, wordt het woord "milieuvergunning" vervangen door de woorden "omgevingsvergunning voor de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit".

    Art. 14. In artikel 4.1.9.1.2 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 juni 1996 en het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, wordt paragraaf 6 vervangen door wat volgt :

    " § 6. Als de verandering van een ingedeelde inrichting of activiteit of de wijziging van de indelingslijst tot gevolg heeft dat een ingedeelde inrichting of activiteit voor het eerst inrichtingen of activiteiten omvat die in de vijfde kolom van de indelingslijst met de letter "A" zijn aangeduid, kan de milieucoördinator die op dat ogenblik is aangesteld voor een inrichting of activiteit die in de vijfde kolom van de indelingslijst met de letter "B" is aangeduid, voor het geheel van de inrichtingen en activiteiten die aan de milieucoördinatorplicht onderworpen zijn, verder aangesteld blijven.".

    Art. 15. In artikel 4.1.9.1.3, § 3, derde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 juni 1996 en het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, worden de woorden "de de afdeling" vervangen door de woorden "de afdeling".

    Art. 16. In artikel 4.1.9.1.4 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 juni 1996 en het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  15. in paragraaf 2, tweede lid, worden de woorden "de de afdeling" vervangen door de woorden "de afdeling";

  16. in paragraaf 3 worden de woorden "de de afdeling" vervangen door de woorden "de afdeling".

    Art. 17. In artikel 4.1.9.2.6, § 1, 1°, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 juni 1996 en het laatst gewijzigd bij...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT