Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de exploitatievoorwaarden voor zwembaden en andere baden, de 13 mars 2023
HOOFDSTUK I. - Gemeenschappelijke bepalingen
Artikel 1. Toepassingsgebied
Onverminderd strengere of aanvullende bijzondere voorwaarden die meer bepaald op het vlak van opslag van gevaarlijke producten in de milieuvergunning worden vastgesteld, is dit besluit van toepassing op de zwembaden en andere baden bedoeld in de rubrieken 14 A en 14 B van de bijlage bij het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 4 maart 1999 tot vaststelling van de ingedeelde inrichtingen van klasse IB, II, IC, ID en III met toepassing van artikel 4 van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen.
Dit besluit is niet van toepassing op zwembaden en andere baden met alternatieve behandeling zoals gedefinieerd in artikel 2, 15°.
Art. 2. Definities
Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:
-
Maximale gelijktijdige bezettingsgraad: aantal baders die tegelijk in het water van een zwembad of ander bad toegelaten zijn;
-
Vers water: water dat voldoet aan de microbiologische parameters in de volgende tabel. Bijkomende kwaliteitseisen kunnen worden opgelegd door de bevoegde overheid in de milieuvergunning;
Paramètre Valeur du paramètre Parameter Parameterwaarde Escherichia coli 0/100 ml Escerichia coli 0/100 ml Entérocoques 0/100 ml Enterococcen 0/100 ml -
Groot zwembad: zwembad of ander bad met een diepte groter dan 1,5 m;
-
Klein zwembad: zwembad of ander bad met een diepte kleiner dan of gelijk aan 1,5 m;
-
Plonsbad: zwembad met een diepte van minder dan of gelijk aan 0,4 m;
-
Wervelbad: specifiek bad met zit- of semi-ligplaatsen, voor ontspanning of welzijn, en uitgerust met een specifiek lucht-, water- of lucht- en waterinjectiesysteem;
-
Koudwaterbad: bad dat doorlopend wordt gevoed met koud water en waarin de gebruiker zich kan onderdompelen gedurende een korte periode;
-
Individueel bad: zwembad of ander bad dat bestemd is voor één persoon tegelijkertijd;
-
Collectief bad: zwebad of ander bad dat bestemd is voor meerdere personen tegelijkertijd;
-
Buffertank: ondoorlatend reservoir dat de waterhoogteverschillen in de baden beperkt, het overloopwater opvangt en de pompen beschermt. De buffertank doet ook dienst voor de afkoppeling van het toevoernet bij de toevoer van vers water.
-
Erkend laboratorium: laboratorium dat is erkend door de Regering conform het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 juni 1994 betreffende de algemene voorwaarden en de procedure voor erkenning van laboratoria voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
-
Bevoegde overheid: overheid die er krachtens de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen toe gemachtigd is een milieuattest of een milieuvergunning in eerste instantie af te geven;
-
Chemisch gedesinfecteerd zwembad en ander bad: zwembad of ander bad waarvan het water wordt ontsmet met behulp van chloor, al dan niet gecombineerd met andere chemische (ozon, ...) of fysische (UV-straling, ...) behandelingen;
-
Zwembad en ander bad met biologische behandeling: zwembad of ander bad waarvan het water uitsluitend wordt gereinigd door de werking van plantaardige producten en/of micro-organismen;
-
Zwembad en ander bad met alternatieve behandeling: zwembad en ander bad dat wordt behandeld met andere middelen dan de zwembaden en andere baden die chemisch of biologisch worden behandeld;
-
Overdekt zwembad en ander bad: zwembad en ander bad gelegen in een overdekt gebouw of een gebouw met inschuifbaar dak;
-
Niet-overdekt zwembad en ander bad: zwembad en ander bad gelegen in open lucht buiten een overdekt gebouw.
Art. 3. Kwaliteit van de watertoevoer van de zwembaden en andere baden
§ 1. De collectieve baden worden vanaf het waterdistributienet bevoorraad.
De collectieve baden kunnen worden bevoorraad met water dat niet door het waterdistributienet wordt geleverd voor zover dit uitdrukkelijk in de milieuvergunning betreffende deze collectieve baden staat vermeld. In dat geval dient de aanvrager aan te tonen dat het toevoerwater van de collectieve baden geen bijzondere risico's inhoudt voor de gezondheid van de baders of voor de werking van de inrichtingen. Het water voldoet in alle gevallen aan de bacteriologische eisen voor drinkwater en wordt ten minste halfjaarlijks bemonsterd en geanalyseerd door een erkend laboratorium.
§ 2. De individuele baden worden bevoorraad vanaf het waterdistributienet of met het water van de collectieve baden.
Art. 4. Toevoer van vers water
§ 1. Het water van de zwembaden en andere baden wordt vaak genoeg ververst om de water- en luchtkwaliteitsnormen opgenomen in de artikelen 19, 26 en 30 na te leven. Er worden een of meerdere watertoevoermeters geplaatst die uitsluitend dienen om de dagelijkse waterverversingen te meten.
§ 2. De collectieve baden worden zo vaak als nodig geledigd zodat de waarden vervat in artikel 19 of 30 nageleefd kunnen worden.
Individuele baden worden na elk gebruik geledigd tussen twee verschillende baders.
Art. 5. Registers
§ 1. De uitbater houdt een dagelijks register bij dat minimaal de volgende inlichtingen bevat :
-
de resultaten van de dagelijkse analyses en controles die hij overeenkomstig dit besluit uitvoert;
-
de dagelijkse bezettingsgraad van de zwembaden en andere baden;
-
elke gebrekkige werking of elk technisch incident waardoor de lucht- en/of waterparameters of de algemene werking van de zwembaden en andere baden verstoord raakten;
-
elk lichamelijk ongeval bij bezoekers (volledige beschrijving van het ongeval: datum, precieze plaats, aard van de verwonding, oorzaak, enz.).
Voor de chemisch gedesinfecteerde zwembaden en andere baden, registreert hij ook:
-
de chloor-, pH- en temperatuurwaarden zoals aangegeven op de automatische toestellen op het ogenblik van de dagelijkse analyses, alsook de resultaten van eventueel aanvullende metingen;
-
de datums van filterreinigingen en de datums en facturen van de vervanging van het filtermateriaal.
§ 2. De uitbater houdt een maandelijks register bij dat minimaal de volgende inlichtingen bevat :
-
de resultaten van de analyses die door een erkend laboratorium worden uitgevoerd;
-
de maandelijkse opneming van de in artikel 4, § 1 bedoelde watertoevoermeters;
-
de opmerkingen naar aanleiding van normale en belangrijke onderhoudsbeurten van de zwembaden en andere baden, de vervanging van materiaal of het ledigen van de zwembaden en andere baden;
-
de optekening van de nazichtshandelingen die de uitbater krachtens artikel 14, § 8 verricht heeft.
§ 3. Deze registers worden bijgehouden op basis van de formulieren die Leefmilieu Brussel ter beschikking stelt op zijn internetsite. Leefmilieu Brussel kan deze formulieren aanpassen aan de technische en wetenschappelijke vooruitgang of aan wijzigingen in de regelgeving.
Deze registers worden steeds ter beschikking gehouden van de bevoegde overheid en worden gedurende ten minste drie jaar bewaard.
Aanvullende kwaliteitseisen kunnen door de bevoegde overheid worden opgelegd in de milieuvergunning.
Art. 6. Aangifte
§ 1. Uiterlijk binnen 48 uur stelt de uitbater de bevoegde overheid in kennis van elk lichamelijk ongeval dat een overlijden of een ziekenhuisopname tot gevolg had, alsook van elk technisch incident dat aanleiding gaf tot de evacuatie of sluiting van een zwembad of ander bad.
§ 2. Het laboratorium bezorgt onmiddellijk de resultaten van de controles die overeenkomstig artikelen 21 § 3, 27, § 2 en 32 § 3 worden uitgevoerd, aan de bevoegde overheid indien blijkt dat de in de artikelen 19, 26 en 30 gestelde waarden overschreden zijn.
Art. 7. Monsternemingen en analyse
De wijze waarop er water- en luchtmonsters worden genomen en geanalyseerd worden door de Minister die bevoegd is voor Leefmilieu vastgesteld. Bij het uitblijven van een ministeriële beslissing worden de methodes voor monsterneming vermeld op de website van Leefmilieu Brussel.
Art. 8. Kleedcabines en gemeenschappelijke kleedkamers
Elk zwembad of ander bad stelt individuele kleedcabines en/of gemeenschappelijke kleedkamers ter beschikking van de baders, waarbij de doorgangszones voor bezoekers met blote voeten en bezoekers met schoenen duidelijk van elkaar worden gescheiden.
Art. 9. Sanitaire voorzieningen
§ 1. In elke inrichting is het minimaal te plaatsen aantal toiletten gelijk aan de maximale gelijktijdige bezettingsgraad gedeeld door 80, met een minimum van 6 toiletten.
Er wordt minstens één wastafel per toilettengroep geplaatst.
Elk toilet is duidelijk voorbehouden voor personen met blote voeten of personen met schoenen.
De toiletten voor bezoekers met blote voeten zijn hangtoiletten. De bevoegde overheid kan van deze verplichting afwijken in het milieuattest of in de milieuvergunning voor een bestaand zwembad of ander bad dat vergund is op de datum van inwerkingtreding van dit besluit.
§ 2. In elke inrichting is het minimaal te plaatsen aantal douches gelijk aan de maximale gelijktijdige bezettingsgraad gedeeld door 20, met een minimum van 4 douches met lauw water.
De douches werken met water van het distributienet, hetzij lauw, hetzij koud. Het lauwe water wordt geleverd door een waterverwarmingsinstallatie die de temperatuur van het water tot boven de 60° C brengt. De vermenging met koud water gebeurt zo dicht mogelijk bij de waterverdeling voor de douches. De terugvoertemperatuur van het warmwatercircuit mag nooit lager zijn dan 55° C.
§ 3. De uitbater neemt alle nodige maatregelen, met name op het vlak van ruimtelijke aanlegwerken, de aan de baders te verstrekken inlichtingen en de contacten met de verantwoordelijken van groepen kinderen, om te verzekeren dat het verplicht nemen van een douche en het verplichte gebruik van de sanitaire voorzieningen vooraf nagekomen worden, in het bijzonder wanneer er groepen kinderen worden onthaald.
Hiertoe houdt de uitbater een onthaalregister betreffende de groepen kinderen bij dat ter beschikking van de bevoegde overheid wordt gesteld. Dit onthaalregister omvat met name een tijdsplanning van de bezoeken, het aantal kinderen, het aantal...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI