Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de aanwervingssteun in de Zones van Economische Uitbouw in de Stad, de 31 janvier 2019

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit verstaat men onder :

  1. minister: de minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bevoegd voor Economie;

  2. Zone van Economische Uitbouw in de Stad: de zone afgebakend door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering krachtens artikel 23 van de ordonnantie van 3 mei 2018 betreffende de steun voor de economische ontwikkeling van ondernemingen;

  3. verordening: de verordening (EU) nr. 1407/2013 van de commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun, bekend gemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie L352 van 24 december 2013;

  4. BEW: Brussel Economie en Werkgelegenheid van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel.

    De in dit besluit bedoelde bedragen zijn exclusief btw en exclusief belastingen van eender welke aard.

    Art. 2. De minister verleent steun aan ondernemingen met een vestigingseenheid in een Zone van Economische Uitbouw in de Stad, voor de aanwerving van een nieuwe werknemer die op het moment van de aanwerving sinds minstens zes maanden in een Zone van Economische Uitbouw in de Stad is gedomicilieerd, onder de in de verordening bedoelde voorwaarden.

    Art. 3. De sectoren die uitgesloten zijn van steun zijn opgenomen in bijlage.

    HOOFDSTUK 2. - Voorwaarden om de steun te genieten en te behouden

    Art. 4. De begunstigde stelt de werknemer voltijds te werk in een vestigingseenheid gelegen in een Zone van Economische Uitbouw in de Stad, met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur of van bepaalde duur van minstens twee jaar.

    De begunstigde houdt de werknemer gedurende minstens twee jaar in dienst.

    Art. 5. Indien de begunstigde, na de indiening van de aanwervingssteunaanvraag, de aangeworven persoon dient te vervangen, doet hij dit in overeenstemming met het arbeidsrecht. Hij beschikt over een termijn van zes maanden vanaf het vertrek van de werknemer om een andere persoon aan te werven onder de voorwaarden bedoeld in artikel 2.

    In dat geval wordt de vervangende werknemer, voor wat betreft het verdere verloop van de procedure en de evenredige vereffening van de steun, gelijkgesteld met de vertrokken persoon.

    De begunstigde kan slechts eenmaal per steundossier genieten van het voordeel van dit artikel.

    Art. 6. De begunstigde verwittigt BEW van het vertrek en van elke vermindering van de arbeidsduur van de aangeworven persoon binnen de maand na de wijziging van de situatie.

    In het geval van een vertrek, wordt het bedrag van de steun evenredig verminderd met de duur van de arbeidsverhouding, indien de begunstigde de aangeworven persoon niet vervangt in overeenstemming met artikel 5.

    In het geval van een vermindering van de arbeidsduur, wordt het bedrag van de steun vanaf de wijziging evenredig verminderd met de vermindering. De steun gaat volledig verloren bij tewerkstelling onder halftijdse dienstbetrekking.

    De begunstigde betaalt het bedrag van de steun waarop hij geen recht heeft terug...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT