Wet houdende instemming met het Verdrag tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van de Republiek Hongarije inzake politiesamenwerking en samenwerking inzake de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit, gedaan te Brussel op 4 november 1998., de 27 mai 2002

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2. Het Verdrag tussen de Regering van het Koninkrijk BelgiÎ en de Regering van de Republiek Hongarije inzake politiesamenwerking en samenwerking inzake de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit, gedaan te Brussel op 4 november 1998, zal volkomen gevolg hebben.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 27 mei 2002.

ALBERT

Van Koningswege :

De Minister van Buitenlandse Zaken,

L. MICHEL

De Minister van Binnenlandse Zaken,

A. DUQUESNE

De Minister van Justitie,

M. VERWILGHEN

Met 's Lands zegel gezegeld :

De Minister van Justitie,

M. VERWILGHEN

BIJLAGEN.

Art. N1. Verdrag tussen de Regering van het Koninkrijk BelgiÎ en de Regering van de Republiek Hongarije inzake politiesamenwerking en samenwerking inzake de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit.

(Voor het Verdrag, zie %%1998-11-04/40%%).

Art. N2. Dit Verdrag treedt in werking op 1 september 2002.

Aanhef

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Parlementaire werkzaamheden

...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT