Koninklijk besluit tot vaststelling van het bijzonder reglement betreffende het beheer van het Begrotingsfonds voor de produktie en de bescherming van planten en plantaardige produkten. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 22-10-1994 en tekstbijwerking tot 30-11-1995), de 19 septembre 1994

HOOFDSTUK I. - Beheer.

Afdeling 1. - Algemeen.

Artikel 1. Het Begrotingsfonds voor de produktie en de bescherming van planten en plantaardige produkten wordt beheerd door de Minister van Landbouw die zijn bevoegdheid inzake de inning der ontvangsten alsmede inzake de goedkeuring en de uitvoering der uitgaven van het Fonds mag overdragen.

De overdracht van deze bevoegdheden mag slechts gedaan worden aan ambtenaren van het (Bestuur voor de Kwaliteit van de Grondstoffen en de Plantaardige sector (DG 4)), die ten minste titularis zijn van de graad van hoofdingenieur-directeur (rang 13).

Afdeling 2. - Ontvangsten.

Art. 2. Overeenkomstig artikel 73 van de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecordineerd op 17 juli 1991, wijst de Minister van Landbouw een gewone rekenplichtige aan en beslist een rekening te openen bij het Bestuur der Postchecks.

Deze rekenplichtige heeft als taak de opbrengsten van het Fonds te innen evenals mogelijke ontvangsten voor orde en heeft als plicht geregeld zijn kasvoorraad aan de Schatkist te storten, met vermelding van de gepaste thesaurierekening.

Met uitzondering van de uitgaven voor orde, zijn de stortingen aan de Schatkist de enige uitgaven die de gewone rekenplichtige moet doen.

De budgettaire aanrekening van de door de gewone rekenplichtige uitgevoerde ontvangsten gebeurt door de Administratie der Thesaurie op grond van de maandelijkse of driemaandelijkse staten van de ontvangsten en de uitgaven die door de rekenplichtige worden toegezonden.

Als gevolg van deze aanrekening wordt het bedrag verhoogd van het veranderlijke krediet dat kan worden aangewend om de uitgaven van het Fonds te bekostigen.

De gewone rekenplichtige moet ook jaarlijks een beheersrekening voorleggen aan het Rekenhof.

Art. 3. De inning van verplichte bijdragen of administratieve geldboeten in uitvoering van een vonnis kan, bij beslissing van de Minister van Landbouw, aan de Administratie van de BTW Registratie en Domeinen opgedragen worden.

Art. 4. De ontvangsten welke voortkomen van de terugvorderingen van uitgaven ten laste van het Fonds worden gestort op de rekening geopend ten behoeve van het Fonds overeenkomstig artikel 2 van dit besluit. Dit geldt eveneens voor de terugbetaling van overtollige fondsenvoorschotten verleend in toepassing van het artikel 5.

Afdeling 3. - Uitgaven.

Art. 5. De Minister van Landbouw kan fondsenvoorschotten verlenen ten laste van de veranderlijke kredieten van het Begrotingsfonds.

Art. 6. Indien de Minister van...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT