Arrêt Nº286780 de Conseil du Contentieux des Etrangers, 29/03/2023

Judgment Date29 mars 2023
Procedure TypePlein contentieux
Judgement Number286780
CourtConseil du Contentieux des Etrangers (France)
RvV X - Pagina 1
nr. 286 780 van 29 maart 2023
in de zaak RvV X / XI
In zake: X
Gekozen woonplaats: ten kantore van advocaat E. VERSTRAETEN
Martelarenplein 20 E
3000 LEUVEN
tegen:
de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen
DE WND. VOORZITTER VAN DE XIde KAMER,
Gezien het verzoekschrift dat X, die verklaart van Afghaanse nationaliteit te zijn, op 28 maart 2022 heeft
ingediend tegen de beslissing van de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen van
17 maart 2022.
Gelet op artikel 51/4 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het
verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.
Gezien de nota met opmerkingen en het administratief dossier.
Gelet op de beschikking van 18 januari 2023, waarbij de terechtzitting wordt bepaald op 15 februari 2023.
Gehoord het verslag van rechter in vreemdelingenzaken V. SERBRUYNS.
Gehoord de opmerkingen van de verzoekende partij en haar advocaat M. KIWAKANA loco advocaat E.
VERSTRAETEN en van attaché M. SOMMEN, die verschijnt voor de verwerende partij.
WIJST NA BERAAD HET VOLGENDE ARREST:
1. Over de gegevens van de zaak
1.1. Verzoeker, die verklaart van Afghaanse nationaliteit te zijn, komt volgens zijn verklaringen België
binnen op 24 september 2019 en verzoekt op 27 september 2019 een eerste keer om internationale
bescherming. Op 28 september 2020 beslist de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de
staatlozen (hierna: de commissaris-generaal) tot weigering van de vluchtelingenstatus en tot weigering
van de subsidiaire beschermingsstatus. Het door verzoeker tegen deze beslissing ingesteld beroep wordt
door de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (hierna: de Raad) verworpen bij arrest nr. 248 257 van 27
januari 2021.
1.2. Zonder België te hebben verlaten, dient verzoeker op 25 maart 2021 zijn huidig en tweede verzoek
om internationale bescherming in. De commissaris-generaal beslist op 29 april 2021 tot de niet-
ontvankelijkheid van het verzoek.
RvV X - Pagina 2
Hiertegen wordt een beroep ingediend bij de Raad, die op 27 september 2021, bij arrest nr. 261 157, de
bestreden beslissing vernietigt.
Op 17 maart 2022 beslist de commissaris-generaal opnieuw tot de niet-ontvankelijkheid van het huidig,
tweede verzoek. Dit is de thans bestreden beslissing, die dezelfde dag aangetekend w ordt verzonden aan
verzoeker, en die luidt als volgt:
(…)
A. Feitenrelaas
U verklaarde de Afghaanse nationaliteit te bezitten en afkomstig te zijn uit het dorp Kelagai (dis trict Doschi,
provincie Baghlan). U bent geboren op 11 oktober 1997, bent ongehuwd en hebt ook geen kinderen.
Op een avond ging u bidden in de moskee, toen de ‘qari’ (gebedsmeester) begon te prediken over de
heilige oorlog die moslims dienen te voeren. Ook de Taliban waren die avond in de moskee aanwezig. U
en andere jongeren werden opgedragen om mee te gaan vechten met hen. U had geen keuze en werd
door de Taliban meegenomen. Eens in hun trainingskamp dienden u en de andere jongeren te luisteren
naar hun religieuze overtuigingen en de afwas te doen.
Op een nacht moest u, samen met andere jongeren, een voertuig van de Amerikanen gaan beschieten.
Diezelfde dag werd u aangeleerd om een Kalasjnikov te hanteren. Gezien het Amerikaanse voertuig niet
kwam opdagen, werd er maar op een controlepost in de buurt geschoten. In dit gevecht stierven twee
jongeren aan uw zijde. Eens u terug was in het kamp van de Taliban besloot u te ontsnappen. U liep weg
naar het huis van uw oom langs vaderszijde. U was toen 26 of 27 dagen bij de Taliban geweest.
Uw vader kwam de volgende ochtend naar het huis van uw oom en zei u dat de Taliban bij jullie thuis
waren gekomen op zoek naar u. U vertrok diezelfde dag naar Nimrooz, van waaruit u met behulp van een
smokkelaar Afghanistan verliet. Via Iran, Turkije, Griekenland, Servië, Bosnië, Slovenië, Italië en Frankrijk
kwam u naar België, waar u de dag voor uw verzoek om internationale bescherming aankwam. U diende
op 27 september 2019 een eerste verzoek in. In Servië kwam u te weten via uw vader dat de Taliban u
nog steeds zochten en dat ze ook uw vader sloegen.
U verklaarde niet terug te kunnen naar Afghanistan, waar u vreesde te worden vermoord door de Taliban.
Ter staving van uw eerste verzoek legde u uw ‘taskara’ (Afghaans identiteitsbewijs) neer.
Op 30 september 2020 nam het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS)
een beslissing tot weigering van de vluchtelingenstatus en weigering van de subsidiaire
beschermingsstatus. Deze beslissing werd op 27 januari 2021 in beroep bevestigd door de Raad voor
Vreemdelingenbetwistingen (RvV). U diende hiertegen geen cassatieberoep in.
U verliet België niet en diende op 25 maart 2021 een tweede verzoek om internationale bescherming in.
U herhaalt dat u niet kan terugkeren naar Afghanistan omdat u gezocht wordt door de Taliban. Ter
ondersteuning van uw tweede verzoek legt u een dreigbrief van de Taliban en een brief van het
dorpshoofd neer. Deze laatste bevestigt de problemen die u aanhaalde ten tijde van uw eerste verzoek.
Op 30 april 2021 werd uw tweede verzoek door het CGVS als niet-ontvankelijk verklaard, een beslissing
waartegen u beroep aantekende. Op 27 september 2021 werd, mede in het licht van de gewijzigde situatie
in uw land van herkomst, deze beslissing door het CGVS opnieuw ingetrokken.
B. Motivering
Wat betreft de beoordeling in toepassing van artikel 48/9 van de Vreemdelingenwet, moet vooreerst
worden opgemerkt dat het Commissariaat-generaal naar aanleiding van uw eerste verzoek om
internationale bescherming géén bijzondere procedurele noden in uw hoofde heeft kunnen vasts tellen die
het nemen van bepaalde specifieke steunmaatregelen rechtvaardigen.
Op grond van het geheel van de gegevens die actueel in uw administratief dossier voorhanden zijn, kan
worden vastgesteld dat er zich géén bijkomende elementen aandienen noch door u worden aangereikt
die hier een ander licht op werpen.
Bijgevolg blijft de vorige beoordeling onverkort gelden en kan er in het kader van onderhavige procedure
redelijkerwijze worden aangenomen dat uw rechten gerespecteerd worden en dat u in de gegeven
omstandigheden kunt voldoen aan uw verplichtingen.

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT