Arrêt Nº280793 de Conseil du Contentieux des Etrangers, 24/11/2022

Judgment Date24 novembre 2022
Procedure TypePlein contentieux
Judgement Number280793
CourtIVe KAMER (Raad voor Vreemdelingengeschillen)
RvV X - Pagina 1
nr. 280 793 van 24 november 2022
in de zaak RvV X / IV
In zake: X
Gekozen woonplaats: ten kantore van advocaat A. LOOBUYCK
Langestraat 46/1
8000 BRUGGE
tegen:
de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen
DE WND. VOORZITTER VAN DE IVE KAMER,
Gezien het verzoekschrift dat X, die verklaart van Afghaanse nationaliteit te zijn, op 18 augustus 2022
heeft ingediend tegen de beslissing van de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen
van 14 juli 2022.
Gelet op artikel 51/4 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het
verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.
Gezien het administratief dossier.
Gelet op de beschikking van waarbij de terechtzitting wordt bepaald op 24 oktober 2022.
Gehoord het verslag van rechter in vreemdelingenzaken M. RYCKASEYS.
Gehoord de opmerkingen van de verzoekende partij en haar advocaat A. HAEGEMAN loco advocaat A.
LOOBUYCK en van attaché E. GUSSÉ, die verschijnt voor de verwerende partij.
WIJST NA BERAAD HET VOLGENDE ARREST:
1. Over de gegevens van de zaak
De verzoekende partij verklaart de Afghaanse nationaliteit te bezitten en geboren te zijn in 1998.
De verzoekende partij verklaart het Rijk te zijn binnengekomen op 4 augustus 2019. Op 5 augustus 2019
dient de verzoekende partij een verzoek om internationale bescherming in.
Op 10 februari 2021 en op 31 maart 2021 wordt de verzoekende partij gehoord op het Commissariaat-
generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen (hierna: het CGVS).
Op 14 juli 2021 neemt de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen een beslissing
waarbij zowel de vluchtelingenstatus als de subsidiaire beschermingsstatus worden geweigerd. Dit is de
bestreden beslissing:
RvV X - Pagina 2
“A. Feitenrelaas
U verklaarde de Afghaanse nationaliteit te bezitten en van Pashtun origine te zijn. U bent afkomstig uit
Jalalabad en woonde daarvoor in Shergar, Kama, Nangarhar. U hangt het soennitische geloof aan.
Uw vader werkte als taweeldar in de Abdul Wakil school in Jalalabad. Hij had de gewoonte om één keer
per week naar huis te komen. Op een gegeven moment kwam de mawlawi van het dorp in opdracht van
de taliban bij u thuis langs om met uw vader te spreken: hij moest stoppen met zijn werk, omdat hij voor
de overheid werkte en als afvallige werd beschouwd, en boer worden ofwel met de taliban werken. Uw
vader was op dat moment niet thuis dus hij is de vrijdag erna naar de moskee gegaan om met de mawlawi
te praten. De dag erop ging hij terug werken. Een week later kreeg uw vader een brief van de taliban met
dezelfde boodschap. De volgende dag wanneer uw vader op weg was naar zijn werk, werd hij vermoord
door de taliban. Twee maanden later begon u als kleermaker te werken in Jalalabad om voor een inkomen
voor het gezin te zorgen. U werkte vervolgens zo’n drie jaar in Jalalabad, waar u doordeweeks verbleef
bij uw paternale oom A.Z.. U ging normaal nog één dag per week terug naar uw dorp. Tijdens uw verblijf
in Jalalabad ging u soms met A. naar het radiostation waar hij werkt als chef, Radio Television
Afghanistan. Uw oom A. was in het verleden al eens doelwit geweest van opstandelingen, die het kantoor
van de radiozender hadden aangevallen.
Een maand voor vertrek zag u enkele malen enkele personen die u in de gaten leken te houden. Een
week erna op donderdag ging u naar uw ouderlijk huis in Kama en vertelde u uw moeder wat er gebeurd
was. Zij zei dat u terug moest gaan werken. Ongeveer een week later ging u opnieuw naar huis in Kama
en werd u in Shergar aangesproken door de twee talibs. Ze vroegen naar het werk van uw vader en uw
familie en wilden het adres van oom A., anders zouden ze u doden. De volgende ochtend ging u met uw
moeder en de rest van het gezin naar A. in Jalalabad. Daar bleef u nog twee dagen alvorens het land te
verlaten. Dat was ongeveer een week na de Onafhankelijkheidsdag in 2018 (augustus). A. betaalde 7000
euro voor uw reis. Uw moeder woont nu met de andere kinderen bij A. in Jalalabad.
Van Afghanistan reisde u via Iran naar Turkije waar u een maand verbleef. Vervolgens reisde u verder
naar Griekenland, Macedonië tot in Servië, waar u zeven maanden verbleef. Nadien zette u uw reis verder
via Bosnië, Kroatië, Oostenrijk, Italië, Frankrijk totdat u op 4 augustus 2019 in België aankwam. De dag
erna verzocht u om internationale bescherming bij de asielinstanties.
Ter ondersteuning voor uw verzoek om internationale bescherming legt u de volgende documenten neer:
een kopie van de taskara van A. Z., uw originele taskara, een originele verkiezingskaart van uw vader,
een originele dreigbrief van de taliban, een origineel certificaat van uw timmeropleiding, een originele
envelop, een kopie van de taskara van uw moeder, twee filmpjes in verband met het werk van uw oom
voor de radiozender, een foto van uw oom A. Z. en een kopie van vijf documenten over A. Z..
Op 22 juni 2021 nam het CGVS een weigeringsbeslissing van de vluchtelingenstatus en weigering van
de subsidiaire beschermingsstatus. U tekende beroep aan tegen deze beslissing op 26 juli 2021 bij de
Raad voor Vreemdelingenbetwistingen. Gezien de machtswissel in Afghanistan in augustus 2021, werd
uw beroep ingetrokken op 9 september 2021.
B. Motivering
Na grondige analyse van het geheel van de gegevens in uw administratief dossier, moet vooreerst worden
vastgesteld dat u géén elementen kenbaar hebt gemaakt waaruit eventuele bijzondere procedurele noden
kunnen blijken, en dat het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS)
evenmin dergelijke noden in uw hoofde heeft kunnen vaststellen. Bijgevolg werden er u geen specifieke
steunmaatregelen verleend, aangezien er in het kader van onderhavige procedure redelijkerwijze kan
worden aangenomen dat uw rechten gerespecteerd worden en dat u in de gegeven omstandigheden kunt
voldoen aan uw verplichtingen.
Uit uw verklaringen voor het CGVS blijkt dat u uw land ontvluchtte wegens vrees voor de taliban die u
viseert omwille van het werk van uw oom A. Z. als chef van een radiostation in Jalalabad en het vroegere
werk van uw vader, met diens dood tot gevolg. Na grondig onderzoek van uw asielrelaas dient besloten
te worden dat het CGVS geen vrees voor vervolging in de zin van de Vluchtelingenconventie in uw hoofde
kon vaststellen, en dit omwille van onderstaande redenen.
RvV X - Pagina 3
Eerst en vooral dient er op te worden gewezen dat u misleidende verklaringen aflegde over uw leeftijd. Bij
de registratie van uw verzoek om internationale bescherming op 5 augustus 2019 gaf u 31.08.2002 als
geboortedatum op, waardoor u op dat moment net 17 jaar zou zijn geweest. Een leeftijdsonderzoek
uitgevoerd op 19 augustus 2019 wees echter uit dat u op het moment van uw asielaanvraag mee rderjarig
was. Meer bepaald werd geconcludeerd dat u minstens 21,5 jaar was met een standaarddeviatie van
twee jaar. Hoewel het mogelijk is dat Afghanen niet op de hoogte zijn van hun exacte geboortedatum,
dient te worden opgemerkt dat het gezien de bijzonder grote kloof tussen uw beweerde en vastgestelde
leeftijd niet aannemelijk is dat u zich op dit vlak gewoon zou hebben vergist. Er kan red elijkerwijze worden
geconcludeerd dat u de Belgische asielinstanties bewust hebt proberen misleiden over uw leeftijd, een
belangrijk element in de asielprocedure. Deze vaststelling doet reeds twijfelen aan de algemene
oprechtheid van uw verklaringen.
Voorts kan er geen geloof worden gehecht aan uw verklaringen over de moord op uw vader, die door de
taliban zou zijn gedood omwille van zijn werk op een school in Jalalabad.
Volgens uw verklaringen werd uw vader door de taliban vermoord als gevolg van zijn werk als talweeldar
in Abdul Wakil school in Jalalabad. Hij was verantwoordelijk voor logistieke taken zoals het verdelen van
materiaal aan studenten (bv. pennen en boeken), het zorgen voor stoelen in de klaslokalen en dergelijke.
(notities persoonlijk onderhoud (npo) 2 p. 9). Hier dient een aantal zaken opgemerkt te worden.
Ten eerste verbaast het dat de taliban in uw vader een doelwit van belang zag. Uw vader werkte slechts
als logistieke medewerker in een school, die bijvoorbeeld pennen of boeken uitdeelde of de stoelen in de
klaslokalen zette. Uw vader zou dus geen directeur of leerkracht zijn geweest, of een andere belangrijke
positie hebben bekleed binnen de school. Dat de taliban de moeite zou nemen om hem in te lijven of zou
willen dat hij als boer werkt, is op zich reeds uiterst opmerkelijk. Gevraagd waarom het werk van uw v ader
problematisch was voor de taliban, antwoordde u dat u het niet weet en dat ze misschien niet wilden dat
hij aan de studenten boeken en pennen gaf. U wist niet of er nog een probleem was. (npo 2 p. 11) Wanneer
u werd gevraagd of u nog een reden kon bedenken waarom iemand met een dergelijk laag en onzichtbaar
profiel als uw vader zou worden geviseerd, zei u dat een andere reden misschien was, dat uw vader voor
een overheidsschool werkte en dat taliban niet willen dat mensen voor de overheid werken. (npo 2 p. 12)
Gewezen op het feit dat uw vader slechts een logistieke medewerker was in de school, antwoordde u dat
het voor de taliban niet uitmaakt wat hij deed, of hij een hoge of lage positie had, logistiek of iets anders.
Iedereen die voor de overheid werkt, loopt risico gedood te worden door de taliban, zelfs als men een
gewone werker is of basiswerk doet voor de overheid. (npo 2 p. 12) Volgens uw redenering zouden de
collega’s van uw vader bijgevolg ook risico hebben gelopen om geviseerd te worden door de taliban.
Gevraagd of er collega’s of andere medewerkers van die school waren die effectief problemen hebben
gehad met de taliban omwille van hun werk, moest u het antwoord schuldig blijven. U zei geen collega’s
te kennen en niet op de hoogte te zijn van problemen. Ook uw moeder, v aderof ooms zouden daar nooit
iets van gezegd hebben. (npo 2 p. 12) Indien bepaalde collega’s van uw vader problemen zouden hebben
gekend omwille van hun werk op de school, kan gezien uw leeftijd op het moment van de beweerde fei ten
(cf. infra) en het feit dat u de oudste zoon van het gezin bent, redelijkerwijze worden verwacht dat u daar
toch iets over zou hebben geweten. Het feit dat u niks kan vertellen over eventuele c ollega’s die problemen
hadden, versterkt het idee dat het weinig steek houdt dat een loutere logisti eke medewerker een gegeerd
doelwit zou zijn voor de taliban. Dit geeft de geloofwaardigheid van uw verklaringen een deuk.
Ten tweede kunnen vraagtekens geplaatst worden bij het tijdsverloop van de gebeurtenissen in de
aanloop naar de beweerde moord op uw vader. Een week nadat uw vader met de mawlawi was gaan
praten, ontving hij een brief van de taliban. De dag erna ging hij terug werken en werd hij onderweg
vermoord. Dat de taliban eerst een brief zouden sturen om hem aan te sporen te stoppen met zijn werk,
en dan de volgende ochtend meteen al besluiten uw vader te vermoorden, is bevreemdend. Gevraagd
waarom de taliban een brief zouden sturen om uw vader alsnog de dag er na om het leven te brengen
zonder af te wachten hoe hij zou reageren, gaf u aan dat u er geen antwoord voor heeft. (npo 2 p. 13).
Dat de taliban zo snel te werk zouden gaan, is opmerkelijk en doet verdere vragen rijzen bij de
geloofwaardigheid van uw relaas.
Wat betreft het moment van de beweerde moord op uw vader legde u uiterst vage verklaringen af. Toen
u tijdens het eerste gehoor werd gevraagd wanneer uw vader was overleden, zei u dat dit zo’n 6 à 6,5
jaar geleden was.
Gevraagd in welk jaar dit was gebeurd, moest u het antwoord schuldig blijven. Gevraagd in welk seizoen
hij was overleden, zei u dat u dit niet meer wist omdat u ‘nog heel jong was’. Gevraagd of het toen warm

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT