Arrêt Nº250517 de Conseil du Contentieux des Etrangers, 08/03/2021

Judgment Date08 mars 2021
CourtIIE KAMER (Raad voor Vreemdelingengeschillen)
Judgement Number250517
Procedure TypeAnnulation
RvV X - Pagina 1
nr. 250 517 van 8 maart 2021
in de zaak RvV X / II
In zake:
X
handelend in eigen naam en als wettelijk vertegenwoordigster van haar
minderjarige kinderen X en X
Gekozen woonplaats:
ten kantore van advocaat G.-H. BEAUTHIER
Berckmansstraat 89
1060 BRUSSEL
tegen:
de Belgische staat, vertegenwoordigd door de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid, en van Asiel en Migratie, thans de Staatssecretaris voor Asiel en
Migratie
DE VOORZITTER VAN DE IIe KAMER,
Gezien het verzoekschrift dat X, die verklaart van Albanese nationaliteit te zijn en die handelt in eigen
naam en als wettelijk vertegenwoordigster van haar minderjarige X en X, op 9 december 2020 heeft
ingediend om de schorsing van de tenuitvoerlegging en de nietigverklaring te vorderen van de beslissing
van de gemachtigde van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, en van Asiel en Migratie
van 23 juni 2020, tot afgifte van een bevel om het grondgebied te verlaten - verzoeker om internationale
bescherming (bijlage 13quinquies).
Gezien titel I bis, hoofdstuk 2, afdeling IV, onderafdeling 2, van de wet van 15 december 1980
betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van
vreemdelingen.
Gezien de beschikking tot vaststelling van het rolrecht van 29 december 2020 met refertenummer X
Gezien de nota met opmerkingen en het administratief dossier.
Gelet op de beschikking van 1 februari 2021 met toepassing van artikel 39/73 van voormelde wet,
waarvan hierbij een kopie gaat.
WIJST NA BERAAD HET VOLGENDE ARREST:
Artikel 39/73, § 2 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het
verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen (hierna: de Vreemdelingenwet) bepaalt:
“Bij beschikking stelt de kamervoorzitter of de door hem aangewezen rechter de partijen in kennis dat de
kamer zonder een terechtzitting uitspraak zal doen tenzij één van de partijen, binnen een termijn van
vijftien dagen na het versturen van de beschikking, vraagt om gehoord te worden. […]”

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT