Arrêt Nº233387 de Conseil du Contentieux des Etrangers, 02/03/2020
Judgment Date | 02 mars 2020 |
Court | VIIste KAMER (Raad voor Vreemdelingengeschillen) |
Judgement Number | 233387 |
Procedure Type | Annulation |
RvV X - Pagina 1
nr. 233 387 van 2 maart 2020
in de zaak RvV X / VIII
In zake:
X
Gekozen woonplaats:
ten kantore van advocaat V. NEERINCKX
Akkerstraat 1
9140 TEMSE
tegen:
de Belgische staat, vertegenwoordigd door de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid, en van Asiel en Migratie.
DE WND. VOORZITTER VAN DE VIIste KAMER,
Gezien het verzoekschrift dat X en X, die verklaren van Albanese nationaliteit te zijn, op
25 november 2019 hebben ingediend om de nietigverklaring te vorderen van de beslissing van de
gemachtigde van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, en van Asiel en Migratie van
1 oktober 2019 waarbij de aanvraag om machtiging tot verblijf op basis van artikel 9bis van de wet van
15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de
verwijdering van vreemdelingen onontvankelijk verklaard wordt.
Gezien titel Ibis, hoofdstuk 2, afdeling IV, onderafdeling 2, van de wet van 15 december 1980
betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van
vreemdelingen.
Gezien de nota met opmerkingen en het administratief dossier.
Gelet op de beschikking van 6 januari 2020, waarbij de terechtzitting wordt bepaald op 23 januari 2020.
Gehoord het verslag van rechter in vreemdelingenzaken A. WIJNANTS.
Gehoord de opmerkingen van advocaat A. HAEGEMAN, die loco advocaat V. NEERINCKX verschijnt
voor de verzoekende partij en van attaché N. ONRAET, die verschijnt voor de verwerende partij.
WIJST NA BERAAD HET VOLGENDE ARREST:
1. Nuttige feiten ter beoordeling van de zaak
De bestreden beslissing is het resultaat van een aan vraag om machtiging tot verblijf die verzoekers op
23 juli 2018 hebben ingediend op grond van artikel 9bis van de wet van 15 december 1980 betreffende
de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen (hierna:
de Vreemdelingenwet). Ze luidt als volgt:
Mijnheer de Burgemeester,
Onder verwijzing naar de aanvraag om machtiging tot verblijf voor de genaamde,
[…]
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI