Arrêt Nº 2/2019. Cour constitutionnelle (Cour d'Arbitrage), 2019-01-23

Date23 janvier 2019
Docket NumberF-20190123-2
CourtCour constitutionnelle (Cour d'Arbitrage)
Rolnummer 6685
Arrest nr. 2/2019
van 23 januari 2019
A R R E S T
__________
In zake : de prejudiciële vragen over de artikelen 32quinquiesdecies en 32septiesdecies
van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering
van hun werk, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg Luik, afdeling Luik.
Het Grondwettelijk Hof,
samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en A. Alen, en de rechters L. Lavrysen,
J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet,
R. Leysen, J. Moerman en M. Pâques, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder
voorzitterschap van voorzitter F. Daoût,
wijst na beraad het volgende arrest :
*
* *
2
I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging
Bij vonnis van 20 juni 2017 in zake M.S. tegen de vzw « SPMT-ARISTA », waarvan de
expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 26 juni 2017, heeft de Rechtbank van eerste
aanleg Luik, afdeling Luik, de volgende prejudiciële vragen gesteld :
« 1. Schenden de artikelen 32quinquiesdecies en 32septiesdecies van de wet van
4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk de
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 6 van het
Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden,
in die zin geïnterpreteerd dat zij een persoon op wie een procedure betrekking heeft inzake de
analyse van de psychosociale risico’s, uitgevoerd door een erkende externe dienst voor
preventie en bescherming op het werk, niet toelaten toegang te hebben tot het hem betreffende
dossier en tot alle documenten die in die procedure worden gebruikt, terwijl een dergelijk
recht wordt gewaarborgd aan de personen op wie andere door de overheid ingestelde
procedures betrekking hebben en die een opdracht van openbare dienst vervullen, zoals de
administratieve of gerechtelijke procedures ?
2. Schenden de artikelen 32quinquiesdecies en 32septiesdecies van de wet van
4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk de
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 6 van het
Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden,
in die zin geïnterpreteerd dat zij het een persoon op wie een procedure betrekking heeft inzake
de analyse van de psychosociale risico’s, die als grondslag heeft gediend voor een ernstige
maatregel die met in aanmerkingneming van de persoon is genomen en die als grondslag kan
dienen voor eventuele latere tuchtrechtelijke sancties, uitgevoerd door een erkende externe
dienst voor preventie en bescherming op het werk, niet toelaten in het kader van zijn
verdediging toegang te hebben tot het hem betreffende dossier en tot alle documenten die in
die procedure worden gebruikt, terwijl een dergelijk recht wordt gewaarborgd aan de
personen op wie strafrechtelijke, burgerrechtelijke, tuchtrechtelijke of quasi-tuchtrechtelijke
procedures betrekking hebben ? ».
Memories zijn ingediend door :
- M.S., bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. E. Lemmens, advocaat bij de balie te
Luik, en Mr. A. Masset, advocaat bij de balie te Verviers;
- de vzw « SPMT-ARISTA », bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. B. Ceulemans,
advocaat bij de balie te Luik;
- de Ministerraad, bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. N. Bonbled, advocaat bij de
balie te Brussel.
Memories van antwoord zijn ingediend door :
- M.S.;
- de Ministerraad.

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT