Arrêt Nº 146/2013. Cour constitutionnelle (Cour d'Arbitrage), 2013-11-07

Date07 novembre 2013
Docket NumberF-20131107-3
CourtCour constitutionnelle (Cour d'Arbitrage)
WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN
LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS
GRONDWETTELIJK HOF
[2013/206299]
Uittreksel uit arrest nr. 146/2013 van 7 november 2013
Rolnummers : 5459, 5460 en 5461
In zake : de beroepen tot gedeeltelijke vernietiging van de wet van 26 november 2011 tot wijziging en aanvulling
van het Strafwetboek teneinde het misbruik van de zwakke toestand van personen strafbaar te stellen, en de
strafrechtelijke bescherming van kwetsbare personen tegen mishandeling uit te breiden, ingesteld door Raymond Elsen
en Jan Jelle Keppler, door Zaki Chairi en Wahiba Yachou en door Karim Geirnaert.
Het Grondwettelijk Hof,
samengesteld uit de voorzitters M. Bossuyt en J. Spreutels, en de rechters E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen,
J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût en T. Giet, bijgestaan door de griffier
P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter M. Bossuyt,
wijst na beraad het volgende arrest :
I. Onderwerp van de beroepen en rechtspleging
a. Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 18 juli 2012 ter post aangetekende brief en ter griffie is
ingekomen op 19 juli 2012, is beroep tot vernietiging ingesteld van de wet van 26 november 2011 tot wijziging en
aanvulling van het Strafwetboek teneinde het misbruik van de zwakke toestand van personen strafbaar te stellen, en de
strafrechtelijke bescherming van kwetsbare personen tegen mishandeling uit te breiden (bekendgemaakt in het Belgisch
Staatsblad van 23 januari 2012) door Raymond Elsen, wonende te 8370 Blankenberge, Jordaenslaan 34, en Jan Jelle
Keppler, wonende te 3010 Kessel-Lo, Tiensevest 39;
b. Bij verzoekschriften die aan het Hof zijn toegezonden bij op 17 juli 2012 ter post aangetekende brieven en ter
griffie zijn ingekomen op 19 juli 2012, zijn twee beroepen tot vernietiging ingesteld van de artikelen 35, 36 en 43 van
voormelde wet van 26 november 2011 respectievelijk door Zaki Chairi en Wahiba Yachou en door Karim Geirnaert,
die allen keuze van woonplaats doen te 1050 Brussel, Louizalaan 208.
Die zaken, ingeschreven onder de nummers 5459, 5460 en 5461 van de rol van het Hof, werden samengevoegd.
(...)
II. In rechte
(...)
Ten aanzien van de omvang van de beroepen
B.1.1. De verzoekende partijen in de zaak nr. 5459 vorderen de vernietiging van de wet van 26 november 2011 tot
wijziging en aanvulling van het Strafwetboek teneinde het misbruik van de zwakke toestand van personen strafbaar
te stellen, en de strafrechtelijke bescherming van kwetsbare personen tegen mishandeling uit te breiden.
B.1.2. De Ministerraad voert aan dat het ingestelde beroep dient te worden beperkt tot artikel 36 van de wet van
26 november 2011, omdat de door de verzoekende partijen uiteengezette middelen enkel tegen voormeld
artikel zouden zijn gericht. Daarnaast werpt de Ministerraad op dat de memories van de tussenkomende partijen in de
zaak nr. 5459 enkel ontvankelijk zijn voor zover ze zijn gericht tegen het bestreden artikel 36 van de wet van
26 november 2011. In zoverre een nieuw middel zou zijn gericht tegen artikel 43 van de wet van 26 november 2011,
zou dat middel als onontvankelijk dienen te worden afgewezen.
B.1.3. De middelen van de verzoekende partijen zijn gericht tegen artikel 36 van de wet van 26 november 2011;
derhalve beperkt het Hof het onderzoek van het beroep in de zaak nr. 5459 tot dat artikel.
Een tussenkomende partij vermag het oorspronkelijke beroep niet te wijzigen of uit te breiden, zodat het beroep
in de zaak nr. 5459 niet ontvankelijk is in zoverre het betrekking heeft op artikel 43 van de wet van 26 november 2011.
B.2. De verzoekende partijen in de zaken nrs. 5460 en 5461 vorderen de vernietiging van de artikelen 36 en 43 van
de voormelde wet van 26 november 2011.
B.3.1. Artikel 36 bepaalt :
«In hoofdstuk IVter [van boek II, titel VIII, van het Strafwetboek], ingevoegd bij artikel 35, wordt een
artikel 442quater ingevoegd, luidende :
Art. 442quater.§1. Eenieder die, terwijl hij kennis had van iemands fysieke of psychische zwakheid die het
oordeelsvermogen van de betrokkene ernstig verstoort, bedrieglijk misbruik heeft gemaakt van die zwakheid teneinde
hem ertoe te brengen een handeling te verrichten dan wel zich van een handeling te onthouden waarbij zulks diens
fysieke of geestelijke integriteit dan wel diens vermogen ernstig aantast, wordt gestraft met gevangenisstraf van een
maand tot twee jaar en met geldboete van honderd euro tot duizend euro of met een van deze straffen alleen.
§2. De straffen zijn gevangenisstraf van een maand tot vier jaar en geldboete van tweehonderd euro tot
tweeduizend euro of een van deze straffen alleen in de volgende gevallen :
1
o
indien de in §1 bedoelde handeling of onthouding van een handeling voortvloeit uit een toestand van fysieke
of psychische onderwerping door aanwending van zware of herhaalde druk of van specieke technieken om het
oordeelsvermogen te verstoren;
2
o
indien het in §1 bedoelde misbruik ten aanzien van een minderjarige is gepleegd;
3
o
indien de in §1 bedoelde handeling of onthouding van een handeling hetzij een ongeneeslijk lijkende ziekte,
hetzij een blijvende ongeschiktheid tot het verrichten van persoonlijke arbeid, hetzij het volledig verlies van het gebruik
van een orgaan, hetzij een zware verminking tengevolge heeft;
4
o
indien het in §1 bedoelde misbruik een daad van deelneming aan de hoofd- of bijkomende bedrijvigheid van
een vereniging betreft.
§3. De straf is opsluiting van tien jaar tot vijftien jaar indien de handeling van de persoon of zijn onthouding van
een handeling zijn dood heeft veroorzaakt.
§4. Met toepassing van de §§ 1 en 2 kan de rechtbank de veroordeelde gedurende een termijn van vijf jaar tot tien
jaar geheel of ten dele ontzetten van de uitoefening van de in artikel 31, eerste lid, opgesomde rechten.
§5. De rechtbank kan bevelen dat het vonnis of een samenvatting ervan op kosten van de veroordeelde in een of
meer dagbladen dan wel op ongeacht welke andere wijze wordt bekendgemaakt. ’ ».
17343
BELGISCH STAATSBLAD 28.02.2014 MONITEUR BELGE

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT