Décision judiciaire de Raad van State, 28 juin 2022

Date de Résolution28 juin 2022
JuridictionNietigverklaring
Nature Arrest

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

XIVe KAMER

A R R E S T

nr. 254.132 van 28 juni 2022 in de zaak A. 228.993/XIV-38.142

In zake : Bart DE NUL bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Dimitri Dedecker en Rob Trips kantoor houdend te 8000 Brugge Maria Van Bourgondiëlaan 33/A bij wie woonplaats wordt gekozen

tegen :

de BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de minister van Binnenlandse Zaken die woonplaats kiest bij de Federale Politie DGR/JUR gevestigd te 1050 Brussel Kroonlaan 145A -------------------------------------------------------------------------------------------------- I. Voorwerp van het beroep

1. Het beroep, ingesteld op 30 augustus 2019, strekt tot de nietigverklaring van “[d]e beslissing van de algemene directie Federale gerechtelijke politie van de Federale Politie, in naam van de Directeur-generaal a.i., HCP Eric Snoeck, dd. 05/07/2019, tot weigering van de kandidaatstelling door eerste hoofdinspecteur Bart De Nul voor detacheringsaanbieding n° Fed/Loc – 339, betekend aan verzoeker op 16/072019, en drager van het uitgiftenummer DGJ/PLIF/P/2019/5819.”.

II. Verloop van de rechtspleging

  1. De verwerende partij heeft een memorie van antwoord ingediend en verzoeker heeft een memorie van wederantwoord ingediend.

    XIV-38.142-1/13

    Eerste auditeur Geert De Bleckere heeft een verslag opgesteld.

    Verzoeker heeft een verzoek tot voortzetting van het geding en een laatste memorie ingediend.

    De partijen zijn opgeroepen voor de terechtzitting, die heeft plaatsgevonden op 20 april 2022 om 14.00 uur.

    Staatsraad Kaat Leus heeft verslag uitgebracht.

    Advocaat Thomas Verstraete, die loco advocaten Rob Trips en Dimitri Dedecker verschijnt voor verzoeker en adviseur Jana Mouton, die verschijnt voor de verwerende partij, zijn gehoord.

    Eerste auditeur Geert De Bleeckere heeft een met dit arrest eensluidend advies gegeven.

    Er is toepassing gemaakt van de bepalingen op het gebruik der talen, vervat in titel VI, hoofdstuk II, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

    1. Feiten

    3.1. Verzoeker is hoofdinspecteur van politie bij de Federale Gerechtelijke Politie Antwerpen.

    3.2. Op 29 april 2019 maakt de directie van het Personeel van de Federale Politie, een “aanbieding tot detachering” bekend (onder referte “Nr. Fed/Lok-336”). Het betreft de “detachering van personeelsleden van het Operationeel kader (HINP of INP) van de Geïntegreerde Politie naar BelPIU (Belgische Passagiers Informatie Eenheid)”.

    XIV-38.142-2/13

    BelPIU is een eenheid opgericht bij artikel 12 van de wet van 25 december 2016 ‘betreffende de verwerking van passagiersgegevens’ (hierna: de wet van 25 december 2016) binnen de FOD Binnenlandse Zaken. Naast een leidend ambtenaar is die eenheid samengesteld uit onder meer personeelsleden van de geïntegreerde politiedienst die worden gedetacheerd (artikel 14). Deze wet wordt verder uitgevoerd door het koninklijk besluit van 21 december 2017 ‘ter uitvoering van de wet van 25 december 2016 betreffende de verwerking van passagiersgegevens, houdende diverse bepalingen betreffende de Passagiersinformatie-eenheid en de functionaris voor de gegevensbescherming’ (hierna: het koninklijk besluit van 21 december 2017).

    In de “aanbieding tot detachering” van 29 april 2019 wordt verder verduidelijkt dat het drie bedieningen van INP of HINP betreft, en dat het om een “structurele detachering” gaat.

    Onder “administratieve voorwaarden” wordt het volgende bepaald:

    “- Deel uitmaken van de Federale Politie of van de Lokale Politie; - Bekleed zijn met de graad vereist voor de functie: HINP of INP; - GEEN evaluatie met eindvermelding “onvoldoende” hebben.

    De bevoegde hiërarchische overheid zal, in voorkomend geval, bevestigen dat de kandidaat aan de administratieve voorwaarden beantwoord.

    Belangrijke opmerking: de kandidatuur is enkel ontvankelijk mits akkoord van de Korpschef/Commissaris-generaal/betrokken Directeur-generaal.”

    3.3. Verzoeker meldt zich kandidaat voor deze detachering via het formulier dat als bijlage bij de bekendmaking van de “aanbieding tot detachering” is gevoegd. Verzoekers leidinggevende, Dir Jud. Antwerpen, adviseert deze kandidatuur op 16 mei 2019 “ongunstig” op grond van de overweging dat “FGP Antwerpen met een ernstig personeelstekort [kampt], elke detachering out verhoogt dit deficit.”

    XIV-38.142-3/13

    De directeur-generaal van de Federale Gerechtelijke Politie sluit zich hier op 28 mei 2019 bij aan en beslist dat hij niet kan instemmen met verzoekers kandidatuur.

    3.4. Op 11 juni 2019 wordt, onder referte “Nr. Fed/Lok-339” een nieuwe “aanbieding tot detachering” naar BelPIU bekendgemaakt. Er wordt verduidelijkt dat het één bediening van HINP of INP betreft. Verzoeker is opnieuw kandidaat voor deze detachering. Zijn leidinggevende, Dir Jud Antwerpen, adviseert deze kandidatuur op 2 juli 2019 opnieuw “ongunstig” omdat “FGP Antwerpen met een (te) zwaar personeelstekort [kampt]. Dit advies dient te worden gelezen los van de bekwaamheden van de kandidaat waaraan dit ongunstig advies zeker geen afbreuk wil doen.”

    De directeur-generaal van de Federale Gerechtelijke Politie sluit zich hier op 5 juli 2019 bij aan en beslist dat hij niet kan instemmen met verzoekers kandidaatstelling.

    Dit is de bestreden beslissing.

    IV. Onderzoek van het enig middel

    Uiteenzetting van het middel

    4. In het enig middel van zijn verzoekschrift voert verzoeker een schending aan “van de motiveringsplicht”. Door louter te verwijzen naar een “(te) zwaar personeelstekort” wordt geen rekening gehouden met de concrete omstandigheden waarin verzoeker verkeert en biedt men hem geen enkel toekomstperspectief aangaande het verwezenlijken van zijn voorgenomen detachering. Met verwijzing naar de artikelen 2 en 3 van de wet van 29 juli 1991 ‘betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen’ en de “materiële motiveringsplicht” stelt verzoeker dat de bestreden beslissing “onvoldoende [wordt] gemotiveerd”. Volgens verzoeker is er een “gebrekkige

    XIV-38.142-4/13

    binding tussen de beslissing en de feiten die als grondslag dienen”. Hij wijst erop dat het personeelsgebrek binnen de Federale Politie al jaren aanhoudt, ondanks eerdere beloften van de betrokken ministers. Hij verwijst...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT