9 APRIL 2021. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 22 juni 2009 houdende delegatie van bevoegdheid van de Minister die bevoegd is voor de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen inzake toegang tot het grondgebied en kort verblijf

De Staatssecretaris voor Asiel en Migratie,

Gelet op de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, de artikelen 2, eerste lid, 2°, en 2/1;

Gelet op het ministerieel besluit van 22 juni 2009 houdende delegatie van bevoegdheid van de Minister die bevoegd is voor de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen inzake toegang tot het grondgebied en kort verblijf;

Overwegende Verordening (EG) nr. 810/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode (Visumcode), die in artikel 4, lid 1bis, voorziet dat de centrale autoriteiten kunnen beslissen over visumaanvragen, waarbij België de Dienst Vreemdelingenzaken aangeduid heeft als centrale visumautoriteit (zie bv. ook Publicatieblad van de Europese Unie dd. 26 mei 2016, C 187/4);

Overwegende artikel 22 van diezelfde Visumcode, dat voorziet dat deze zelfde centrale visumautoriteiten in het kader van de procedure van voorafgaande raadpleging bezwaar kunnen maken tegen de afgifte van een visum;

Overwegende rechtspraak van het Hof van Justitie die stelt dat dit bezwaar op zichzelf aanvechtbaar is (gevoegde zaken C-225/19 en C-226/19, ECLI:EU:C:2020:951), waardoor eveneens verduidelijkt dient te worden welke ambtenaren van Dienst Vreemdelingenzaken bevoegd zijn een dergelijk bezwaar te maken;

Overwegende artikel 33 van diezelfde Visumcode dat verlenging van visa voorziet, waarbij België de Dienst Vreemdelingenzaken aangeduid heeft als bevoegde autoriteit (notificatie op grond van artikel 53, lid 1, punt g, Visumcode);

Overwegende artikel 34 van diezelfde Visumcode dat nietigverklaring en intrekking van visa voorziet, hetgeen ook mogelijk is in andere hypotheses dan een weigering van toegang bedoeld in artikel 3, derde lid, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;

Overwegende de wet van 22 juli 1993 houdende bepaalde maatregelen inzake ambtenarenzaken;

Overwegende de programmawet van 30 december 2001;

Overwegende het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementsfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten;

Overwegende het koninklijk besluit van 14 januari 2002 houdende oprichting van de Federale...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT