Décision judiciaire de Raad van State, 3 mars 2022
Date de Résolution | 3 mars 2022 |
Juridiction | Cassatie |
Nature | Arrest |
RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
VIIe KAMER
A R R E S T
nr. 253.147 van 3 maart 2022 in de zaak A. 232.765/VII-41.012
In zake : de NV RINKKAAI bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Toon Smets kantoor houdend te 1160 Oudergem Vorstlaan 280 bij wie woonplaats wordt gekozen
tegen :
-
Ignaas VANDENABEELE 2. de BV SOUVERAIN 400 bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaten Peter De Smedt en Sofie De Maesschalck kantoor houdend te 9000 Gent Kasteellaan 141 bij wie woonplaats wordt gekozen
Tussenkomende partij :
de GEWESTELIJKE STEDENBOUWKUNDIGE
AMBTENAAR bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Paul Aerts kantoor houdend te 9000 Gent Coupure 5 bij wie woonplaats wordt gekozen
-------------------------------------------------------------------------------------------------- I. Voorwerp van het beroep
-
Het cassatieberoep, ingesteld op 14 januari 2021, strekt tot de nietigverklaring van arrest nr. RvVb-A-2021-0393 van de Raad voor Vergunningsbetwistingen (hierna: RvVb) van 10 december 2020 in de zaak 1920-RvVb-0091-A.
VII-41.012-1/13
II. Verloop van de rechtspleging
-
Het cassatieberoep is toelaatbaar verklaard bij beschikking van 1 april 2021.
De verwerende partij heeft een memorie van antwoord en de verzoekende partij heeft een memorie van wederantwoord ingediend.
De gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar heeft een verzoekschrift tot tussenkomst ingediend. De tussenkomst is toegestaan bij beschikking van 31 mei 2021. De tussenkomende partij heeft een memorie ingediend.
Eerste auditeur-afdelingshoofd Ann Van Mingeroet heeft op 20 oktober 2021 een verslag opgesteld, op grond van artikel 16 van het koninklijk besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatie-procedure bij de Raad van State.
De verzoekende partij heeft een verzoek tot voortzetting van de procedure teneinde te worden gehoord ingediend.
De partijen zijn opgeroepen voor de terechtzitting, die heeft plaatsgevonden op 10 februari 2022.
Staatsraad Pierre Lefranc heeft verslag uitgebracht.
Advocaat Deborah Smets, die loco advocaat Toon Smets verschijnt voor de verzoekende partij, advocaat Sofie De Maesschalck, die verschijnt voor de verwerende partij en advocaat Anne-Sophie Claus, die loco advocaat Paul Aerts verschijnt voor de tussenkomende partij, zijn gehoord.
VII-41.012-2/13
Eerste auditeur-afdelingshoofd Ann Van Mingeroet heeft een met dit arrest eensluidend advies gegeven.
Er is toepassing gemaakt van de bepalingen op het gebruik der talen, vervat in titel VI, hoofdstuk II, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973 (hierna: RvS-wet).
III. Feiten
-
Op 2 augustus 2019 verleent de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar (hierna: GSA) aan het autonoom gemeentebedrijf Stadsontwikkeling Gent (SOGent) een verkavelingsvergunning onder voorwaarden voor het verkavelen van een terrein in zes loten met wegenis- en omgevingsaanleg.
-
Het bestreden arrest: - verwerpt de exceptie van onontvankelijkheid van de nv Rinkkaai van de vordering van Vandenabeele en de bv Souverain 400 tot vernietiging van de vergunningsbeslissing van de GSA; - verklaart het eerste middel van Vandenabeele en de bv Souverain 400 gegrond; - vernietigt de vergunningsbeslissing van de GSA.
De RvVb stelt bovendien “zijn arrest in de plaats van de nieuw te nemen beslissing en verklaart de aanvraag onontvankelijk”.
IV. Onderzoek van de ontvankelijkheid van het beroep
Exceptie Vandenabeele en de bv Souverain 400
5. Zij voeren aan dat “kennelijk recent een nieuwe verkavelingsaanvraag werd ingediend door [de nv Rinkkaai] voor de verkaveling van het betrokken terrein. Dit doet vragen rijzen naar het actuele belang van [de nv Rinkkaai] bij haar cassatieberoep. De eventuele vernietiging van het bestreden
VII-41.012-3/13
vernietigingsarrest kan haar geen voordeel opleveren. Het cassatieberoep is in die zin dan ook onontvankelijk”.
-
De nv Rinkkaai repliceert dat het recent verkavelingsdossier op meerdere punten afwijkt van de in 2017 ingediende aanvraag, in de aanvraag wordt uitdrukkelijk gesteld dat geen afstand wordt gedaan van de eerdere aanvraag en er op heden geen nieuwe verkavelingsvergunning voorligt laat staan dat deze nieuwe verkavelingsvergunning op datum van de uitspraak in voorliggende cassatieprocedure definitief en uitvoerbaar zou/zal zijn. Een vernietiging van het bestreden arrest heeft tot gevolg dat de RvVb zich, anders samengesteld, over het destijds ingediende beroep moet uitspreken. De kans is daarbij niet onbestaande dat de RvVb het beroep verwerpt, waardoor het alsnog mogelijk wordt de beoogde verkavelingsvergunning te bekomen, minstens om een kans daartoe te maken.
Beoordeling
7. De finaliteit van een cassatieberoep bestaat erin om een onwettige uitspraak van een administratief rechtscollege teniet te doen, waarna de zaak voor een nieuwe beoordeling aan het anders samengesteld rechtscollege wordt voorgelegd zodat de verzoeker in...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI