Décision judiciaire de Raad van State, 11 janvier 2022

Date de Résolution11 janvier 2022
JuridictionCassatie
Nature Arrest

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

XIVe KAMER

A R R E S T

nr. 252.597 van 11 januari 2022 in de zaak A. 228.688/XIV-38.108

In zake : XXX bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Céline Verbrouck kantoor houdend te 1040 Brussel Louis Schmidtlaan 56 bij wie woonplaats wordt gekozen

tegen : de BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de staatssecretaris voor Asiel en Migratie bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaten Carmenta Decordier en Tine Bricout kantoor houdend te 9041 Gent-Oostakker Orchideestraat 61 A alwaar woonplaats wordt gekozen

-------------------------------------------------------------------------------------------------- I. Voorwerp van het cassatieberoep

  1. Het cassatieberoep, ingesteld op 24 juli 2019, strekt tot de cassatie van het arrest nr. 223.111 van 24 juni 2019 van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen.

    II. Verloop van de rechtspleging

  2. Het cassatieberoep is toelaatbaar verklaard bij beschikking nr. 13.467 van 17 september 2019.

    De verwerende partij heeft een memorie van antwoord ingediend en verzoeker heeft een memorie van wederantwoord ingediend.

    XIV-38.108-1/5

    Eerste auditeur Marijke Van Limbergen heeft een verslag opgesteld, op grond van artikel 16 van het koninklijk besluit van 30 november 2006 ‘tot vaststelling van de cassatie-procedure bij de Raad van State’.

    De partijen zijn opgeroepen voor de terechtzitting, die heeft plaatsgevonden op 8 september 2021, om 14.45 uur.

    Kamervoorzitter Carlo Adams heeft verslag uitgebracht.

    Advocaat Elisabeth Van der Haert, die loco advocaat Céline Verbrouck verschijnt voor verzoeker, en advocaat Charlotte Vanbeylen, die loco advocaten Carmenta Decordier en Tine Bricout verschijnt voor de verwerende partij, zijn gehoord.

    Eerste auditeur Marijke Van Limbergen heeft een met dit arrest eensluidend advies gegeven.

    Er is toepassing gemaakt van de bepalingen op het gebruik der talen, vervat in titel VI, hoofdstuk II, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

    III. Feiten

  3. Na een eerste verzoek om internationale bescherming, drie aanvragen om machtiging tot verblijf op grond van artikel 9bis van de wet van 15 december 1980 ‘betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen’ (hierna: de vreemdelingenwet) en vijf aanvragen op grond van artikel 9ter van dezelfde wet, die allemaal werden verworpen, dient verzoeker op 6 juni 2019 een volgend verzoek om internationale bescherming...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT