Décision judiciaire de Raad van State, 17 décembre 2019

Date de Résolution17 décembre 2019
JuridictionCassatie
Nature Arrest

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

Xe KAMER

A R R E S T

nr. 246.407 van 17 december 2019 in de zaak A. 228.060/X-17.512.

In zake : de DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Meindert Gees kantoor houdend te 8500 Kortrijk

Beneluxpark 27B bij wie woonplaats wordt gekozen

tegen :

  1. Martine MAES 2. Eric MESSENS bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Roland De Rouck kantoor houdend te 9400 Ninove Leopoldlaan 17 bij wie woonplaats wordt gekozen

    --------------------------------------------------------------------------------------------------

    I. Voorwerp van het cassatieberoep

    1. Het cassatieberoep, ingesteld op 9 mei 2019, strekt tot de cassatie van het arrest nr. RvVb-A-1819-0779 van de Raad voor Vergunningsbetwistingen (hierna: RvVb) van 26 maart 2019 in de zaak 1617-RvVb-0239-A.

    II. Verloop van de rechtspleging

    2. Het cassatieberoep is toelaatbaar verklaard bij beschikking van 29 mei 2019.

    De verwerende partijen hebben een memorie van antwoord ingediend en de verzoekende partij heeft een memorie van wederantwoord ingediend.

    X-17.512-1/11

    ‡BHMTJAJCA-BDJIHBV‡

    Eerste auditeur-afdelingshoofd Ann Van Mingeroet heeft een verslag opgesteld.

    De partijen zijn opgeroepen voor de terechtzitting, die heeft plaatsgevonden op 8 november 2019.

    Staatsraad Jan Clement heeft verslag uitgebracht.

    Advocaat Meindert Gees, die verschijnt voor de verzoekende partij, en advocaat Jonas Van Den Noortgate, die loco advocaat Roland De Rouck verschijnt voor de verwerende partijen, zijn gehoord.

    Eerste auditeur-afdelingshoofd Ann Van Mingeroet heeft een met dit arrest eensluidend advies gegeven.

    Er is toepassing gemaakt van de bepalingen op het gebruik der talen, vervat in titel VI, hoofdstuk II, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

    III. Feiten

    3.1. Wegens het gemis aan zonlicht in hun tuin stellen Maes-Messens tegen de eigenaars van het aanpalende perceel (hierna: cs. Meersman) een vordering in op basis van artikel 544 van het Burgerlijk Wetboek, te weten krenking van hun eigendomsrecht door bovenmatige hinder. Voor de rechtbank van eerste aanleg te Gent vorderen zij meer bepaald – met verwijzing naar een door een deskundige opgemaakt plan van de tuin van het aanpalende perceel – dat cs. Meersman volgende maatregelen nemen: - het snoeien van “taxus nr. 1” en van “paardenkastanje nr. 6”; - het rooien of minstens terugbrengen tot een hoogte van 8,36 meter van “taxus nr. 5”;

    X-17.512-2/11

    ‡BHMTJAJCA-BDJIHBV‡

    - het rooien van “berk nr. 2”, “lijsterbes nr. 3”, “taxus nr. 8” en “tamme kastanje nr. 14” en - het rooien, minstens kandelaren van “esdoorn nr. 4”.

    3.2. In het over de vordering van Maes-Messens uitgesproken vonnis van 28 september 2012 (hierna: het vonnis van de burgerlijke rechter) overweegt de rechtbank van eerste aanleg te Gent het volgende:

    “De esdoorn nr. 4 [Maes-Messens] verzoeken de esdoorn nr. 4 te rooien, minstens te kandelaren.

    De deskundige besluit dat wanneer de buitencontouren van de kroonmassa niet worden verminderd de schaduwoppervlakte niet ten gronde zou afnemen. Ook hier suggereert de deskundige het rooien van de boom en het vervangen ervan door een nieuwe boom op 4 meter van de rooilijn.

    Gelet op deze vaststellingen, het advies van de deskundige en het feit dat het verminderen van de kroonmassa van deze boom de eigenheid ervan zou aantasten, beslist de rechtbank om ook de esdoorn nr. 4 te rooien.”

    3.3. Het vonnis van de burgerlijke rechter veroordeelt cs. Meersman tot het nemen van de volgende acht maatregelen: - het jaarlijks inkorten van “taxus nr. 1”; - het jaarlijks inkorten van “taxus nr. 5”; - het jaarlijks inkorten van “paardenkastanje nr. 6”; - het rooien van “berk nr. 2”; - het rooien van “lijsterbes nr. 3”; - het rooien van “taxus nr. 8”; - het rooien van “tamme kastanje nr. 14” en - het rooien van “esdoorn nr. 4”.

  2. Met een besluit van 23 mei 2013 verleent de deputatie van de provincieraad van de provincie Oost-Vlaanderen (hierna: deputatie) een stedenbouwkundige vergunning aan cs. Meersman voor het rooien van “berk nr. 2”, “lijsterbes nr. 3”, “taxus nr. 8” en “tamme kastanje nr. 14” en weigert zij een vergunning af te geven voor het rooien van “esdoorn nr. 4” (hierna: het deputatiebesluit van...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT