8 SEPTEMBER 2023. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2002 tot uitvoering van het Titel IV, hoofdstuk II en Titel V, hoofdstuk IV van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018
Rechtsgronden
Dit besluit is gebaseerd op:
- de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993;
- het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018, artikel 4.2.2.3.1, 4.2.2.3.2, tweede lid, artikel 4.2.2.4.3 en artikel 5.4.1.2, gewijzigd bij het decreet van 26 april 2019.
Vormvereisten
De volgende vormvereisten zijn vervuld:
- De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 21/06/2023.
- De adviesaanvraag is op 07/07/2023 bij de Sociale Economische Raad (SERV) ingediend, met toepassing van artikel 11, § 2, van het decreet inzake de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen van 07/05/2004. Bij mail van 17/07/2023, bevestigd bij brief van 24/07/2023, liet de SERV weten dat geen advies zal worden uitgebracht.
- De adviesaanvraag is op 07/07/2023 bij de Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen (MINA-raad) ingediend, met toepassing van artikel 11.2.1, § 2, van het decreet van 05/04/1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid. Bij brief van 14/07/2023 liet de MINA-raad weten dat geen advies zal worden uitgebracht.
- Er is op 20/07/2023 bij de Raad van State een aanvraag ingediend voor een advies binnen dertig dagen, verlengd met vijftien dagen, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. Het advies is niet meegedeeld binnen die termijn. Daarom wordt artikel 84, § 4, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, toegepast.
Initiatiefnemer
Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme.
Na beraadslaging,
DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:
Artikel 1. In artikel 2, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2002 tot uitvoering van het Titel IV, hoofdstuk II en Titel V, hoofdstuk IV van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, 2 december 2016 en 26 april 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
-
in punt 1° worden de woorden "de maand met grootste bedrijvigheid van" opgeheven;
-
in punt 3°, a) en b), worden de woorden "tijdens de maand met de grootste bedrijvigheid" opgeheven;
-
aan punt 3° wordt een punt c) toegevoegd, dat luidt als volgt:
"c) op basis van een schepmonster dat genomen is door de Vlaamse Milieumaatschappij, door de toezichthouder die bevoegd is voor milieuhandhaving, of, in voorkomend geval, in opdracht van de heffingsplichtige;";
-
in punt 4° worden punt c) en punt d) vervangen door wat volgt:
"c) op basis van een schepmonster dat genomen is door de Vlaamse Milieumaatschappij, door de toezichthouder die bevoegd is voor milieuhandhaving, of...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI