8 MEI 2020. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het model van de legitimatiekaart uitgereikt aan personen opgenomen in het nationaal register voor gerechtsdeskundigen en voor beëdigd vertalers, tolken en vertalers tolken en van de officiële stempel voor de beëdigd vertalers en vertalers-tolken, opgenomen in het nationaal register

VERSLAG AAN DE KONING

Sire,

Het ontwerp van koninklijk besluit dat U ter ondertekening wordt voorgelegd, regelt de vaststelling van het model van de legitimatiekaart uitgereikt aan personen opgenomen in het nationaal register voor gerechtsdeskundigen en voor beëdigd vertalers, tolken en vertalers tolken en van de officiële stempel voor de beëdigd vertalers en vertalers-tolken, opgenomen in het nationaal register.

Artikelsgewijze bespreking

Artikel 1

In artikel 1 wordt bepaald dat er een legitimatiekaart wordt afgeleverd wanneer een persoon is opgenomen in het nationaal register. De legitimatiekaart wordt afgeleverd na de eedaflegging of na de beslissing van de minister tot verlenging van opname.

In § 2 wordt bepaald dat een "voorlopige" legitimatiekaart wordt afgeleverd aan personen die voorlopig worden opgenomen in het nationaal register op basis van de overgangsbepalingen van de artikelen 28 en 29 van de wet van 10 april 2014.

De "voorlopige" legitimatiekaart is een andere legitimatiekaart en heeft een geldigheidsduur die maximum loopt tot de overgangsperiode verstrijkt op 30 november 2021.

Artikel 2, 3 en 4

In de artikelen 2, 3 en 4 worden de modellen van de legitimatiekaart en de voorwaarden bepaald waaraan de legitimatiekaart moet voldoen.

Artikel 5

In artikel 5, § 1 wordt de geldigheidsduur geregeld van de legitimatiekaart.

De geldigheidsduur van de legitimatiekaart valt samen met de geldigheidsduur van de opname in het nationaal register.

Het startpunt van de geldigheidsduur van de legitimatiekaart is de datum van de eedaflegging bij een nieuwe opname in het nationaal register of de datum van de beslissing van de minister tot verlenging van opname.

Dit betekent concreet dat de datum van de eedaflegging de startdatum is voor de geldigheidstermijn van 6 jaar :

- Vanaf die datum wordt hij effectief opgenomen in het nationaal register;

- Vanaf die datum start de geldigheidsduur van 6 jaar opname in het Register (555/10 Ger.W. spreekt enkel van de geldigheidsduur, maar niet van de startdatum);

- Vanaf die datum mag hij de titel dragen (555/14 Ger.W., kan beschouwd worden als de startdatum);

- Vanaf die datum mag hij opdrachten aanvaarden in die hoedanigheid (555/14 Ger.W.);

- Vanaf die datum start de geldigheidsduur van 6 jaar voor de legitimatiekaart en voor de officiële stempel.

In artikel 5, § 2 wordt de geldigheidsduur bepaald voor een "voorlopige" legitimatiekaart.

De "voorlopige" legitimatiekaart is geldig tot betrokkene een legitimatiekaart krijgt zoals voorzien in artikel 1, § 1.

- De datum van de beslissing van de minister of de door hem gemachtigde ambtenaar waaruit blijkt dat de betrokkene niet mag worden opgenomen in het nationaal register;

- en uiterlijk tot 30 november 2021, indien geen aanvraag tot opname voorafgaandelijk werd ingediend.

Artikel 6

In artikel 6 wordt bepaald dat er een officiële stempel wordt afgeleverd wanneer een persoon is opgenomen in het nationaal register. De officiële stempel wordt afgeleverd na de eedaflegging of na de beslissing van de minister tot verlenging van opname.

In § 2 wordt bepaald dat een "voorlopige" officiële stempel wordt afgeleverd aan beëdigd vertalers en vertalers-tolken die voorlopig worden opgenomen in het nationaal register op basis van de overgangsbepalingen van de artikelen 28 en 29 van de wet van 10 april 2014.

De "voorlopige" officiële stempel heeft een geldigheidsduur die maximum loopt tot de overgangsperiode verstrijkt op 30 november 2021.

Artikel 7

In artikel 7 worden de modellen van de officiële stempel bepaald en de voorwaarden waaraan deze moet voldoen.

Artikel 8

In artikel 8 wordt de geldigheidsduur geregeld van de officiële stempel.

De geldigheidsduur van de officiële stempel valt samen met de geldigheidsduur van de legitimatiekaart.

Het startpunt van de geldigheidsduur van de officiële stempel is de datum van de eedaflegging bij een nieuwe opname in het nationaal register of de datum van de beslissing van de minister tot verlenging van opname.

Artikel 9

Dit artikel bepaalt dat wanneer de betrokkene de titel van gerechtsdeskundige of beëdigd vertaler, tolk of vertaler verliest, of afstand doet van deze titel, hij de legitimatiekaart en in voorkomend geval de officiële stempel onmiddellijk moet teruggeven aan de minister van Justitie of de door hem gemachtigde ambtenaar.

Artikel 10

Artikel 10 van het koninklijk besluit bepaalt dat in geval van schorsing of van tijdelijke schrapping overeenkomstig artikel 555/12 van het Gerechtelijk Wetboek wordt de legitimatiekaart en in voorkomend geval de officiële stempel onverwijld teruggegeven aan de minister van Justitie of aan de door hem gemachtigde ambtenaar.

Wanneer de schorsing ten einde loopt, kan de houder van de legitimatiekaart en in voorkomend geval van de officiële stempel, de kaart en de officiële stempel opnieuw in bezit nemen.

Wanneer de tijdelijke schrapping ten einde loopt, kan de betrokkene een nieuwe aanvraag tot opname in het nationaal register indienen.

Een nieuwe legitimatiekaart en in voorkomend geval een officiële stempel zal pas afgeleverd worden onder de voorwaarden van een nieuwe inschrijving.

Tijdens de parlementaire besprekingen van de wet van 19 april 2017 tot wijziging van de wet van 10 april 2014 tot wijziging van verschillende bepalingen met het oog op de oprichting van een...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT