Décision judiciaire de Raad van State, 8 mai 2018

Date de Résolution 8 mai 2018
JuridictionNietigverklaring
Nature Arrest

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

VIIe KAMER

A R R E S T

nr. 241.418 van 8 mei 2018 in de zaak A. 218.731/VII-39.638.

In zake : Stefan VAN DEN EYNDE bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Jan Opsommer kantoor houdend te 9700 Oudenaarde Gentstraat 152 bij wie woonplaats wordt gekozen

tegen :

het VLAAMSE GEWEST bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Michel van Dievoet kantoor houdend te 1000 Brussel Wolstraat 56 bij wie woonplaats wordt gekozen

Tussenkomende partijen : 1. Jan HAES wonende te 1785 Brussegem - Merchtem Nieuwelaan 157 alwaar woonplaats wordt gekozen 2. Yvonne VAN LIEFFERINGE wonende te 1785 Brussegem - Merchtem Polderstraat 3 alwaar woonplaats wordt gekozen

-------------------------------------------------------------------------------------------------- I. Voorwerp van het beroep

  1. Het beroep, ingesteld op 14 maart 2016, strekt tot de nietigverklaring van het besluit van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw van 8 januari 2016 waarbij het bestuurlijk beroep ingesteld tegen de beslissing van de deputatie van de provincie Vlaams-Brabant van 16 januari 2014, houdende het verlenen aan Frank en Stefan Van den Eynde van de

    VII-39.638-1/16

    milieuvergunning voor het veranderen van een rundveebedrijf, gelegen aan de Vijlststraat 1 te Merchtem, gedeeltelijk gegrond wordt verklaard.

    II. Verloop van de rechtspleging

  2. De verwerende partij heeft een memorie van antwoord ingediend en verzoeker heeft een memorie van wederantwoord ingediend.

    De tussenkomende partijen hebben verzoekschriften tot tussenkomst ingediend. De tussenkomsten zijn toegestaan bij beschikking van 14 juni 2016. De tussenkomende partijen hebben elk een memorie ingediend.

    Eerste auditeur Ronny Vercruyssen heeft een verslag opgesteld.

    Verzoeker heeft een verzoek tot voortzetting van het geding en een laatste memorie ingediend. De verwerende partij en de eerste tussenkomende partij hebben een laatste memorie ingediend.

    De partijen zijn opgeroepen voor de terechtzitting, die heeft plaatsgevonden op 22 februari 2018.

    Staatsraad Peter Sourbron heeft verslag uitgebracht.

    Advocaat Janna Bauters, die loco advocaat Jan Opsommer verschijnt voor verzoeker, advocaat Filip van Dievoet, die loco advocaat Michel van Dievoet verschijnt voor de verwerende partij, en de eerste tussenkomende partij, die in persoon verschijnt, zijn gehoord.

    Eerste auditeur Ronny Vercruyssen heeft een met dit arrest eensluidend advies gegeven.

    VII-39.638-2/16

    Er is toepassing gemaakt van de bepalingen op het gebruik der talen, vervat in titel VI, hoofdstuk II, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

    III. Feiten

    3.1. Verzoeker is mede-exploitant van een landbouwbedrijf gelegen aan de Vijlststraat 1 te Merchtem.

    3.2. Op 26 augustus 2013 dient hij een milieuvergunningsaanvraag in voor het veranderen van het bedrijf.

    3.3. De deputatie van de provincie Vlaams-Brabant verleent op 16 januari 2014 de gevraagde vergunning, met uitzondering van de verhoging van het opgepompte debiet van de grondwaterwinning.

    3.4. Tegen deze vergunningsbeslissing stellen een aantal omwonenden bestuurlijk beroep in bij de bevoegde Vlaamse minister.

    3.5. In het kader van de beroepsprocedure worden de volgende adviezen uitgebracht: a) het Agentschap Ruimte Vlaanderen adviseert op 31 maart 2014 gunstig,

    behoudens voor de opslag van diesel en fytoproducten in natuurgebied; b) de afdeling Operationeel Waterbeheer stelt op 29 april 2014 voor om het beroep deels in te willigen; c) op 30 april 2014 deelt het Agentschap voor Natuur en Bos mee dat geen bijkomende maatregelen vereist zijn bovenop de geldende regels voor de opgeslagen stoffen; d) de afdeling Milieuvergunningen stelt op 30 april 2014 voor om het ingestelde beroep af te wijzen; e) op 6 mei 2014 adviseert de Gewestelijke Milieuvergunningscommissie om het beroep deels gegrond te verklaren en de vergunning te weigeren voor de verhoging

    VII-39.638-3/16

    van het opgepompte debiet van de grondwaterwinning, de opslag van 14.900 liter diesel en de opslag van 650 liter of kilogram fytoproducten.

    3.6. Met het thans bestreden besluit van 8 januari 2016 verklaart de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw het bestuurlijk beroep gedeeltelijk gegrond en weigert zij de vergunning voor de uitbreiding van de grondwaterwinning en voor de opslag van 14.900 liter diesel en van 650 liter of kilogram fytoproducten.

    De voor de beoordeling van de zaak relevante motieven van de bestreden beslissing luiden als volgt:

    “Overwegende dat in een straal van circa 100 m rond de perceelgrens 6 woningen gelegen zijn; dat het grootse deel van het bedrijf, waaronder de stallen, gelegen is in landschappelijk waardevol agrarisch gebied; dat een schuilhok waar in een afgesloten compartiment de opslag van 14.900 l diesel en 650 l fytoproducten plaatsvindt, gesitueerd is in natuurgebied; dat op circa 180 m een klein woongebied met landelijk karakter ligt; dat op circa 580 m een woonuitbreidingsgebied is gelegen; dat de inrichting grenst aan een parkgebied;

    […]

    Overwegende dat de exploitant een vergunning heeft voor de opslag van 7.500 l mazout, horende bij de woning, en 2.000 l mazout en 13.000 l diesel horende bij het bedrijf; dat in de beoogde situatie de mazouttank van 2.000 l vervangen wordt door een tank van 1.500 l en de dieseltank van 13.000 l vervangen wordt door een tank van 14.900 l; dat de dieseltank van 13.000 l en de bijhorende verdeelslang zich in de vergunde situatie aan de achterzijde (oostzijde) van de grote melkveestal bevinden; dat in de beoogde situatie de dieseltank van 14.900 l en bijhorende verdeelslang in een afgesloten compartiment van het schuilhok voorzien worden; dat het schuilhok in natuurgebied is gesitueerd; dat het een regularisatie betreft; dat de tank van 1.500 l mazout en de tank van 14.900 l diesel dubbelwandige, bovengrondse houders zijn; dat uit de keuringsverslagen blijkt dat de houders voldoen aan de regelgeving;

    Overwegende dat de opslag van 650 l fytoproducten (regularisatie) zich ook situeert in het afgesloten compartiment in het schuilhok; dat de fytoproducten zich binnen dit afgesloten compartiment nog eens in een afgesloten container bevinden;

    Overwegende dat het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) op 30 april 2014 een gunstig subadvies verleende; dat het ANB van oordeel is dat vanuit de regelgeving inzake natuurbehoud er geen bijkomende maatregelen vereist zijn voor de opslag van deze materialen in natuurgebied;

    […]

    VII-39.638-4/16

    Overwegende dat de exploitant een uitbreiding van het opgepompte debiet van de grondwaterwinning met 10 m³/dag en 3.500 m³/jaar tot 47 m³/dag en 17.000 m³/jaar vraagt; dat het grondwater als drinkwater voor de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT