Décision judiciaire de Raad van State, 22 mars 2018

Date de Résolution22 mars 2018
JuridictionCassatie
Nature Arrest

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

VIIe KAMER

A R R E S T

nr. 241.072 van 22 maart 2018 in de zaak A. 223.451/VII-40.104.

In zake : Bart VERSTOCKT bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Johan Verstraeten kantoor houdend te 3000 Leuven Vaartstraat 68-70 bij wie woonplaats wordt gekozen

tegen :

de DEPUTATIE VAN DE PROVINCIERAAD VAN

VLAAMS-BRABANT

-------------------------------------------------------------------------------------------------- I. Voorwerp van het beroep

  1. Het cassatieberoep, ingesteld op 3 oktober 2017, strekt tot de nietigverklaring van arrest nr. RvVb/A/1617/1125 van de Raad voor Vergunningsbetwistingen (hierna: RvVb) van 22 augustus 2017 in de zaak 1516/RvVb/0447/A.

    II. Verloop van de rechtspleging

  2. Een beschikking van 19 oktober 2017 verklaart het cassatieberoep toelaatbaar.

    De verwerende partij heeft een memorie van antwoord en verzoeker heeft een memorie van wederantwoord ingediend.

    VII-40.104-1/8

    Auditeur An Van Den Broeck heeft een verslag opgesteld, op grond van artikel 16 van het koninklijk besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatie-procedure (hierna: cassatieprocedurebesluit) bij de Raad van State.

    De partijen zijn opgeroepen voor de terechtzitting, die heeft plaatsgevonden op 22 februari 2018.

    Staatsraad Pierre Lefranc heeft verslag uitgebracht.

    Advocaat Simon Claes, die loco advocaat Johan Verstraeten verschijnt voor verzoeker, en diensthoofd-jurist Johan Guillemyn, die verschijnt voor de verwerende partij, zijn gehoord.

    Auditeur Ann Van Mingeroet heeft een met dit arrest eensluidend advies gegeven.

    Er is toepassing gemaakt van de bepalingen op het gebruik der talen, vervat in titel VI, hoofdstuk II, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

    III. Feiten

  3. Met een besluit van 21 januari 2016 verleent de deputatie van de provincieraad van Vlaams-Brabant (hierna: deputatie) aan de heer en mevrouw Carre-Moulis een stedenbouwkundige vergunning “voor het bouwen van een nieuwe vrijstaande woning”.

  4. Het bestreden arrest verwerpt het beroep van verzoeker tegen de voormelde beslissing van 21 januari 2016.

    VII-40.104-2/8

    IV. Regelmatigheid van de rechtspleging

    Pleitnota

    5. De verwerende partij legt ter terechtzitting een pleitnota neer.

  5. Verzoeker vraagt om deze nota, waarvan hij geen kennis heeft kunnen nemen, uit het debat te weren.

    Beoordeling

  6. Het cassatieprocedurebesluit voorziet niet in de mogelijkheid om een pleitnota als een processtuk neer te leggen. De neergelegde pleitnota is derhalve geen ontvankelijk processtuk. Voor zover ze evenwel de neerslag...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT