Décision judiciaire de Raad van State, 7 mars 2013

Date de Résolution 7 mars 2013
JuridictionSchorsing UDN
Nature Arrest

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

VOORZITTER VAN DE IXe KAMER

A R R E S T

nr. 222.778 van 7 maart 2013 in de zaak A. 208.052/IX-7941

In zake : de CVBA ERNST & YOUNG BEDRIJFSREVISOREN bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Frank Hellemans kantoor houdend te 2000 Antwerpen Cockerillkaai 18 bij wie woonplaats wordt gekozen en bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Patrick Hofströssler kantoor houdend te 1050 Brussel Louizalaan 99

tegen :

het INSTITUUT VAN DE BEDRIJFSREVISOREN gevestigd te 1000 Brussel E. Jacqmainlaan 135/1 waar woonplaats wordt gekozen en bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaten Patrick Thiel, Virginie Dor en David Lecoque kantoor houdend te 1170 Brussel Terhulpsesteenweg 178

-------------------------------------------------------------------------------------------------- I. Voorwerp van de vordering

  1. De vordering, ingesteld op 21 februari 2013, strekt tot de schorsing van de tenuitvoerlegging bij uiterst dringende noodzakelijkheid van de beslissing van de Raad van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren van 11 januari 2013 waarbij aan de CVBA Ernst & Young Bedrijfsrevisoren wordt opgelegd “om onmiddellijk een einde te maken aan de omstreden toestand door [haar] ontslag als commissaris van de NV Standard de Liège te geven”, alsook “om binnen de maand een einde te maken aan de omstreden toestand door de aanvaardingsprocedure van

    IX-7941-1/25

    het bedrijfsrevisorenkantoor aan te passen zodat de commissaris (zowel het kantoor als de vaste vertegenwoordiger) van de vennootschap die het voorwerp is van de bijkomende opdracht alle gegevens hieromtrent ontvangt teneinde te kunnen onderzoeken of bij het vervullen van de opdracht door een lid van het netwerk of het bedrijfsrevisorenkantoor zelf, zijn onafhankelijkheid bij het uitvoeren van zijn commissarismandaat niet in het gedrang komt”.

    II. Verloop van de rechtspleging

  2. De verwerende partij heeft een nota ingediend.

    De partijen zijn opgeroepen voor de terechtzitting, die heeft plaatsgevonden op 28 februari 2013.

    Staatsraad Bert Thys heeft verslag uitgebracht.

    Advocaten Frank Hellemans en Patrick Hofströssler, die verschijnen voor de verzoekende partij, en advocaten Virginie Dor, David Lecoque en Gregory de Sauvage, die verschijnen voor de verwerende partij, zijn gehoord.

    Auditeur Alexander Van Steenberge heeft een met dit arrest gedeeltelijk andersluidend advies gegeven.

    Er is toepassing gemaakt van de bepalingen op het gebruik der talen, vervat in titel VI, hoofdstuk II, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

    III. Feiten

    3.1. De verzoekende partij treedt sinds 1999 op als commissaris van de NV Standard de Liège, belast met de controle van de jaarrekeningen van deze

    IX-7941-2/25

    vennootschap. Haar mandaat van commissaris is door de algemene vergadering van de NV Standard de Liège op 13 december 2011 hernieuwd voor een periode die verstrijkt op 30 juni 2014. Haar vaste vertegenwoordiger bij deze vennootschap is thans bedrijfsrevisor P. Pire.

    De NV Financière du Standard is houder van 89,22% van de aandelen in de NV Standard de Liège.

    Robert Louis-Dreyfus was tot op het ogenblik van zijn overlijden in 2009, houder van 33,33% van de aandelen in de NV Financière du Standard. Ingevolge zijn overlijden behoorde zijn participatie tot zijn nalatenschap, hierna de “Estate Robert Louis-Dreyfus” genoemd.

    3.2. In 2011 wenst de Estate Robert Louis-Dreyfus haar participatie in de NV Financière du Standard te verkopen. Voor die verkoop doet de Estate Robert Louis-Dreyfus een beroep op het netwerk van de verzoekende partij. Deze opdracht omvat twee luiken: vooreerst het opstellen van een “Seller information document”, vergoed op basis van een vast uurtarief, en voorts het verlenen van bijstand en advies in het verkoopproces, vergoed middels een vaste en, in voorkomend geval, een variabele, resultaatafhankelijke vergoeding.

    Volgens de verwerende partij heeft de Estate Robert Louis-Dreyfus de voormelde opdracht “op vraag van alle aandeelhouders van [de NV] Financière du Standard” aan de verzoekende partij toevertrouwd.

    Volgens de verzoekende partij daarentegen vermeldt de bevestigingsbrief van de opdracht van 1 februari 2011 verkeerdelijk dat de opdracht betrekking heeft op de verkoop van een meerderheidsparticipatie en dat de testamentuitvoerder en/of de raadsman van de Estate Robert Louis-Dreyfus gemachtigd is om voor álle aandeelhouders van de NV Financière du Standard op te treden. Volgens haar is deze vermelding een materiële vergissing en heeft zij “enkel en alleen” ten dienste van de Estate Robert Louis-Dreyfus gewerkt.

    IX-7941-3/25

    3.3. Na toepassing van haar interne procedures ter bewaking van haar onafhankelijkheid, aanvaardt de verzoekende partij de opdracht. Het eerste luik van de opdracht wordt toevertrouwd aan een bedrijfsrevisor van de verzoekende partij en wordt volgens de verzoekende partij beëindigd op 22 maart 2011. Het tweede luik wordt toevertrouwd aan de CVBA Ernst & Young Special Business Services, die deel uitmaakt van het netwerk waartoe de verzoekende partij behoort, maar losstaat van de verzoekende partij en geen revisorenvennootschap is. Dit tweede luik wordt volgens de verzoekende partij op 23 juni 2011 beëindigd middels het vinden van een kandidaat-koper voor de participatie van de Estate Robert Louis-Dreyfus in de NV Financière du Standard.

    3.4. Met een brief van 8 juli 2011 vraagt de Commissie van Toezicht van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren aan bedrijfsrevisor P. Pire nadere informatie over de uitgevoerde opdracht.

    Deze brief luidt als volgt:

    “[…]

    De Commissie van Toezicht heeft kennisgenomen van een artikel gepubliceerd in de krant Le Soir van 3 juni 2011 met als titel ‘De vennootschap Value8 onderhandelt een terugkoop van Standard’. U vindt een kopie daarvan als bijlage.

    Dit artikel geeft aan dat ‘aan de vennootschap Ernst & Young’ een opdracht zou zijn toevertrouwd strekkende tot het evalueren van de NV Standard de Liège en het zoeken van een koper.

    Volgens de informatie in ons bezit, is het bedrijfsrevisorenkantoor Ernst & Young, Bedrijfsrevisoren de commissaris van de NV Standard de Liège.

    De Commissie van Toezicht wenst dat u deze informatie zou bevestigen en zou aangeven aan welke entiteit deze opdracht zou zijn toevertrouwd en wat er precies de aard en de juiste draagwijdte van was opdat zij, in voorkomend geval, de verenigbaarheid ervan met het mandaat van commissaris kan onderzoeken.

    […]” (vertaling).

    IX-7941-4/25

    3.5. De voornoemde bedrijfsrevisor antwoordt met een brief van 8 augustus 2011 het volgende:

    “[…]

    De Estate Robert Louis-Dreyfus, waarvan de zetel in Zwitserland is gevestigd, overwoog de mogelijkheid van een verkoop van haar aandelen in de Luikse voetbalclub. De Estate Robert Louis-Dreyfus was inderdaad onrechtstreeks houder van aandelen in de Luikse club via haar participatie van 33 % in de NV Financière du Standard: deze laatste controleerde de NV Standard de Liège als meerderheidsaandeelhouder.

    Alvorens de opdracht te aanvaarden die de Estate Robert Louis-Dreyfus aan Ernst & Young wenste toe te vertrouwen, hebben wij onze aanvaardingsprocedure uitgevoerd die wij op ieder van onze cliënten en opdrachten toepassen. Tijdens deze procedure hebben wij de structuur van de cliënt onderzocht teneinde na te gaan of de Belgische onafhankelijkheidsregels al dan niet dienden te worden toegepast en of de opdracht geen risico op een belangenconflict stelde.

    In dit geval is overeenkomstig artikel 133, § 8, van het Wetboek van Vennootschappen gebleken dat de Belgische onafhankelijkheidsregels geen toepassing vonden vermits wij geïnstrueerd werden door een minderheidsaandeelhouder die geen Belgische (rechts)persoon is.

    […]” (vertaling).

    3.6. Met een brief van 7 oktober 2011 deelt de Commissie van Toezicht aan bedrijfsrevisor P. Pire mede dat zij met toepassing van artikel 4, § 1, van het koninklijk besluit van 26 april 2007 tot organisatie van het toezicht en de kwaliteitscontrole en houdende het tuchtreglement voor de bedrijfsrevisoren, een onderzoek opende op zijn naam en dat zij hem wenst te horen met betrekking tot “de naleving van de deontologische regels en in het bijzonder de regels met betrekking tot de onafhankelijkheid van de commissaris ten aanzien van de aanvaarding van een opdracht van een aandeelhouder ertoe strekkende de gecontroleerde vennootschap te evalueren en een overnemer te zoeken” (vertaling).

    3.7. Op 17 november 2011 heeft een onderhoud plaats tussen bedrijfsrevisor P. Pire en afgevaardigden van de Commissie van Toezicht.

    3.8. Op 30 maart 2012 wordt ook een afgevaardigde van de verzoekende partij door de Commissie van Toezicht gehoord.

    IX-7941-5/25

    3.9. Met een brief van 10 juli 2012 deelt de Commissie van Toezicht aan de verzoekende partij mede:

    “[…]

    Bij deze komen wij terug op de overdracht van aandelen van de SA Standard de Liège.

    Met onderhavig schrijven deelt de Commissie van Toezicht u de elementen mede op grond waarvan het kantoor Ernst & Young Bedrijfsrevisoren een terechtwijzing kan opgelegd worden in toepassing van artikel 37 van de wet van 22 juli 1953 of waarvoor het bedrijfsrevisorenkantoor mogelijk naar de tuchtinstanties zou kunnen worden verwezen.

    […]

    Uit het geheel van bovenvermelde elementen blijkt dat het systeem van interne controle van het bedrijfsrevisorenkantoor niet op een efficiënte manier heeft gewerkt. Dit gebrek heeft geleid tot een onafhankelijkheidsprobleem in hoofde van de commissaris van de SA Standard de Liège, het kantoor Ernst & Young Bedrijfsrevisoren (artikel 133, § 1 van het Wetboek van Vennootschappen).

    […]

    Bovenvermelde vaststellingen vormen een inbreuk op artikel 458 van het Strafwetboek en op artikel 79 van de wet van 22 juli 1953 houdende oprichting van een Instituut van de Bedrijfsrevisoren en organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor.

    […]”.

    3.10. Met een brief van 27 augustus 2012 beoogt de verzoekende partij de stellingen van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT