Décision judiciaire de Raad van State, 19 février 2013

Date de Résolution19 février 2013
JuridictionAndere verzoekschrift
Nature Arrest

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

XIIe KAMER

A R R E S T

nr. 222.553 van 19 februari 2013 in de zaak A. 207.506/XII-7194

GEMEENTERAADSVERKIEZING VAN 14 OKTOBER 2012 TE DIEPENBEEK

In zake: Hugo LEROUX woonplaats kiezend te 3590 Diepenbeek Elzenlaan 18

Belanghebbende partij:

Georges DEWARIER bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaten Jan Coch en Philippe Thiery kantoor houdend te 3500 Hasselt Geraetsstraat 19 bij wie woonplaats wordt gekozen

-------------------------------------------------------------------------------------------------- I. Voorwerp van het beroep

1. Het beroep, ingesteld op 29 december 2012, is gericht tegen het besluit van 20 december 2012 van de Raad voor Verkiezingsbetwistingen in de provincie Limburg, waarbij het verzoekschrift van Hugo Leroux inzake de gemeenteraadsverkiezing te Diepenbeek wordt verworpen.

II. Verloop van de rechtspleging

2. Georges Dewarier, belanghebbende partij, heeft een memorie van antwoord ingediend.

Verzoeker heeft een memorie van wederantwoord ingediend.

XII-7194-1/19

Auditeur Iris Verheven heeft een verslag opgesteld.

De partijen zijn opgeroepen voor de terechtzitting, die heeft plaatsgevonden op 12 februari 2013.

Staatsraad Geert Van Haegendoren heeft verslag uitgebracht.

Verzoeker, die verschijnt en advocaat Philippe Thiery, die verschijnt voor de belanghebbende partij, die tevens ook verschijnt, zijn gehoord.

Auditeur Iris Verheven heeft een met dit arrest eensluidend advies gegeven.

Er is toepassing gemaakt van de bepalingen op het gebruik der talen, vervat in titel VI, hoofdstuk II, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

III. Voorgaanden

3.1. Verzoeker is bij de gemeenteraadsverkiezing van 14 oktober 2012 te Diepenbeek kandidaat op de lijst nr. 6 Groen. Georges Dewarier is kandidaat op de lijst nr. 8 Puur-Diepenbeek.

Er nemen aan die verkiezing zeven lijsten deel, waarvan de stemcijfers en het aantal behaalde zetels door het gemeentelijk hoofdstembureau op 14 oktober 2012 als volgt worden vastgesteld:

Lijst stemcijfers aantal zetels

lijst nr. 1 Open Vld 1.285 2 lijst nr. 2 N-VA 2.287 5 lijst nr. 4 sp-a 1.928 4 lijst nr. 6 Groen 1.095 1 lijst nr. 7 CD&V 1.551 3 lijst nr. 8 Puur-Diepenbeek 2.728 6 lijst nr. 9 DAAD 2.179 4

XII-7194-2/19

Blijkens het proces-verbaal van het gemeentelijk hoofdstembureau is verzoeker verkozen als titularis en belanghebbende als eerste opvolger.

Een verschuiving van 49 stemmen naar de lijst nr. 6 Groen zou deze lijst een zetel meer opleveren, ten nadele van de lijst nr. 2 NV-A.

3.2. Op 12 november 2012 dient verzoeker bij de Raad voor Verkiezingsbetwistingen in de provincie Limburg een bezwaar in tegen de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2012 te Diepenbeek, waarbij hij in hoofdorde de ongeldigverklaring van de verkiezingen vordert en in ondergeschikte orde een hertelling en de vervallenverklaring van het mandaat van Georges Dewarier.

In de beslissing waarvan beroep, stelt de Raad voor Verkiezingsbetwistingen vast:

“Dat het eerste onderdeel van het bezwaar is gebaseerd op artikel 13, tweede lid van de Gemeentekieswet en uitdrukkelijk als bezwaarde noemt de heer Georges Jacques C. Dewarier; Dat artikel 49, § 5 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011 (LPKD) inmiddels artikel 13, tweede lid van de Gemeentekieswet verving wat het Vlaamse Gewest betreft;

Dat het tweede onderdeel van het bezwaar gebaseerd is op artikel 194 LPKD, met name het verbod om tijdens de sperperiode geschenken of gadgets te verkopen of te verspreiden en eveneens uitdrukkelijk als bezwaarde noemt de heer Georges Jacques C. Dewarier;

Dat het derde onderdeel van het bezwaar een klacht tegen de werking van het stembureau Diepenbeek 006 betreft omwille van een boycot van het ordentelijk verloop van de kiesverrichtingen maar geen bezwaarden aanwijst;

Dat het vierde onderdeel van het bezwaar een klacht betreft inzake inbreuken op het correct stemverloop, inzonderheid het correct inscannen van de stembiljetten maar geen bezwaarden aanwijst.”

Op 20 december 2012 beslist de Raad voor Verkiezingsbetwistingen om: - het eerste onderdeel van de klacht ontvankelijk maar verworpen te verklaren; - het tweede onderdeel van de klacht ontvankelijk maar niet gegrond te verklaren; - het derde en het vierde onderdeel van de klacht als onontvankelijk te verklaren.

XII-7194-3/19

IV. Regelmatigheid van de rechtspleging

A. Memorie van wederantwoord

4. De bijzondere procedureregeling in geval van hoger beroep bij de Raad van State inzake gemeenteraadsverkiezingen voorziet niet in een memorie van wederantwoord. De memorie van wederantwoord is niet ontvankelijk en wordt uit het debat geweerd.

B. Overtuigingsstukken

5. Verzoeker betoogt voor de eerste rechter op drie verschillende tijdstippen overtuigingsstukken bijgebracht te hebben, te weten bij het initieel verzoekschrift van 13 november 2012, op 29 november 2012 en op 30 november 2012. Thans, voor de Raad van State, merkt verzoeker op dat de eerste rechter stukken in de bodemprocedure die essentieel zijn voor de bewijsvoering onterecht heeft geweerd.

6.1. De Raad van State onderzoekt enkel gegevens in zoverre ze op ontvankelijke wijze aan de Raad voor Verkiezingsbetwistingen zijn voorgelegd.

6.2. Artikel 210 van het lokaal en provinciaal kiesdecreet van 8 juli 2011 (hierna: LPKD) bepaalt :

“De verzoeker kan aan het verzoekschrift de overtuigingsstukken toevoegen die hij nodig acht. De verzoeker kan naderhand alleen aanvullende overtuigingsstukken aan het dossier laten toevoegen, als die de verzoeker nog niet bekend waren bij de opmaak van het verzoekschrift. De verzoeker bezorgt in dat geval onverwijld een kopie van de aanvullende overtuigingsstukken aan de Raad. De overtuigingsstukken worden door de verzoeker gebundeld en geïnventariseerd.

Het secretariaat van de Raad neemt elk bezwaar en het aantal overtuigingsstukken en aanvullende overtuigingsstukken op in een register.”

XII-7194-4/19

6.3.1. Bij het initieel bezwaarschrift heeft verzoeker acht, 1 tot 8 genummerde stukken bijgevoegd.

Bij schrijven van 29 november 2012 heeft verzoeker daar volgende aanvullende stukken aan toegevoegd: - 9 en 10: Schermafdrukken van de website van de Raad voor Verkiezingsbetwistingen; - 11: E-mail-verkeer tussen de belanghebbende en R.S.; - 12: E-mail-verkeer tussen verzoeker en R.S.; - 13: Arrest van de Raad van State nr. 168.173 van 22 februari 2007.

Bij schrijven van 30 november 2012 heeft hij volgende aanvullende stukken aan de eerste rechter overgemaakt: - 14: Fotokopieën uit het fotoboek “Prachtig Tachtig”; - 15: Waardebon fotoboek “Prachtig Tachtig”; - 16: Brief van de voorzitter van de Raad voor Verkiezingsbetwistingen van 15 oktober 2012 aan de voorzitter van de gemeenteraad, provincieraad en raad voor maatschappelijk welzijn; - 17: Schermafdruk van de website van de Raad voor Verkiezingsbetwistingen; - 18: E-mail diensthoofd Interne Zaken Diepenbeek; - 19: Schrijven van de Raad voor Verkiezingsbetwistingen van 16 november 2012 aan F.K.; - 20: Schrijven van de Raad voor Verkiezingsbetwistingen van 21 november 2012 aan F.K..

6.3.2. Verzoeker merkt op dat “de bijgevoegde stukken in de bodem-procedure 1,2,9,10,13,16,17,18, 19 en 20 in de huidige stand van de procedure niet dienstig zijn.” Over die stukken hoeft de Raad zich bijgevolg ook niet uit te spreken.

Verzoeker vraagt om “de stukken van de bodemprocedure toen gekend onder bijlagen 3,4,5,6,7,8,11,12,14 en 15 integraal in onderhavige procedure toe te laten”.

XII-7194-5/19

Het boek “Prachtig Tachtig” en de waardebon voor dat boek waren reeds...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT