Décision judiciaire de Raad van State, 21 février 2011

Date de Résolution21 février 2011
JuridictionNietigverklaring
Nature Arrest

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

IXe KAMER

A R R E S T

nr. 211.392 van 21 februari 2011 in de zaak A. 185.898/IX-5792

In zake: 1. de VZW VLAAMSE DIERENARTSENVERENIGING 2. Marc JANSSENS bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Frank Gillijns kantoor houdend te Asse Arsenaalstraat 1 bij wie woonplaats wordt gekozen

tegen:

de ORDE DER DIERENARTSEN bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaten Patrik De Maeyer en Xavier Leurquin kantoor houdend te Brussel Tedescolaan 7 bij wie woonplaats wordt gekozen

-------------------------------------------------------------------------------------------------- I. Voorwerp van het beroep

1. Het beroep, ingesteld op 14 november 2007, strekt tot de nietigverklaring van: - in hoofdorde, de “Code der Plichtenleer uitgave 2007”, aangenomen door de

Hoge Raad van de Orde der Dierenartsen op 5 mei 2007; - in ondergeschikte orde, de artikelen 6, 8 (2°, 3° en 6°), 9, 11, 12 (6de, 7de en 8ste lid), 13, 14 (1ste lid), 16, 17, 18, 19, 21, 22, 23, 24, 25, 26, 27, 29 (2°, 7° en 9°), 33, 35, 42, 43, 44, 45, 47, 50 en 54 van de “Code der Plichtenleer uitgave 2007”.

IX-5792-1/133

II. Verloop van de rechtspleging

2. De verwerende partij heeft een memorie van antwoord ingediend en de verzoekende partijen hebben een memorie van wederantwoord ingediend.

Auditeur Alexander Van Steenberge heeft een verslag opgesteld.

De verzoekende partijen en de verwerende partij hebben elk een verzoek tot voortzetting van het geding en een laatste memorie ingediend.

De partijen zijn opgeroepen voor de terechtzitting, die heeft plaatsgevonden op 7 februari 2011.

Staatsraad Bert Thys heeft verslag uitgebracht.

Advocaat Frank Gillijns, die verschijnt voor de verzoekende partijen, en advocaat Patrik De Maeyer, die verschijnt voor de verwerende partij, zijn gehoord.

Auditeur Alexander Van Steenberge heeft een met dit arrest gedeeltelijk eensluidend advies gegeven.

Er is toepassing gemaakt van de bepalingen op het gebruik der talen, vervat in titel VI, hoofdstuk II, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

III. Wettelijk kader en feiten

3. Volgens artikel 5, tweede lid, van de wet van 19 december 1950 tot instelling van de Orde der Dierenartsen (hierna: de wet van 19 december 1950) hebben de raden van de Orde onder meer tot taak te “zorgen voor de naleving van

IX-5792-2/133

de veeartsenijkundige plichtenleer, de eer, de eerlijkheid en de waardigheid van en de geheimhouding door de leden der Orde in de uitoefening of naar aanleiding van de uitoefening van het beroep, en zelfs buiten hun beroepsbedrijvigheid in geval van zware fouten, die een weerslag zouden hebben op de eer van het beroep”.

Artikel 11, zesde lid, 1°, van de wet van 19 december 1950 bepaalt dat de Hoge Raad van de Orde der Dierenartsen tot taak heeft “de regelen van de veeartsenijkundige plichtenleer vast te stellen, overeenkomstig de in artikel 5 van deze wet vermelde doeleinden”.

4. In de loop van het jaar 2006 wordt beslist om een nieuwe code van plichtenleer op te stellen, ter vervanging van de “Code der Plichtenleer uitgave 2001”.

Op 5 mei 2007 keurt de Hoge Raad van de Orde der Dierenartsen de “Code der Plichtenleer uitgave 2007” goed. Deze code treedt in werking op 1 oktober 2007.

Deze code, die het voorwerp uitmaakt van het voorliggende beroep, wordt bij nieuwsbrief van 17 september 2007 onder meer aan de verzoekende partijen ter kennis gebracht.

5. De eerste verzoekende partij is een vereniging die tot doel heeft de beroepsbelangen van haar leden, die allen dierenarts zijn, te verdedigen. De tweede verzoekende partij is dierenarts.

IX-5792-3/133

IV. Onderzoek van de middelen

A. Eerste middel

Standpunt van de partijen

6. De verzoekende partijen voeren in het middel de schending aan van de artikelen 1, 2, 3 en 11 van de wet van 19 december 1950, van het gelijkheidsbeginsel en het non-discriminatiebeginsel zoals vervat in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, en van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, in het bijzonder van het rechtszekerheidsbeginsel.

Zij betogen dat “diverse artikelen van de Nederlandstalige versie van de Code der Plichtenleer […] in hun termen [verschillen] van de Franstalige Code de Déontologie”. Zij vermelden “ten exemplatieve titel” drie van de “meest opmerkelijke verschillen”: - de Franstalige versie vermeldt in artikel 11, eerste lid: “Tout médecin vétérinaire qui n’est pas lui-même installé […]”, terwijl de Nederlandstalige versie het heeft over: “Elke dierenarts die zelf nog niet gevestigd is […]”; - de Franstalige versie vermeldt in artikel 19, eerste lid: “On entend par ‘cas référés’, un animal ou un groupe d’animaux adressé par un médecin vétérinaire (référant) à un confrère (consultant en cas référés) qu’il estime plus compétent”, terwijl de Nederlandstalige versie het heeft over: “Er is sprake van ‘tweedelijnsdiergeneeskunde’ wanneer een dier of een groep dieren door een dierenarts (de eerstelijnsdierenarts) wordt doorverwezen naar een andere dierenarts (de tweedelijnsdierenarts) die geacht wordt meer deskundig te zijn”; - de Franstalige versie vermeldt in artikel 28, 8°, dat de dierenarts gehouden is tot:

“couvrir sa responsabilité civile professionelle par une assurance”, terwijl de Nederlandstalige versie de dierenarts gebiedt “zijn beroepsaansprakelijkheid te verzekeren”.

IX-5792-4/133

Deze verschillen tussen de Nederlandstalige en de Franstalige versie van de Code der Plichtenleer zijn volgens de verzoekende partijen onverenigbaar met de door de wet van 19 december 1950 gewilde “uniciteit van de deontologische regels”. Ze zijn tevens onaanvaardbaar in het licht van het gelijkheidsbeginsel en het non-discriminatiebeginsel zoals vervat in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, omdat ze een verschillend regime voor de dierenartsen instellen, naargelang de versie die wordt toegepast. De verschillen tussen de Nederlandstalige en de Franstalige versie brengen ten slotte met zich dat de rechtzoekende niet in staat is om de rechtsgevolgen van zijn handelingen te voorzien, zodat ook het rechtszekerheidsbeginsel geschonden is.

7. De verwerende partij antwoordt dat de beweerde verschillen slechts enkele kleine, louter materiële vergissingen betreffen, die geen wezenlijk onderscheiden behandeling van twee groepen van rechtzoekenden tot gevolg hebben.

Beoordeling

8. Het standpunt van de verwerende partij wordt bijgevallen dat de door de verzoekende partijen aangehaalde verschillen tussen de Nederlandstalige en de Franstalige versie van de Code der Plichtenleer minimaal zijn en niet ertoe leiden dat de toe te passen deontologische regels verschillen naargelang de Nederlandstalige of de Franstalige versie ervan.

Uit de door de verzoekende partijen aangehaalde tekstfragmenten blijkt niet dat afbreuk wordt gedaan aan de “uniciteit van de deontologische regels”, noch dat het gelijkheidsbeginsel wordt geschonden doordat een verschillend regime voor de dierenartsen zou ontstaan naargelang de Nederlandstalige dan wel de Franstalige versie van de Code der Plichtenleer wordt toegepast. Het rechtszekerheidsbeginsel komt evenmin in het gedrang. De aangegeven verschillen tussen de beide versies zijn immers uiterst minimaal en maken de inhoud van het recht voor de rechtzoekende geenszins onvoorzienbaar,

IX-5792-5/133

noch ontoegankelijk. Ze staan er allerminst aan in de weg dat de rechtzoekende in staat is om de draagwijdte van de opgelegde deontologische regels juist in te schatten en zijn handelingen daarop af te stemmen.

9. Het eerste middel is niet gegrond.

B. Tweede middel

Standpunt van de partijen

10. De verzoekende partijen voeren in het middel de schending aan van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, in het bijzonder van het rechtszekerheidsbeginsel en het proportionaliteitsbeginsel, en voorts van de artikelen 3, 4, 5 en 11, laatste lid, van de wet van 19 december 1950 en van “het beginsel van de bescherming van de privé-levenssfeer”, doordat artikel 6, eerste lid, van de Code der Plichtenleer het volgende bepaalt:

“De dierenarts dient elk verzoek uitgaande van de organen van de Orde te beantwoorden, behalve in geval van ernstige redenen die onverwijld dienen medegedeeld te worden, of in geval van overmacht. Er dient op elke gestelde vraag eerlijk en loyaal geantwoord te worden.”

De verzoekende partijen betogen vooreerst dat de termen “elk verzoek” en “elke gestelde vraag” in deze bepalingen te algemeen zijn. De combinatie van de algemeenheid van de terminologie van artikel 6, eerste lid, van de Code der Plichtenleer met de bepaling van artikel 5, tweede lid, van de wet van 19 december 1950 laat volgens de verzoekende partijen aan de organen van de Orde toe om het even welke vraag aan de leden te stellen zonder dat zij daarbij het noodzakelijke verband met het doel, zoals verwoord in de voormelde wetsbepaling, moeten aantonen. Zodanig ongespecificeerde bepalingen als artikel 6, eerste lid, van de Code der Plichtenleer schenden, aldus de verzoekende partijen, de eerder genoemde beginselen en maken machtsoverschrijding uit.

IX-5792-6/133

De verzoekende partijen laten voorts gelden dat het gebruik van de omschrijving “uitgaande van de organen van de Orde” een schending uitmaakt van de voormelde artikelen van de wet van 19 december 1950. In dit verband wijzen zij erop dat deze wet “een zeer duidelijke differentiatie van bevoegdheid oplegt naar geografie en naar onderscheiden organen”, terwijl artikel 6, eerste lid, van de Code der Plichtenleer dit niet doet.

Door het gebruik van een algemene terminologie wordt volgens de verzoekende partijen ten slotte ook het proportionaliteitsbeginsel geschonden. Hetzelfde doel kan immers worden bereikt “via minder zware of minder dwangmatige middelen”.

11. De verwerende partij antwoordt dat tuchtrecht geen strafrecht is en het legaliteitsbeginsel hier niet van toepassing is. Het is volgens haar onmogelijk om een volledige lijst van beroepsplichten en dienvolgens van beroepstekortkomingen...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT