6 SEPTEMBER 2022. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 december 2021, gesloten in het Paritair Comité voor het garagebedrijf, betreffende het nationaal akkoord 2021-2022 (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het garagebedrijf;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 2 december 2021, gesloten in het Paritair Comité voor het garagebedrijf, betreffende het nationaal akkoord 2021-2022.

Art. 2. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 6 september 2022.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Werk,

P.-Y. DERMAGNE

_______

Nota

(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :

Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage

Paritair Comité voor het garagebedrijf

Collectieve arbeidsovereenkomst van 2 december 2021

Nationaal akkoord 2021-2022 (Overeenkomst geregistreerd

op 25 februari 2022 onder het nummer 170621/CO/112)

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1. Toepassingsgebied

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en arbeiders van de ondernemingen die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het garagebedrijf.

Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "arbeiders" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werklieden.

HOOFDSTUK II. - Kader

Art. 2. Voorwerp

Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten met in acht name van het koninklijk besluit van 19 april 2019 tot uitvoering van artikel 7, § 1 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen (Belgisch Staatsblad van 24 april 2019) voor de periode 2021-2022.

Art. 3. Procedure

Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt neergelegd op de Griffie van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 7 november 1969 tot vaststelling van de modaliteiten van neerlegging van de collectieve arbeidsovereenkomsten (Belgisch Staatsblad van 22 november 1969).

De ondertekenende partijen vragen de algemeen verbindend verklaring bij koninklijk besluit van deze collectieve arbeidsovereenkomst, inclusief de bijlagen.

HOOFDSTUK III. - Inkomenszekerheid

Art. 4. Verhoging van de lonen

Op 1 januari 2022 worden alle sectorale minimumuurlonen verhoogd met 0,4 pct. Op 1 januari 2022 worden ook alle effectieve brutolonen met 0,4 pct. verhoogd, behalve voor die ondernemingen waar de beschikbare marge op een alternatieve manier wordt ingevuld via een ondernemingsenveloppe.

Indien geen ondernemingsoverleg over de enveloppe wordt opgestart of indien het overleg tegen 31 maart 2022 niet uitmondt in een collectieve arbeidsovereenkomst, worden de effectieve bruto uurlonen van de arbeiders vanaf 1 januari 2022 verhoogd met 0,4 pct.

Art. 5. Ondernemingsenveloppe

De ondernemingen kunnen op 1 januari 2022 de beschikbare maximale loonmarge van 0,4 pct. van de loonmassa op een alternatieve manier invullen via een recurrente ondernemingsenveloppe. De besteding ervan kan enkel op ondernemingsvlak onderhandeld worden.

Onder "loonmassa" wordt begrepen : de effectieve bruto uurlonen (met inbegrip van de eindejaarspremies, de ploegenpremies, het overloon, enz.) en bijhorende sociale lasten (socialezekerheidsbijdragen werkgever en andere sociale lasten).

De procedure voor de ondernemingsonderhandelingen over de besteding van het recurrent budget verloopt in 2 stappen voor ondernemingen waar een vakbondsafvaardiging is opgericht :

  1. Voorafgaandelijk moeten op ondernemingsvlak zowel de werkgever als alle in de vakbondsafvaardiging van de in de onderneming vertegenwoordigde werknemersorganisaties akkoord gaan over een bedrijfseigen besteding van de enveloppe.

    In ondernemingen met meerdere zetels wordt de beslissing genomen op groepsniveau. Deze beslissing heeft niet alleen betrekking op het al dan niet onderhandelen, maar ook op het niveau waarop deze onderhandelingen zullen gevoerd worden.

  2. Indien besloten wordt tot ondernemingsoverleg over een besteding van de enveloppe, moet dit overleg ten laatste op 31 maart 2022 leiden tot een collectieve arbeidsovereenkomst.

    In de ondernemingen zonder vakbondsafvaardiging wordt dezelfde procedure gevolgd. In dat geval is het akkoord van alle in het paritair comité vertegenwoordigde werknemersorganisaties vereist en moet de collectieve arbeidsovereenkomst worden ondertekend door alle in het paritair comité vertegenwoordigde werknemersorganisaties.

    Opmerking

    De collectieve arbeidsovereenkomst inzake uurlonen van 26 juni 2019, geregistreerd onder het nummer 153121/CO/112 en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 20 november 2019 (Belgisch Staatsblad van 12 december 2019) zal in die zin worden aangepast vanaf 1 januari 2022 en dit voor onbepaalde duur.

    Art. 6. Coronapremie

    § 1. Uiterlijk op 31 december 2021 kennen de ondernemingen een eenmalige coronapremie toe onder de vorm zoals bedoeld in artikel 19quinquies, § 4 van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, zoals gewijzigd door het koninklijk besluit van 21 juli 2021 (Belgisch Staatsblad van 29 juli 2021).

    § 2. Het bedrag van de basis-coronapremie is gelijk aan 200 EUR.

    § 3. Deze premie wordt verhoogd met een variabel deel van 175 EUR voor ondernemingen met een positieve bedrijfswinst in 2020 (code 9901 van de resultatenrekening van de jaarrekening).

    § 4. Voor de premies, vermeld in § 2 en § 3, gelden volgende betalingsmodaliteiten :

    - Met een arbeidsovereenkomst verbonden zijn op 30 november 2021;

    - Pro rata tewerkstellingsbreuk op 30 november 2021;

    - Minstens 60 dagen effectieve arbeidsdagen gepresteerd hebben in de onderneming in de referteperiode die loopt van 1 januari 2021 tot en met 30 november 2021 voor een recht op de volledige premie, waarbij elke begonnen arbeidsdag gelijkgesteld wordt aan een effectief gepresteerde dag;

    - Pro rata voor arbeiders met minder dan 60 dagen effectieve arbeidsdagen in de referteperiode :

    - Indien minstens 15 dagen effectieve prestaties : 25 pct.;

    - Indien minsten 30 dagen effectieve prestaties : 50 pct.;

    - Indien minstens 45 dagen effectieve prestaties : 75 pct.;

    - Het variabel gedeelte kan worden aangerekend op reeds toegekende coronapremies na 8 juni 2021;

    - Mogelijkheid om op ondernemingsniveau te onderhandelen over een verhoging tot maximum 500 EUR :

    - de toekenning moet vervat zijn in een collectieve arbeidsovereenkomst op ondernemingsvlak. Kan dergelijke overeenkomst niet worden gesloten bij gebrek aan een syndicale delegatie of gaat het om een personeelscategorie waarvoor het niet de gewoonte is dat deze door zulke overeenkomst wordt beoogd, dan mag de toekenning geregeld worden door een individuele overeenkomst;

    - In ondernemingen waar het maximumbedrag van 500 EUR aan coronapremie reeds werd toegekend, kan de basispremie van 200 EUR omgezet worden in een gelijkwaardig voordeel via een collectieve arbeidsovereenkomst op ondernemingsniveau :

    - in ondernemingen met vakbondsafvaardiging : collectieve arbeidsovereenkomst tussen werkgever en alle in de vakbondsafvaardiging vertegenwoordigde organisaties;

    - in ondernemingen zonder vakbondsafvaardiging : een collectieve arbeidsovereenkomst tussen alle in het paritair comité vertegenwoordigde organisaties.

    Opmerking

    Een collectieve arbeidsovereenkomst inzake coronapremie zal in die zin worden opgesteld vanaf 1 augustus 2021 tot en met 31 december 2022.

    Art. 7. Engagementsverklaring jongerenlonen

    De sociale partners engageren zich om de loondegressiviteit voor jongeren niet opnieuw in te voeren, met uitzondering van jobstudenten, cfr. bestaande wetgeving.

    Art. 8. Sociaal fonds

    § 1. Oudere arbeiders die hun arbeidsduur in het kader van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van 27 juni 2012 verminderen met 1/5de of de helft omwille van opname van een landingsbaan tijdens de periode vanaf 1 januari 2021 tot en met 30 juni 2023 hebben recht op een aanvullende vergoeding betaald door het "Sociaal Fonds voor het garagebedrijf".

    Deze aanvullende vergoeding wordt toegekend vanaf 60 jaar en, overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 156 en de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 157 van 15 juli 2021, vanaf 55 jaar voor een 1/5de loopbaanvermindering en voor een 1/2de loopbaanvermindering, en dit tot de wettelijke leeftijd van het pensioen.

    § 2. De arbeider die als gevolg van een loopbaangesprek of op eigen initiatief een beroep doet op loopbaanbegeleiding, kan tijdens de periode vanaf 1 juli 2021 tot 30 juni 2023 aanspraak maken op een terugbetaling van de kosten door het "Sociaal Fonds voor het garagebedrijf".

    Deze terugbetaling stemt overeen met de kostprijs van de door de arbeider bij de VDAB bestelde loopbaancheque(s). Voor arbeiders die geen recht hebben op loopbaancheques, bedraagt de tussenkomst maximum 80 EUR per periode van zes jaar.

    § 3.

    1. Vanaf 1 januari 2019 tot 31 december 2021 kunnen arbeiders aanspraak maken op een terugbetaling van de kosten voor kinderopvang. Het "Sociaal Fonds...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT