6 JULI 2018. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse besluiten inzake de infrastructuur voor persoonsgebonden aangelegenheden

DE VLAAMSE REGERING,

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993;

Gelet op het decreet van 23 februari 1994 inzake de infrastructuur voor persoonsgebonden aangelegenheden, artikel 6, § 1, artikel 6, § 2, gewijzigd bij het decreet van 3 juli 2015, artikel 10, tweede lid, ingevoegd bij het decreet van 16 maart 1999 en gewijzigd bij het decreet van 12 februari 2010, artikel 11, § 2, eerste lid, en artikel 13, gewijzigd bij het decreet van 16 maart 1999;

Gelet op het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003, artikel 7, derde lid, en artikel 10, § 4, gewijzigd bij het decreet van 26 juni 2015;

Gelet op het decreet van 2 juni 2006 tot omvorming van het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden tot een intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid, en tot wijziging van het decreet van 23 februari 1994 inzake de infrastructuur voor persoonsgebonden aangelegenheden, artikel 6, eerste lid, 1° /1, en tweede lid, ingevoegd bij het decreet van 15 juli 2016, artikel 8, en artikel 11;

Gelet op het decreet van 8 juli 2011 houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof, artikel 57;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 1999 houdende de procedureregels inzake de infrastructuur voor persoonsgebonden aangelegenheden;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 1999 tot vaststelling van de totale investeringssubsidie en de bouwtechnische normen voor voorzieningen voor ouderen en voorzieningen in de thuiszorg;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 18 juli 2008 tot regeling van de algemene leiding, de werking, het beheer en de vertegenwoordiging van het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 18 juni 2010 tot vaststelling van de investeringssubsidie en de bouwtechnische en bouwfysische normen voor de door het agentschap Jongerenwelzijn erkende voorzieningen en vergunde diensten;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot vaststelling van de investeringssubsidie en de bouwtechnische en bouwfysische normen voor de verzorgingsvoorzieningen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 10 september 2010 tot vaststelling van de investeringssubsidie en de bouwtechnische en bouwfysische normen voor de preventieve en de ambulante gezondheidszorg;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 10 september 2010 tot vaststelling van de investeringssubsidie en de bouwtechnische en bouwfysische normen voor het algemeen welzijnswerk;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 4 maart 2011 tot vaststelling van de investeringssubsidie en de bouwtechnische en bouwfysische normen voor de sector van de voorzieningen voor gezinnen met kinderen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juni 2016 betreffende de subsidiering van de uitrusting en apparatuur van de medisch-technische diensten van de ziekenhuizen en tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen, wat de financiering van de lasten van de voormelde uitrusting en apparatuur betreft;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 2017 houdende de procedureregels voor de subsidiëring van infrastructuur van ziekenhuizen;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 9 februari 2018;

Gelet op advies 63.433/3 van de Raad van State, gegeven op 31 mei 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;

Na beraadslaging,

Besluit :

HOOFDSTUK I. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 1999 houdende de procedureregels inzake de infrastructuur voor persoonsgebonden aangelegenheden

Artikel 1. Aan artikel 2bis van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 1999 houdende de procedureregels inzake de infrastructuur voor persoonsgebonden aangelegenheden, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 november 2011 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 januari 2016, wordt een punt 3° toegevoegd, dat luidt als volgt:

"3° hij zorgt voor de toepassing van de regelgeving over overheidsopdrachten voor investeringen die onder het materieel toepassingsgebied vallen van de voormelde regelgeving.".

Art. 2. In artikel 2ter van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 november 2011, wordt de zinsnede "een handelsvennootschap met rechtspersoonlijkheid als vermeld in artikel 2, § 2, van het Wetboek van Vennootschappen," vervangen door de zinsnede "een vennootschap met rechtspersoonlijkheid als vermeld in het Wetboek van Vennootschappen, met uitzondering van een coöperatieve vennootschap die erkend is conform artikel 5 van de wet van 20 juli 1955 houdende instelling van een Nationale Raad voor de Coöperatie,".

Art. 3. In artikel 4, § 1, van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 november 2016, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  1. in punt 2° wordt punt c) opnieuw opgenomen in de volgende lezing:

    "c) de aanvraag tot goedkeuring van het masterplan;";

  2. in punt 3° wordt punt c) opnieuw opgenomen in de volgende lezing:

    "c) de aanvraag tot goedkeuring van het masterplan;";

  3. in punt 4° wordt punt c) opnieuw opgenomen in de volgende lezing:

    "c) de aanvraag tot goedkeuring van het masterplan;".

    Art. 4. In artikel 6, derde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 30 mei 2008 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 januari 2016, wordt punt 1° opgeheven.

    Art. 5. In artikel 15, eerste lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 januari 2016, wordt punt 3° vervangen door wat volgt:

    "3° een bewijs dat de aanvrager beschikt of zal beschikken over een genotsrecht als vermeld in artikel 12 van het decreet;".

    Art. 6. In artikel 16 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 januari 2016, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  4. in het tweede lid, 4°, wordt tussen het woord "vergunning" en het woord "en" de zinsnede "of de omgevingsvergunning," ingevoegd;

  5. aan het tweede lid wordt een punt 5° toegevoegd, dat luidt als volgt:

    "5° als de aankoop gebeurt met een eigendomsoverdracht na een overheidsopdracht voor werken: het proces-verbaal van voorlopige of definitieve oplevering over het gebouw en een overzicht van de gunningen dat is opgemaakt op basis van een model dat door het Fonds ter beschikking wordt gesteld.";

  6. tussen het tweede en het derde lid worden twee leden ingevoegd, die luiden als volgt:

    "De aankoop zonder verbouwing, vermeld in het tweede lid, moet voldoen aan al de volgende voorwaarden:

  7. het is een gebruiksklaar gebouw. Als de aankoop gebeurt met een eigendomsoverdracht na een overheidsopdracht voor werken, dateert de verkoopbelofte of het compromis met opschortende voorwaarden van na de datum van het proces-verbaal van voorlopige oplevering;

  8. de aanvrager is voorheen nooit eigenaar geweest van het gebouw in kwestie;

  9. de aankoop van het gebouw omvat ook de aankoop van de grond waarop het gebouw in kwestie is opgericht, tenzij de aanvrager al eigenaar was van de grond.

    Als het tweede lid, 5°, van toepassing is, houdt de aanvrager de volgende stukken ter beschikking:

  10. de bestekken;

  11. het gunningsdossier per aanbesteding, dat bestaat uit:

    1. het proces-verbaal van de opening van de inschrijvingen;

    2. alle biedingen;

    3. de verslagen van de controle van de biedingen;

    4. de gemotiveerde keuze van aannemer of leverancier.".

    Art. 7. In artikel 20, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 30 mei 2008, 10 november 2011 en 15 januari 2016, wordt het tweede lid vervangen door wat volgt:

    "Terzelfdertijd wordt aan de minister een ontwerp van subsidiebelofte ter ondertekening voorgelegd. Het Fonds moet de stedenbouwkundige vergunning voor het project of de omgevingsvergunning voor het project hebben voordat de subsidiebelofte voor het project kan worden toegekend.".

    Art. 8. Artikel 22 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 januari 2016, wordt vervangen door wat volgt:

    "Art. 22. § 1. Bij een project van aankoop met verbouwing wordt de investeringssubsidie voor aankoop betaald nadat de authentieke akte van aankoop bij het Fonds is ingediend.

    § 2. Bij een project van aankoop zonder verbouwing wordt 90% van de investeringssubsidie betaald nadat de authentieke akte van aankoop bij het Fonds is ingediend.

    Op zijn vroegst een jaar na de ingebruikname van de infrastructuur in kwestie kan de aanvrager de betaling van de resterende 10% van de investeringssubsidie aanvragen bij het Fonds.

    De aanvrager bezorgt bij zijn aanvraag, vermeld in het tweede lid, de volgende stukken aan het Fonds:

  12. een verslag met een overzicht van de wijze waarop de aanvrager tegemoetgekomen is aan de opmerkingen die vermeld zijn bij de subsidiebelofte, en van alle wijzigingen die ten opzichte van de subsidiebelofte doorgevoerd zijn, zowel op bouwfysisch, bouwtechnisch, conceptueel als op functioneel vlak;

  13. een definitief programma van eisen op het vlak van comfort en gebruik van energie, water en materialen;

  14. een evaluatie van het project, dat is opgemaakt op basis van een model dat door het Fonds ter beschikking wordt gesteld.

    De aanvrager houdt bij zijn aanvraag, vermeld in het tweede lid, de verbruiksgegevens van...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT