5 JUNI 2020. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 november 2018 betreffende de facturatie naar aanleiding van de tussenkomst dringende geneeskundige hulpverlening door een ambulancedienst

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening, artikel 1, derde lid, vervangen bij de wet van 22 februari 1998;

Gelet op het koninklijk besluit van 28 november 2018 betreffende de facturatie naar aanleiding van de tussenkomst dringende geneeskundige hulpverlening door een ambulancedienst;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 22 november 2019;

Gelet op advies 66.833/2 van de Raad van State, gegeven op 15 januari 2020, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister van Volksgezondheid,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Artikel 4 van het koninklijk besluit van 28 november 2018 betreffende de facturatie naar aanleiding van de tussenkomst dringende geneeskundige hulpverlening door een ambulancedienst, wordt vervangen als volgt :

`Art. 4. De ambulancedienst hanteert volgende algemene factuurvoorwaarden :

  1. de vervaldag van de factuur is één maand na de datum waarop de factuur werd verstuurd;

  2. indien de factuur op de vervaldag niet is betaald, maant de ambulancedienst bij een aangetekende zending de betrokken persoon aan de factuur binnen een maand te betalen;

  3. indien de factuur na afloop van de tweede termijn van een maand zoals bedoeld onder 2° niet is betaald, stuurt de ambulancedienst de betrokken persoon een afbetalingsplan dat dient uitgevoerd te worden binnen de 6 maanden van versturing ervan;

  4. de betrokken persoon kunnen bij niet betaling op de vervaldag bedoeld onder 1° bijkomende kosten verbonden aan de aanmaning bedoeld onder 2° en het afbetalingsplan bedoeld onder 3°, worden aangerekend. De totale bijkomende kost mag evenwel vijftig hondersten van de forfaitaire vergoeding bedoeld in artikel 1, § 1, niet overschrijden;

  5. de ambulancedienst onthoudt zich van een gerechtelijke invordering tot het verstrijken van de termijn voor de uitvoering van het...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT