4 NOVEMBER 2020. - Wet inzake verschillende sociale maatregelen ingevolge de COVID-19-pandemie (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :

HOOFDSTUK 1. Inleidende bepaling

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

HOOFDSTUK 2. - Bepaling betreffend het artikel 58, tweede lid, van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordeel van de zelfstandingen en van de meewerkende echtgenoten

Art. 2. Het voorschrift bedoeld in artikel 58, tweede lid, van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 18 maart 2020 tot wijziging van de artikelen 53 en 58 van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten, is niet van toepassing op elk tijdvak van arbeidsongeschiktheid dat aanvat vanaf 1 oktober 2020 tot en met 31 december 2020.

Art. 3. Dit hoofdstuk treedt in werking op de dag waarop ze in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

HOOFDSTUK 3. - Verlenging van de termijn om een akkoord te sluiten over het elektronisch stemmen of stemmen per brief bij de sociale verkiezingen en tot omkadering van de procedure inzake stemming per brief ingevolge e COVID-19-pandemie

Art. 4. In artikel 15/1, § 2, van de wet van 4 mei 2020 tot regeling van de opschorting van de procedure sociale verkiezingen van het jaar 2020 ingevolge de coronavirus COVID-19-pandemie worden de woorden "tot uiterlijk vierendertig dagen voor de overeenkomstig artikel 6 bepaalde uitgestelde verkiezingsdatum" vervangen door de woorden "na de dag van de aanplakking van het bericht dat de datum van de verkiezingen aankondigt als bedoeld in artikel 14 van de wet van 4 december 2007 en vanaf de herneming van de procedure als bedoeld in artikel 6".

Art. 5. In hetzelfde artikel 15/1 van dezelfde wet van 4 mei 2020 wordt een vierde paragraaf toegevoegd, luidende:

§ 4. In afwijking op de artikelen 42 en 43 van de wet van 4 december 2007, kan het aantal stembureaus en de indeling van de kiezers per bureau zo nodig nog worden aangepast naar aanleiding van het akkoord inzake elektronisch stemmen. De werkgever dient over deze aanpassingen te informeren via aanplakking volgens dezelfde modaliteiten als bepaald bij artikel 43 van de wet van 4 december 2007.

Art. 6. In dezelfde wet van 4 mei 2020 wordt een nieuw artikel 15/2 ingevoegd, luidende:

Art. 15/2 § 1 In afwijking op artikel 57, eerste lid, in fine, van de wet van 4 december 2007, kan er, na de herneming van de procedure als bedoeld in artikel 6, alsnog een akkoord worden gesloten om over te gaan tot de stemming per brief. Behoudens de bepalingen en afwijkingen bepaald in dit hoofdstuk, blijven de bepalingen van de wet van 4 december 2007 inzake stemming per brief onverkort gelden.

§ 2. In afwijking op artikel 57 van de wet van 4 december 2007, mag de stemming per brief ingevolge...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT