29 JANUARI 2021. - Besluit van de Vlaamse Regering over het recht op gezinsbijslag voor een categorie van kinderen die ingeschreven waren in een door Famifed erkende privé-onderwijsinrichting

Rechtsgrond

Dit besluit is gebaseerd op:

- het decreet van 27 april 2018 tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid, artikel 8, § 2, derde lid, en § 3, tweede lid.

Vormvereisten

De volgende vormvereisten zijn vervuld:

- De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 13 oktober 2020.

- De Raad van State heeft advies 68.269/1 gegeven op 11 december 2020.

Initiatiefnemer

Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding.

Na beraadslaging,

DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder decreet van 27 april 2018: het decreet van 27 april 2018 tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid.

Art. 2. Dit besluit is van toepassing op kinderen die op 31 december 2018 recht op kinderbijslag geven doordat ze onderwijs volgen als vermeld in artikel 62, § 3, van de Algemene Kinderbijslagwet in een door Famifed erkende privé-onderwijsinrichting als vermeld in de lijst die is opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd.

Art. 3. Ter uitvoering van artikel 8, § 2, derde lid, van het decreet van 27 april 2018, blijven de kinderen, vermeld in artikel 2 van dit besluit, die uitgesloten zijn van het recht op gezinsbijslag conform artikel 8, § 2, eerste en tweede lid, van het voormelde decreet, recht geven op gezinsbijslag voor de duurtijd van hun opleiding in een door FAMIFED erkende privé-onderwijsinrichting als vermeld in de lijst die is opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd, als ze aan al de volgende voorwaarden voldoen:

  1. ze zijn ingeschreven in de voormelde privé-onderwijsinrichting op 31 december 2018;

  2. ze volgen een voldoende aantal lesuren;

  3. ze voldoen aan de leeftijdsgrenzen, vermeld in artikel 8, § 2, eerste lid, van het voormelde decreet.

In het eerste lid wordt verstaan onder voldoende aantal lesuren: zeventien uur per week. Een lestijd van vijftig minuten wordt gelijkgesteld met een uur.

Art. 4. Voor de kinderen uit artikel 3 geldt een algemene vrijstelling van de toekenningsvoorwaarden vermeld in artikel 8, § 3, eerste lid, van het decreet van 27 april 2018 voor zover zij de betrokken opleiding buiten België volgen.

Art. 5. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2019.

Art. 6. De Vlaamse minister, bevoegd voor opgroeien, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 29 januari 2021.

De minister-president van de Vlaamse Regering,

J. JAMBON

De Vlaamse minister van...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT