29 AUGUSTUS 2021. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 1970 betreffende de algemene organisatie van het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen

VERSLAG AAN DE KONING

Sire,

We hebben de eer het voorliggend ontwerp van koninklijk besluit ter ondertekening aan Uwe Majesteit voor te leggen.

Dit ontwerp van koninklijk besluit heeft louter tot doel diverse begrippen te actualiseren, die gebruikt worden in het koninklijk besluit van 22 december 1970 betreffende de algemene organisatie van het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen.

Artikel 21, § 7, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen bepaalt dat de Koning de algemene organisatie van het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen (RSVZ) bepaalt en inzonderheid voorziet in de oprichting van gewestelijke burelen.

In uitvoering van die bepaling, regelt het nu te wijzigen koninklijk besluit van 22 december 1970 de algemene organisatie van het RSVZ. Dat besluit legt onder andere het territoriale bevoegdheidsgebied en de zetel van de gewestelijke kantoren van het RSVZ vast en bepaalt op welke wijze de bevoegdheden worden verdeeld onder de centrale administratie en de gewestelijke kantoren.

Dit ontwerp van koninklijk besluit actualiseert een aantal begrippen, evenwel zonder enige inhoudelijke wijziging door te voeren.

De omschrijving van het territoriale bevoegdheidsgebied van de gewestelijke kantoren die gelegen zijn op het grondgebied van de vroegere provincie Brabant, moet aangepast worden aan de splitsing van die provincie sinds 1 januari 1995. Er wijzigt niets aan de gemeenten waarvoor elk van die kantoren bevoegd is.

In de Nederlandse tekst is steeds sprake van "gewestelijke bureaus", terwijl in de praktijk steeds de term "gewestelijke kantoren" wordt gebruikt, zoals dat ook in andere openbare instellingen van sociale zekerheid het geval is.

Het koninklijk besluit van 22 december 1970 vermeldt dat "decentralisatie" binnen het RSVZ de regel is, terwijl het, overeenkomstig de rechtsleer waarin een onderscheid wordt gemaakt tussen decentralisatie en deconcentratie, gaat om deconcentratie (zie onder andere A. MAST, J. DUJARDIN, M. VAN DAMME en J. VANDE LANOTTE, Overzicht van het Belgisch administratief recht, Mechelen, Kluwer, 2017, 112-1114). In de praktijk hebben de gewestelijke kantoren immers geen aparte rechtspersoonlijkheid en blijven de ambtenaren van die kantoren onderworpen aan het hiërarchisch gezag binnen het RSVZ.

Tenslotte wordt ook het verouderde begrip "mechanische procédés" vervangen door "informaticatechnieken".

Commentaar van de artikelen

Artikel 1

Dit artikel wijzigt het artikel 2 van het koninklijk besluit van 22 december 1970 betreffende de algemene...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT