27 DECEMBER 2021. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 september 2017 houdende regeling van verdovende middelen en psychotrope stoffen

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de Grondwet, artikel 108;

Gelet op de wet van 24 februari 1921 betreffende het verhandelen van giftstoffen, slaapmiddelen en verdovingsmiddelen, psychotrope stoffen, ontsmettingsstoffen en antiseptica en van gebruikt worden voor de illegale vervaardiging van verdovende middelen en psychotrope stoffen, artikelen 1, § 1, eerste en tweede lid, ingevoegd bij de wet van 7 februari 2014 en 5 van 23 december 2009;

Gelet op de wet van 25 maart 1964 op de geneesmiddelen, artikel 3, § 2, ingevoegd bij de wet van 1 mei 2006; 16, § 4, vervangen bij de wet van 1 mei 2006 en gewijzigd bij de wet van 27 december 2006;

Gelet op het koninklijk besluit van 6 september 2017 houdende regeling van verdovende middelen en psychotrope stoffen;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 6 mei 2021;

Gelet op advies 70.225/3 van de Raad van State, gegeven op 25 oktober 2021, met toepassing van artikel 84, § 1, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Volksgezondheid,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

TITEL I. - WIJZIGINGSBEPALINGEN

Artikel 1. Het opschrift van Titel 1 van het koninklijk besluit van 6 september 2017 houdende regeling van verdovende middelen en psychotrope stoffen wordt aangevuld met de woorden "en van de Gedelegeerde Richtlijnen vastgesteld op grond van artikel 1a van het Kaderbesluit 2004/757/JBZ".

Art. 2. Artikel 1 van hetzelfde besluit, waarvan de bestaande tekst paragraaf 1 zal vormen, wordt aangevuld met een paragraaf 2, luidende:

" § 2. Dit besluit regelt eveneens de omzetting van:

  1. de Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2020/1687 van de Commissie van 2 september tot wijziging van de bijlage bij Kaderbesluit 2004/757/JBZ van de Raad in verband met het opnemen van de nieuwe psychoactieve stof N,N-diethyl-2-[[4-(1-methylethoxy)fenyl]methyl]-5-nitro-1H-benzimidazool-1-ethanamine (isotonitazeen) in de definitie van "drug" ".

    Art. 3. In artikel 2 van hetzelfde besluit worden, in de bepaling onder 24°, de woorden "verpakking en herverpakking" vervangen door de woorden ",alsook verpakking en herverpakking indien deze laatsten kunnen leiden tot een verlies aan middelen gedurende dit proces".

    Art. 4. In artikel 3, § 2 van hetzelfde besluit, in de bepaling onder 3°, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  2. de woorden "en IVc" worden ingevoegd tussen de woorden "bijlage Ic" en de woorden ", met uitzondering";

  3. de woorden "en 23" worden vervangen door de woorden "23, 24, 26, 27 en 28";

  4. de woorden "4," worden opgeheven.

    Art. 5. Artikel 6, § 2 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid, luidende:

    In uitzondering op het vorige lid is de verbouw van de cannabisplant toegestaan voor zover deze gebeurt overeenkomstig de voorwaarden van de Verordening (EU) Nr. 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van voorschriften voor rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 637/2008 van de Raad en Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad.

    Art. 6. In artikel 7, § 2 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  5. het eerste lid wordt vervangen als volgt:

    "De vergunning die wordt verleend in het kader van wetenschappelijke of analytische doeleinden is slechts geldig voor één plaats waar de activiteiten plaatsvinden.";

  6. in het tweede lid worden de woorden "en 2" ingevoegd tussen de woorden "lid 1" en de woorden "kan de";

  7. tussen het eerste en het tweede lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

    "De vergunning die wordt verleend in het kader van educatieve doeleinden is geldig voor één of meerdere plaatsen waar de activiteiten plaatsvinden.".

    Art. 7. In artikel 8 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  8. de bepaling onder 2° wordt aangevuld met de woorden ", dewelke evenwel tijdelijk dienen te zijn en waarvan de duur zo kort mogelijk dient te worden gehouden, rekening houdend met de noodzaak ervan";

  9. het artikel wordt aangevuld met de bepaling onder 6°, luidende:

    "6° het aanschaffen en het bezit van de middelen onder bijlage III met het oog op de vernietiging overeenkomstig de toepasselijke afvalstoffenwetgeving, voor rekening en onder de verantwoordelijkheid van de houder van een vergunning.".

    Art. 8. Artikel 9, § 1 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid, luidende:

    "Indien de aanvrager een rechtspersoon is en de middelen bewaard worden door een andere rechtspersoon, wordt minstens één verantwoordelijke aangeduid die deze tweede rechtspersoon vertegenwoordigt.".

    Art. 9. In artikel 11, § 2, in de bepaling onder 1°, worden het woord "40" vervangen door de woorden "40, § 1".

    Art. 10. Artikel 12, § 2 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met drie leden, luidende:

    "Het FAGG kan, vooraleer een beslissing wordt genomen over het verlenen van de vergunning, een vraag om inlichtingen verzenden of een inspectie uitvoeren.

    De termijn bedoeld in het eerste lid wordt geschorst ingeval

    1. een vraag om inlichtingen is verzonden: vanaf de verzending van de vraag om inlichtingen tot op het moment dat de aanvrager de vraag om inlichtingen heeft...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT