26 OKTOBER 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 januari 2014, gesloten in het Paritair Subcomité voor het stads- en streekvervoer van het Vlaamse Gewest, betreffende de procedure tot invulling van de nieuwe organisatiestructuur alsook de begeleidende maatregelen in het kader van 'De Lijn van de Toekomst' (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het stads- en streekvervoer van het Vlaamse Gewest;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 17 januari 2014, gesloten in het Paritair Subcomité voor het stads- en streekvervoer van het Vlaamse Gewest, betreffende de procedure tot invulling van de nieuwe organisatiestructuur alsook de begeleidende maatregelen in het kader van "De Lijn van de Toekomst".

Art. 2. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 26 oktober 2015.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Werk,

K. PEETERS

_______

Nota

(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :

Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage

Paritair Subcomité voor het stads- en streekvervoer van het Vlaamse Gewest

Collectieve arbeidsovereenkomst van 17 januari 2014

Procedure tot invulling van de nieuwe organisatiestructuur alsook de begeleidende maatregelen in het kader van "De Lijn van de Toekomst" (Overeenkomst geregistreerd op 4 april 2014 onder het nummer 120652/CO/328.01)

Deel I. De Lijn van de Toekomst : procedure van invulling en maatregelen ter compensatie

Artikel 1. Toepassingsgebied

Deel I van deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op :

- de weddetrekkende personeelsleden die bij het afsluiten van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst werken binnen de functionele domeinen :

- Personeelsbeleid;

- Marketing & Communicatie;

- Financieel beleid & ICT :

- exclusief de afdelingen overheidsfinanciën en groepcontrolling;

- vanuit ICT enkel de diensten local support;

- de weddetrekkende personeelsleden die bij het afsluiten van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst werken in een ander functioneel domein dan hierboven vermeld, maar waarvan de functie verschuift naar de nieuwe organisatie "De Lijn van de Toekomst".

Art. 2. Procedure van invulling

Uitgangspunten van de procedure van invulling in het kader van "De Lijn van de Toekomst" zijn :

- De nieuwe organisatie is goedgekeurd door de raad van bestuur na inwinning van advies door de ondernemingsraden;

- Invulling gebeurt maximaal door verschuiving van de oude naar de nieuwe organisatie;

- Personeelsleden zullen niet verplicht worden om van locatie te veranderen. De invulling van de functies gebeurt op de huidige locaties. Onder "locatie" wordt verstaan : het adres van de huidige locatie.

Het opnemen van een functie, hetzij een overeenstemmende, gelijkwaardige of nieuwe, kan een verandering van rapporteringslijn of functie inhouden. Voor het overzicht van de "locaties" en "uitvalsbasis" : zie bijlagen 1 en 2;

- Begeleiding bij het vinden van een nieuwe functie binnen de nieuwe organisatie (in geval van meerdere keuzes, geen overeenstemmende en/of gelijkwaardige functie);

- Begeleiding tijdens de implementatie, bij het opnemen van de nieuwe functie;

- De procedure voor het opstarten van interne en externe aanwerving blijft van toepassing;

- Alle betrokken personeelsleden die in de nieuwe organisatie inschuiven via een overeenstemmende of gelijkwaardige functie, behouden minstens het barema (ook het doorgroeibarema) van hun oude functie. Zij blijven ook recht hebben op de vlakke loopbaan op basis van hun oude functie.

Onder "oude functie" dient begrepen : de functie en de klasse die betrokken personeelslid heeft op de dag van de ondertekening van deze collectieve arbeidsovereenkomst. Dit punt dient te worden gelezen samen met punt 2 (de verschillende scenario's) en punt 5 van bijlage 3.

De procedure van invulling is opgenomen als bijlage 3 aan deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 3. Compensatie voor meerverplaatsing

Wanneer personeelsleden een functie opnemen in het kader van "De Lijn van de Toekomst", ongeacht of het een overeenstemmende, een gelijkwaardige of een nieuwe functie betreft, en voor zover er een meerverplaatsing in afstand aanwezig is in het traject verblijfadres - plaats van tewerkstelling ten opzichte van het verplaatsingstraject vóór de invulling van de functie, genieten zij van een "compensatie voor meerverplaatsing", ongeacht de wijze van verplaatsing (trein, auto, fiets,...).

De toekenningsmodaliteiten van deze "compensatie voor meerverplaatsing" zijn opgenomen als bijlage 4 aan deze collectieve arbeidsovereenkomst.

De personeelsleden die gerechtigd zijn op deze "compensatie voor meerverplaatsing" blijven nog aanspraak maken op lopende, verworven afspraken ingevolge verhuizingen in het verleden, met dien verstande dat de meerverplaatsing ingevolge de reorganisatie, enerzijds nog steeds bestaat uit een deel meerverplaatsing ingevolge de verhuizing in het verleden, en anderzijds een meerverplaatsing ten gevolge van "De Lijn van de Toekomst". In deze situatie zal de in artikel 3, alinea 1 voorziene compensatie voor meerverplaatsing alleen worden berekend op de meerverplaatsing ingevolge de reorganisatie.

De lopende verworven afspraken ingevolge verhuizingen in het verleden blijven behouden voor die personeelsleden die niet onderhevig zijn aan de geografische mobiliteit en voor wie derhalve de oorzaak van de vroegere regeling blijft bestaan.

Art. 4. Premie kennisoverdracht

Een brutopremie ten belope van 140 EUR wordt éénmalig toegekend aan de personeelsleden die in het kader van "De Lijn van de Toekomst" niet verhuizen naar een andere locatie, maar wel een inspanning leveren voor kennisoverdracht.

De periode van kennisoverdracht voor deze personeelsleden loopt tot uiterlijk zes maanden na het einde van de volledige transitieperiode die wordt voorzien in het kader van de reorganisatie.

Art. 5. Datum van inwerkingtreding

De artikelen 1 en 2 van deel I "De Lijn van de Toekomst" treden in werking onmiddellijk na de ondertekening van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst omtrent de procedure tot invulling van de nieuwe organisatiestructuur alsook de begeleidende maatregelen in het kader van "De Lijn van de Toekomst".

De artikelen 1, 3 en 4 van deel I treden in werking zodra een betrokken personeelslid in de nieuwe organisatie inschuift via, hetzij een overeenstemmende, hetzij een gelijkwaardige functie, hetzij een nieuwe functie en deze functie effectief opneemt.

Deel II. Telewerken en flexibele arbeidsduur

De werkgever voert vanuit een levensfasebewust HR beleid een aangepaste arbeidsorganisatie in met als doel een betere afstemming van werktijd aan de persoonlijke organisatie van de betrokken personeelsleden. De partijen benadrukken dat deze meer flexibele vorm van werken evenwel niet de collectieve doeltreffendheid van de organisatie en de continuïteit van de diensten en de dienstverlening in het gedrang mag brengen.

De werkgever en de vakorganisaties engageren zich om tegen eind 2014 een kader af te spreken waarbinnen meer flexibele werkvormen in het kader van wat vandaag het "Nieuwe Werken" wordt genoemd, kunnen aangeboden worden aan de personeelsleden, aangevuld met een proces rond performance management waarin de prestaties van personeelsleden zullen opgevolgd worden. Ook zullen de mogelijkheden van nieuwe arbeidsregimes zoals de 4-dagenweek worden onderzocht.

Dit kader zal rekening houden met de nieuwe organisatiecontouren van De Lijn en de maatschappelijke context.

Art. 6. Telewerken/Toepassingsgebied

Deel II van deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle bedienden van De Lijn, met volgend onderscheid :

- De bedienden met een functie met één uitvalsbasis waar zij op regelmatige tijdstippen aanwezig moeten zijn, maar die vaak ook op andere locaties kunnen werken (functiegebonden);

- De andere bedienden met een vaste standplaats, met uitzondering van :

- Shared Service Boekhouding;

- Shared Service Financiële administratie;

- Shared Service Abonnementen, wat de medewerkers betreft;

- HR Dienstencentrum (met evaluatie van mogelijkheden 6 maanden na de invoering van het ERP pakket).

Art. 7. Telewerken/Modaliteiten

De toepassingsmodaliteiten van het telewerken binnen de organisatie zijn opgenomen als bijlage 5 aan deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 8. Flexibele arbeidsduur/Toepassingsgebied

Het nieuwe arbeidsduurmodel is van toepassing op bedienden met functieklasse A tot en met G met een flexibel en glijdend arbeidsrooster, zowel voltijds als deeltijds tewerkgesteld.

Volgende categorieën zijn dus uitgesloten :

- bedienden in een beurtrol;

- bedienden die volgens een vast uurrooster werken.

Art. 9. Flexibele arbeidsduur/Modaliteiten

De bepalingen van het nieuwe arbeidsduurmodel zijn opgenomen als bijlage 6 aan deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 10. Datum van inwerkingtreding

De bepalingen van deel II "Telewerken en flexibele arbeidsduur" treden in werking :

- Flexibele arbeidsduur : op 1 juni 2014, hetzij een vroegere datum voor die locaties waar de reorganisatie vóór die datum zou geïmplementeerd worden;

- Telewerken : in functie van de effectieve opstart van de reorganisatie "De Lijn van de Toekomst" (zie de transitieschema's). Voor de personeelsleden tewerkgesteld binnen de functionele domeinen "Exploitatie" en "Techniek" treden de bepalingen rond telewerk in werking vanaf 1 juni 2014.

Art. 11. Rapportering en opvolging

Een algemene rapportering en opvolging van de uitvoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst zal plaatsvinden in de AOR van mei 2015.

De impact van de reorganisatie "De Lijn van de Toekomst" en de werking van het HR Dienstencentrum in het bijzonder, op de processen binnen de functionele domeinen "Exploitatie" en "Techniek" zal een vast agendapunt worden in de ondernemingsraden in de periode vanaf april 2014 en in functie van de voorziene transitieschema's.

Art. 12. Sociale vrede

De partijen...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT