24 DECEMBER 2020. - Wet betreffende het verenigingswerk (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepaling

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

HOOFDSTUK 2. - Definities

Art. 2. Voor de toepassing van deze wet wordt verstaan onder :

  1. verenigingswerk : elke activiteit :

    1. die binnen de grenzen bepaald in deze wet, in beginsel tegen vergoeding wordt verricht;

    2. die verricht wordt ten behoeve van één of meer personen, andere dan degene die de activiteit verricht, van een groep of organisatie of van de samenleving als geheel;

    3. die ingericht wordt door een organisatie;

    4. die wordt verricht door een persoon die, onder de voorwaarden van deze wet, eveneens gewoonlijk en hoofdzakelijk een beroepsbezigheid uitoefent zoals bepaald in artikel 4 of gepensioneerde is;

    5. die wordt verricht door een persoon die, in de periode waarin hij of zij prestaties inzake verenigingswerk als bedoeld in deze wet levert, niet is verbonden door een arbeidsovereenkomst, een dienstencontract of een statutaire aanstelling met dezelfde organisatie, noch voor dezelfde organisatie en voor dezelfde activiteit fungeert als vrijwilliger in de zin van de wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers; noch voor een dezelfde organisatie voor een verschillende activiteit fungeert als vrijwilliger in de zin van de voormelde wet van 3 juli 2005 voor zover hij voor het vrijwilligerswerk een forfaitaire kostenvergoeding ontvangt;

    6. en die niet berust op een loutere deelname aan activiteiten.

  2. verenigingswerker : elke natuurlijke persoon die een in 1° bedoelde activiteit verricht;

  3. organisatie : elke feitelijke vereniging of private of publieke rechtspersoon, die noch rechtstreeks noch onrechtstreeks enig vermogensvoordeel uitkeert of bezorgt aan de stichters, de bestuurders of enig andere persoon, behalve in dit laatste geval, voor het in de statuten bepaald belangeloos doel, die werkt met verenigingswerkers, en voor zover de voornoemde feitelijke vereniging, private of publieke rechtspersoon ingeschreven is in de Kruispuntbank van Ondernemingen overeenkomstig Boek III, Titel II, van het Wetboek van economisch recht of, geïdentificeerd is bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid;

  4. feitelijke vereniging : een vereniging zonder rechtspersoonlijkheid beheerst door de overeenkomst tussen partijen bedoeld in artikel 1: 6, § 1, van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen;

  5. gepensioneerde : de persoon die een pensioen geniet, als bedoeld in artikel 68, § 1, eerste lid, a) en b), van de wet van 30 maart 1994 houdende sociale bepalingen, met uitsluiting van de overgangsuitkering;

  6. T-2 : het tweede kwartaal dat het lopende kwartaal voorafgaat;

  7. T-3 : het derde kwartaal dat het lopende kwartaal voorafgaat.

    HOOFDSTUK 3. - Toepassingsgebied en toepassingsvoorwaarden

    Art. 3. Met uitzondering van de werkzaamheden die zijn vermeld in artikel 20, § 2, van het koninklijk besluit nr. 1 van 29 december 1992 met betrekking tot de regeling voor de voldoening van de belasting over de toegevoegde waarde, kunnen volgende activiteiten worden verricht in het kader van het verenigingswerk bedoeld in deze wet :

  8. animator, leider, monitor of coördinator die sportinitiatie en/of sportactiviteiten verstrekt;

  9. sporttrainer, sportlesgever, sportcoach, jeugdsportcoördinator, sportscheidsrechter, jurylid, steward, terreinverzorger-materiaalmeester, seingever bij sportwedstrijden;

  10. conciërge van sportinfrastructuur;

  11. hulp en ondersteuning bieden op occasionele of kleinschalige basis op het vlak van het administratief beheer, het bestuur, het ordenen van archieven of het opnemen van een logistieke verantwoordelijkheid bij activiteiten in de sportsector;

  12. hulp bieden op occasionele of kleinschalige basis bij het opstellen van nieuwsbrieven en andere publicaties (zoals websites) in de sportsector;

  13. verstrekker van opleidingen, lezingen, en presentaties in de sportsector.

    Art. 4. § 1. Deze wet is enkel van toepassing indien de verenigingswerker minstens 18 jaar oud is op het moment waarop het verenigingswerk wordt verricht voor zover de verenigingswerker gewoonlijk en hoofdzakelijk een beroepsactiviteit uitoefent, en dit overeenkomstig één van de volgende voorwaarden :

  14. in de hoedanigheid van werknemer tewerkgesteld zijn bij één of meerdere werkgever(s), en dit gedurende het referentiekwartaal T-3 dat het begin van de tewerkstelling als verenigingswerker voorafgaat en voor zover de in rekening genomen prestaties niet bestaan uit gelijkgestelde prestaties van gedeeltelijke onderbreking van de loopbaan of tijdskrediet in een systeem met een tussenkomst van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening of van de bevoegde regionale dienst;

  15. gedurende het referentiekwartaal T-3 dat het begin van de tewerkstelling als verenigingswerker voorafgaat zijn bezigheid behoort tot een ander pensioenstelsel dan dat der werknemers of dat der zelfstandigen, dat gevestigd is door of krachtens een wet, een provinciaal reglement of door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen;

  16. gedurende het referentiekwartaal T-3 dat het begin van de tewerkstelling als verenigingswerker voorafgaat een beroepsbezigheid uitoefenen als zelfstandige en zijn op die grond verschuldigde voorlopige socialezekerheidsbijdragen worden ten minste berekend op basis van het bedrag bedoeld in artikel 12, § 1, tweede lid, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen of desgevallend worden berekend op basis van een lager bedrag waarbij de zelfstandige evenwel wordt geacht een bijdrage betaald te hebben die minstens gelijk is aan de bijdrage bedoeld bij artikel 12, § 1, tweede lid, van voornoemd koninklijk besluit nr. 38.

    Voor de berekening in het kwartaal T-3 wordt rekening gehouden met alle door de werkgever betaalde periodes en alle niet door de werkgever betaalde periodes van schorsing van de arbeidsovereenkomst bedoeld in de artikelen 30, 31, 33, 34, 34bis, 34ter, 34quater, 39, 40, 45, 47 en 51 tot en met 60 van het koninklijk besluit van 10 juni 2001 tot eenvormige definiëring van begrippen met betrekking tot arbeidstijdgegevens ten behoeve van de sociale zekerheid, met toepassing van artikel 39 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels.

    Worden met gewerkte dagen gelijkgesteld, de dagen gedekt door uitgestelde bezoldiging betaald door de departementen onderwijs van de Gemeenschappen voor tijdelijke werknemers of, voor degenen die hier niet van kunnen genieten, door de werkloosheidsuitkeringen betaald door de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening met vrijstelling van het zoeken naar werk gedurende de zomervakantie.

    Voor de berekening van de geleverde arbeidsprestaties in het kwartaal T-3 wordt geen rekening gehouden met prestaties :

  17. geleverd in het kader van een flexi-job als bedoeld in artikel 3, 1°, van de wet van 16 november 2015 houdende diverse bepalingen inzake sociale zaken;

  18. als leerling als bedoeld in artikel 1 van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders;

  19. als student als bedoeld bij titel VII van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, voor de 475 aangegeven uren studentenarbeid van een kalenderjaar bedoeld in artikel 17bis, § 1, van het koninklijk besluit 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders;

  20. van werknemers bedoeld in artikel 5bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders;

  21. van gelegenheidswerknemers in land- en tuinbouw bedoeld in artikel 2/1 van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders;

  22. als gelegenheidswerknemer in de horeca bedoeld in artikel 31ter van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders.

    § 2. Voor de toepassing van paragraaf 1 wordt een beroepsbezigheid in dienst van een internationale of supranationale instelling, waarvan België deel uitmaakt, gelijkgesteld met een tewerkstelling als werknemer, in de zin van paragraaf 1.

    § 3. De voorwaarde van de uitoefening van een gewoonlijke en hoofdzakelijke beroepsbezigheid zoals bepaald in paragraaf 1, is niet van toepassing indien de betrokkene in het referentiekwartaal T-2 een gepensioneerde is als bedoeld in artikel 2, 5°, of indien de prestaties worden geleverd in het kader van een traject van burgerdienst voor jongeren erkend door de bij decreet bepaalde erkenningsinstelling. De voormelde trajecten mogen een maximale duur van één jaar hebben en zijn, na deze maximale periode, noch verlengbaar noch hernieuwbaar.

    § 4. Dit artikel doet geen afbreuk aan de vigerende wetgeving betreffende werkloosheid, werkloosheid met bedrijfstoeslag, brugpensioen en arbeidsongeschiktheid.

    Art. 5. De verenigingswerker kan maandelijks gemiddeld maximum 50 uren verenigingswerk verrichten. De gemiddelde maandelijkse duur van het verenigingswerk wordt beoordeeld per kwartaal, door het aantal uren verenigingswerk verricht in het lopende kwartaal te delen door het aantal maanden van het lopende kwartaal gedurende dewelke de verenigingswerker verbonden is door een overeenkomst inzake verenigingswerk.

    HOOFDSTUK 4. - Overeenkomst inzake verenigingswerk

    Afdeling 1. - Algemene bepalingen

    Art. 6. § 1. Uiterlijk op het ogenblik van de effectieve aanvang van het verenigingswerk...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT