22 AUGUSTUS 2020. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 26 februari 2018 houdende het beheer van het centraal erfrechtregister
FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het Burgerlijk Wetboek, artikel 892/6, ingevoegd door de wet van 6 juli 2017 en gewijzigd door de wet van 5 mei 2019;
Gelet op het koninklijk besluit van 26 februari 2018 houdende het beheer van het centraal erfrechtregister;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 7 november 2019;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 26 juni 2020;
Gelet op het advies nr. 170/2019 van de Gegevensbeschermingsautoriteit, gegeven op 8 november 2019;
Gelet op de regelgevingsimpactanalyse uitgevoerd overeenkomstig de artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;
Gelet op advies nr. 67.751/2/V van de Raad van State, gegeven op 12 augustus 2020, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Justitie en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. Artikel 2 van het koninklijk besluit van 26 februari 2018 houdende het beheer van het centraal erfrechtregister, wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidende:
" § 4. De inschrijving in het register van de beschikking tot aanwijzing van een curator overeenkomstig artikel 1231 van het Gerechtelijk Wetboek of van de beschikking tot aanwijzing van een beheerder overeenkomstig artikel 805 van het Burgerlijk Wetboek, gebeurt door de griffier van het rechtscollege dat de beslissing heeft uitgesproken, ten laatste 15 dagen na de uitspraak.".
Art. 2. In artikel 3 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
-
In paragraaf 1 worden de woorden "of van de beschikking bedoeld in artikel 2, § 4" ingevoegd tussen de woorden "bedoeld in artikel 2, § 3" en het woord "gebeurt";
-
In paragraaf 2 wordt de bepaling onder 4° aangevuld met de woorden "of van de beschikking tot aanwijzing van een curator of van een beheerder";
-
In paragraaf 2, 5°, worden de woorden "of het rechtscollege" vervangen door de woorden "van het rechtscollege";
-
In paragraaf 2 wordt de bepaling onder 5° aangevuld met de woorden "of van het rechtscollege dat de beschikking tot aanwijzing van een curator of van een beheerder heeft gewezen";
-
In paragraaf 2, 7°, worden de woorden "of van de...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI