12 JULI 2013. - Decreet betreffende maatwerk bij collectieve inschakeling (1)

Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt :

DECREET betreffende maatwerk bij collectieve inschakeling.

HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepalingen en definities

Artikel 1. Dit decreet regelt een gewest- en gemeenschapsaangelegenheid.

Art. 2. De steun verleend met toepassing of ter uitvoering van dit decreet geschiedt met inachtneming van, naargelang het geval, de voorwaarden van de Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie van 6 augustus 2008 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (de algemene groepsvrijstellingsverordening) of het DAEB-besluit van 20 december 2011.

Art. 3. In dit decreet wordt verstaan onder :

  1. DAEB-besluit van 20 december 2011 : het besluit (EG) nr. 2012/2l/EU van de Commissie van 20 december 2011 betreffende de toepassing van artikel 106, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op staatssteun in de vorm van compensatie voor de openbare dienst, verleend aan bepaalde met het beheer van diensten van algemeen economisch belang belaste ondernemingen;

  2. doelgroepwerknemers : de personen die voor hun arbeidsdeelname werkondersteunende maatregelen als vermeld in artikel 9, 1° tot en met 3°, behoeven en die behoren tot een van de volgende categorieën :

    1. personen met een arbeidshandicap : de personen met een langdurig en belangrijk probleem van deelname aan het arbeidsleven dat te wijten is aan het samenspel tussen functiestoornissen van mentale, psychische, lichamelijke of zintuiglijke aard, beperkingen bij het uitvoeren van activiteiten, en persoonlijke en externe factoren. De Vlaamse Regering bepaalt de voorwaarden voor de erkenning als persoon met een arbeidshandicap;

    2. personen met een psychosociale arbeidsbeperking : de personen met een langdurig en belangrijk probleem van deelname aan het arbeidsleven dat te wijten is aan het samenspel tussen psychosociale factoren, beperkingen bij het uitvoeren van activiteiten, en persoonlijke en externe factoren. De Vlaamse Regering bepaalt de voorwaarden voor de erkenning als persoon met een psychosociale arbeidsbeperking;

    3. uiterst kwetsbare personen : de werkzoekenden die voorafgaand aan hun tewerkstelling gedurende minstens 24 maanden geen betaalde beroepsarbeid hebben verricht om persoonlijke redenen die een deelname aan het arbeidsleven verhinderen. De Vlaamse Regering bepaalt de voorwaarden voor de erkenning als uiterst kwetsbare personen;

  3. doorstroom : de tewerkstelling van de doelgroepwerknemer, die aansluit op een tewerkstelling in het kader van dit decreet, in een betrekking geheel zonder of met een geringere ondersteuning dan bepaald in dit decreet;

  4. maatwerkafdeling : de werking binnen een onderneming die voldoet aan de subsidievoorwaarden, vermeld in artikel 5;

  5. maatwerkbedrijf : de onderneming die voldoet aan de subsidievoorwaarden, vermeld in artikel 4;

  6. persoonlijk ontwikkelingsplan : een opvolgbaar actieplan dat de te ontwikkelen competenties en het ontwikkelpad van een persoon bevat met als doel die persoon een stevige positie op de arbeidsmarkt te bezorgen;

  7. subsidie : een voordeel, een toelage, steun of iedere andere financiële tegemoetkoming die verleend of toegekend wordt op grond van dit decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan;

  8. VDAB : de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding, opgericht bij het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap "Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding";

  9. vergoeding : een financiële compensatie voor de uitvoering van een dienst, toegekend in het kader van dit decreet of de uitvoeringsbesluiten ervan.

    HOOFDSTUK 2. - Subsidievoorwaarden

    Art. 4. § 1. Binnen de perken van het jaarlijks goedgekeurde begrotingskrediet en volgens de voorwaarden bepaald in dit decreet, kan de Vlaamse Regering ondersteuning bedoeld in hoofdstuk 4 toekennen aan maatwerkbedrijven.

    Het maatwerkbedrijf moet daarvoor :

  10. op jaarbasis aan minimaal twintig gesubsidieerde voltijdsequivalente doelgroepwerknemers werk op maat verschaffen, voor wie ondersteuning overeenkomstig dit decreet wordt toegekend, door middel van nuttig, lonend en individueel passend werk;

  11. de rechtsvorm van een vennootschap met een sociaal oogmerk of van een vereniging zonder winstoogmerk hebben;

  12. als maatschappelijke hoofdactiviteit werk en begeleiding op maat aan doelgroepwerknemers verschaffen;

  13. op jaarbasis een werknemersbestand hebben dat voor minstens 65 procent bestaat uit de doelgroepwerknemers, vermeld in artikel 3, 2°, a) en b);

  14. een kwaliteitsvolle bedrijfsvoering hanteren op het vlak van :

    1. de strategie en het bestuur van de organisatie, het algemene en financiële beheer, met een streven naar democratische besluitvorming;

    2. de inschakeling, opleiding en begeleiding van doelgroepwerknemers ter bevordering van duurzame loopbanen;

    3. de doorstroom binnen de sociale economie en naar het normale economische circuit;

    4. het maatschappelijk verantwoord ondernemen;

    5. het beheer van middelen;

    6. maatschappelijke inbedding;

    7. maximale transparantie met betrekking tot het algemene en financiële beleid, en de betrokkenheid van interne en externe stakeholders.

    § 2. In afwijking van paragraaf 1 moet het startende maatwerkbedrijf binnen een redelijke termijn voldoen aan de voorwaarden, vermeld in paragraaf 1, tweede lid, 1° en 4°.

    De Vlaamse Regering bepaalt de termijn, vermeld in het eerste lid.

    Onder startende maatwerkbedrijf als vermeld in het eerste lid, wordt de onderneming verstaan die voor de eerste keer een aanvraag voor ondersteuning indient.

    § 3. De Vlaamse Regering kan de subsidievoorwaarden, vermeld in paragraaf 1, nader bepalen.

    Art. 5. § 1. Binnen de perken van het jaarlijks goedgekeurde begrotingskrediet en volgens de voorwaarden, bepaald in dit decreet, kan de Vlaamse Regering ondersteuning bedoeld in hoofdstuk 4 toekennen aan maatwerkafdelingen.

    De maatwerkafdeling moet daarvoor :

  15. op jaarbasis op eenzelfde tewerkstellingsplaats aan minimaal vijf gesubsidieerde voltijdsequivalente doelgroepwerknemers werk op maat verschaffen, voor wie ondersteuning overeenkomstig dit decreet wordt toegekend, door middel van nuttig, lonend en individueel passend werk;

  16. een kwaliteitsvolle bedrijfsvoering hanteren op het vlak van :

    1. de inschakeling, opleiding en begeleiding van doelgroepwerknemers ter bevordering van duurzame loopbanen;

    2. de doorstroom binnen de sociale economie en naar het normale economische circuit;

    3. het maatschappelijk verantwoord ondernemen;

    4. maximale transparantie met betrekking tot de inschakeling, opleiding en begeleiding van doelgroepwerknemers.

    § 2. In afwijking van paragraaf 1 moet de startende maatwerkafdeling binnen een redelijke termijn voldoen aan de voorwaarde, vermeld in paragraaf 1, 1°.

    De Vlaamse Regering bepaalt de termijn, vermeld in het eerste lid.

    Onder startende maatwerkafdeling als vermeld in het eerste lid, wordt de onderneming verstaan die voor de eerste keer een aanvraag voor ondersteuning indient.

    § 3. De Vlaamse Regering kan de voorwaarden, vermeld in paragraaf 1, nader bepalen.

    Art. 6. Het maatwerkbedrijf en de maatwerkafdelingen dienen een aanvraag voor ondersteuning in bij de dienst die daarvoor is aangewezen door de Vlaamse Regering.

    De Vlaamse Regering bepaalt de procedure voor de aanvraag, goedkeuring en toekenning van de ondersteuning.

    HOOFDSTUK 3. - Indicering, toeleiding, bemiddeling en evaluatie

    Art. 7. De maatwerkbedrijven en de maatwerkafdelingen bezorgen de vacatures voor doelgroepwerknemers aan de VDAB.

    De VDAB stelt in functie van een vacature de individuele behoefte aan ondersteuning bij de werkzoekende vast voor de werkondersteunende maatregelen, vermeld in artikel 9, 1° tot en met 2°, op basis van een lijst met indicaties.

    De Vlaamse Regering bepaalt de lijst met indicaties.

    De VDAB zorgt voor de toeleiding en de bemiddeling van de doelgroepwerknemer.

    Art. 8. § 1. De VDAB evalueert de behoefte aan werkondersteunende maatregelen tijdens de tewerkstelling van de doelgroepwerknemer.

    Die evaluatie vindt plaats op initiatief van de VDAB of op verzoek van de doelgroepwerknemer, het maatwerkbedrijf of de maatwerkafdeling naargelang de geïndiceerde problematiek en uiterlijk na vijf jaar.

    De VDAB kan de periodiciteit van de evaluatie aanpassen naargelang de geïndiceerde problematiek.

    § 2. De evaluatie vindt minimaal plaats aan de hand van :

  17. het persoonlijk ontwikkelingsplan;

  18. de informatie van het maatwerkbedrijf of de maatwerkafdeling;

  19. een gesprek met de doelgroepwerknemer.

    HOOFDSTUK 4. - Ondersteuning op maat

    Afdeling 1. - Werkondersteunende maatregelen

    Art. 9. Binnen de perken van het jaarlijks goedgekeurde begrotingskrediet en volgens de voorwaarden, bepaald in dit decreet, kan de Vlaamse Regering aan het maatwerkbedrijf of aan de maatwerkafdeling het geheel van de volgende werkondersteunende maatregelen toekennen :

  20. een loonpremie;

  21. een vergoeding voor de begeleiding op de werkvloer.

    Art. 10. De werkondersteunende maatregelen worden toegekend voor onbepaalde duur tenzij de evaluatie uitwijst dat ze niet meer nodig zijn, en tenzij in de gevallen bedoeld in artikel 8, § 1, derde lid.

    De werkondersteunende maatregelen zijn voor de doelgroepwerknemers, vermeld in artikel 3, 2°, c), beperkt in de tijd tot maximaal twee jaar.

    Art. 11. De evaluatie, vermeld in artikel 8, kan leiden tot een wijziging in de toekenning van de werkondersteunende maatregelen.

    De vaststelling van de gewijzigde behoefte aan werkondersteunende maatregelen die aanleiding geeft tot het doorstroomtraject, vermeld in artikel 23, 1° en 2°, vindt voorlopig plaats onder de opschortende voorwaarde van doorstroom door de doelgroepwerknemer.

    Als de doelgroepwerknemer om redenen onafhankelijk van zijn wil en van het maatwerkbedrijf na afloop van het doorstroomtraject niet doorstroomt, stelt de VDAB opnieuw de behoefte...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT